Italiaanse hoedenmaker Borsalino staat op omvallen

Van Alain Delon tot Pharrell Williams en van Clint Eastwood tot Ronald Plasterk: ze zijn allemaal eigenaar van een of meer Borsalino’s. De beroemde Italiaanse hoedenmaker dreigt kopje onder te gaan, nu een reddingsplan voor het in financiële nood verkerende bedrijf door een rechter is afgekeurd.

De rechter in het Noord-Italiaanse Alessandria, waar hoedenmaker Giuseppe Borsalino 160 jaar geleden begon, weigerde faillissementsbescherming te verlenen tegen schuldeisers die gezamenlijk nog zo’n 18 miljoen euro aan onbetaalde rekeningen hebben liggen.

„Het is een drama als er geen oplossing wordt gevonden”, zegt de lokale vakbondsman Franco Armosino. „Borsalino is onderdeel van de Italiaanse geschiedenis en ook in het buitenland is het een bekende naam.”

Het merk verkeert in de problemen sinds het een miljoenenverlies moest boeken in 2013. De toenmalige meerderheidsaandeelhouder Marco Marenco werd vanwege gerommel met de cijfers in april 2015 door de Zwitserse politie gearresteerd.

Een Zwitsers-Italiaans consortium stelde 10 miljoen euro ter beschikking om de ergste nood te lenigen, waarna Borsalino in 2015 weer winst maakte. In 2016 zette het 17,5 miljoen euro om en boekte het 2,6 miljoen euro winst. De vooruitzichten voor het bedrijf zijn volgens de leiding ook goed, maar de schuldenlast is te zwaar.

Twee bewindvoerders gaan nu kijken welke schuldeisers als eerste hun geld krijgen. Volgens de vakbond moet er de komende dagen meer duidelijk worden over de toekomst van het bedrijf.

Werknemers hebben hun hoop gevestigd op Philippe Camperio, de financier achter de huidige Zwitsers-Italiaanse meerderheidsaandeelhouder. Zij hopen dat hij bereid is opnieuw geld te steken in het bedrijf, bijvoorbeeld door het in zijn geheel te kopen. Camperio bezit al de merkrechten van Borsalino.

De hoedenfabriek blijft ondertussen gewoon doordraaien. Daar werken 134 mensen die per jaar 150.000 hoeden produceren. Hun hoop dat Camperio weer geld beschikbaar stelt, is niet ongegrond. In een statement zegt hij er alles aan te willen doen om het „iconische merk te behouden”.