In IJsland hebben de Groenen 17 procent van de stemmen gekregen tijdens de parlementaire verkiezingen, meldt persbureau Reuters. Hiermee heeft de partij genoeg steun om een regering te vormen. Volgens Reuters kan de Links-Groene partij in samenwerking met andere oppositiepartijen een kleine meerderheid in het parlement vormen.
De liberaal-conservatieve Onafhankelijkheidspartij van IJsland behaalde met 25 procent van de stemmen de grootste winst, maar het wordt niet verwacht dat zij deel uit zullen maken van de nieuwe regering. De eurosceptische partij heeft steun nodig van twee andere partijen om een meerderheidskabinet te vormen, hetgeen niet mogelijk wordt geacht.
Kleine meerderheid
De Groenen kunnen samen met drie andere oppositiepartijen 32 zetels in het parlement van 63 leden vullen.
Katrin Jakobsdottir, de leider van de Groenen, maakte na de voorlopige uitslag op zondagochtend bekend dat ze het niet uitsluit samen te werken met de nieuwe Centrum Partij van voormalige premier Sigmundur David Gunnlaugsson. Gunnlaugsson trad in april 2016 af na onthullingen in de Panama Papers over het offshorebedrijf van zijn vrouw. Zijn nieuwe partij, die afgelopen september werd opgericht, behaalde 11 procent van de stemmen.
Schandaal
In september viel het kabinet van IJsland, na een regeerperiode van negen maanden. Een van de coalitiepartijen stapte uit de regering, waarna het kabinet geen meerderheid meer had. Een dag later schreef de president van het land, Gudni Johannesson, nieuwe verkiezingen uit.
De coalitie van Johannesson viel uit elkaar na het schandaal rondom premier Bjarni Benediktsson. De vader van de premier zou een brief hebben geschreven waarin hij het opnam voor een vriend die tot vijf jaar cel werd veroordeeld wegens kindermisbruik.