Vanuit een ziekenhuis in Spanje stuurt Emma (21) haar vader een WhatsAppje. Ze is met een vriendin op vakantie, maar was bij vertrek een beetje koortsig. In Spanje aangekomen blijkt het erger dan gedacht. Emma (die niet met haar achternaam in de krant wil, omdat ze bang is voor ruzie met haar ouders) dacht zelf aan een keelontsteking, maar ze heeft een virus in haar bloed. Ze appt haar vader met het verzoek om haar zo snel mogelijk te bellen.
Twee blauwe vinkjes en een uur later heeft ze nog geen reactie. Ze belt haar moeder: „Wat is er met papa aan de hand? Vijf minuten later belt hij: „Emma, wat is er met je aan de hand?” Ziekenhuis in Spanje, bloedvirus, et cetera… „Dat had ik toch al geappt?” – „Oh, dat appje. Ik dacht dat je een grapje maakte.”
Het gaat op WhatsApp weleens mis tussen ouders en kinderen, met name in de gezinsappgroep. Meestal als komedie en soms als tragedie openbaart zich daar de digitale generatiekloof.
De vader van vriendin Maartje van der Sloot (22) stelde al zijn vragen met zo’n vier vraag– en drie uitroeptekens. Toen ze hem na een zoveelste ‘Hoe laat kom je thuis????!!!’ belde om te vragen of hij boos was, hield hij daarmee op. Bram Oudijks (22) vader schrijft zijn WhatsAppjes alsof het mailtjes zijn, ‘Dag Bram’ en ‘Groetjes, Pappa’ inbegrepen. En de moeder van Anne Gelderland (21) gebruikt te pas en te onpas wel erg veel emoticons in elk appje.
Na een zoveelste ‘Hoe laat kom je thuis????!!!’ belde ze haar vader om te vragen of hij boos was
En in mijn eigen gezinsapp – waar het er normaal liefdevol aan toegaat – reageerden mijn ouders deze zomervakantie niet op een foto van mijn hoofd vol schaafwonden. Ik was flauwgevallen van de pijn nadat ik net als Emma met een nare aandoening op reis ging. Pas twee dagen later stuurde mijn vader iets: een foto van zijn flesje Buttermilch – ook hij was op vakantie. Toen ik thuis later wat bozig naar het Buttermilch-incident vroeg, bleek de reden van het niet-reageren dat ze dachten dat ik dronken was.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2017/10/web_2010cul_app_2.jpg|//images.nrc.nl/NEBpLVBZTvDzK80QOhBXsX3fumA=/1920x/smart/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2017/10/web_2010cul_app_2.jpg)
Foto Istock/ Beeldbewerking NRC
‘WhatsApp-scalaties’, noemt Patti Valkenburg het. De hoogleraar media, jeugd en samenleving aan de Universiteit van Amsterdam doet veel onderzoek naar jongeren en sociale media. „Een WhatsApp-groep is het ideale middel voor een gezin om activiteiten af te stemmen maar die heeft ook een januskop”. Volgens Valkenburg is de positieve kant van gezinsapps dat we naast het plannen van activiteiten gevoelens met elkaar uitwisselen. Maar de gezinsapps kunnen ook tot miscommunicatie leiden: „Zo is ironie moeilijk over te brengen, sturen mensen berichten zo snel dat ze soms vergeten tot tien te tellen en kunnen onschuldig bedoelde berichtjes toch heftig overkomen.”
Verschillende generaties kunnen binnen een gezinsapp andere verwachtingspatronen hebben, zegt Valkenburg. „Ouders ergeren zich er bijvoorbeeld aan wanneer hun kind niet reageert op de vraag waar ze zijn. Zeg dan tenminste dat je geen tijd hebt om te reageren, vinden ze. Hun kinderen krijgen honderden appjes per dag en denken daar vaak anders over.”
Valkenburgs denkt dat duidelijke afspraken over wat je er wel en niet bespreekt escalatie kan voorkomen. „Je kan WhatsApp het beste gebruiken om activiteiten te coördineren. Pas op met té persoonlijke dingen.”
Misverstanden zijn niet te voorkomen
Filosoof Robin van den Akker, verbonden aan de Erasmus Universiteit, moet een beetje lachen om zulke afspraken. Voor zijn promotieonderzoek volgde hij vier jaar lang een vriendinnengroep en lette op hun WhatsApp-gebruik. „Laat het maar lekker escaleren. In het familieleven ontkom je sowieso niet aan misverstanden. Het beste wat we kunnen doen is erom lachen en er misschien wat van opsteken.”
Hij gelooft dat ouders op sociale media een soort digitale immigranten in de wereld van jongeren zijn. Jongeren zijn chattend en WhatsAppend opgegroeid en hebben daar als het ware een eigen taal voor uitgevonden. Ouders kunnen die taal natuurlijk leren, en ze spreken die ook vrij goed. Maar een moedertaal, waarbij je precies weet hoe je ironie en in dit geval bijvoorbeeld emoticons gebruikt, wordt het nooit. Hij vergelijkt het met zijn eigen woonsituatie in Frankrijk. „Met mijn kennis van de taal snap ik altijd wel wat de Fransen zeggen, maar ik kan er niet altijd de vinger opleggen wat ze precies bedoelen.”
:format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2017/08/featured.png)
Twee generaties hebben niet alleen op WhatsApp verschillende verwachtingspatronen. De appgroep is een extensie van het familieleven en die generatiekloof – klein of groot – bevindt zich in alle lagen ervan. Wanneer je wel of niet op je telefoon kijkt, drugsgebruik, uitgaan: Van den Akker gelooft niet dat er gezinnen zijn zonder ongemakkelijke situaties. Maar door die verschillende digitale dialecten loopt het in WhatsApp-land nét iets sneller uit de hand dan aan de keukentafel.
Wat moet ik met dan met die foto van mijn schaafwonden, waar mijn ouders destijds niet op reageerden? „Voor jongeren is zo’n appgroep één lang, rollend gesprek dat de hele dag doorgaat”, zegt Van den Akker. „De oude generatie heeft dat nooit op die manier ervaren. Je ouders hadden die foto’s misschien wel graag met je besproken, maar WhatsApp was daarvoor waarschijnlijk niet de juiste plek.”
/s3/static.nrc.nl/images/2016/06/11/stripped/opiauteur%2520schouten%2520ingrid.jpg)
„Afspraken maken over onze appgroep?” vraagt mijn vader verontwaardigd. „We zijn toch geen bedrijf?” Net als de filosoof vinden de leden onze appgroep prettig, zeker nu mijn broer en ik uit huis zijn.
En die kleine Whatsapp-scalaties dan? Mijn moeder: „Tja, je weet dat we dachten dat je dronken was. En wij waren zelf natuurlijk zelf ook op vakantie, dus wat minder actief op de app.” Mijn vader: „De volgende keer zal ik wel iets terugsturen, of je krijgt een persoonlijk berichtje.”
„Maar”, vervolgt hij, „dat geldt ook voor jou. Deze week reageerde je niet toen ik je appte over een financiële bijdrage. Dat vind ik niet fijn.” En daar heeft hij natuurlijk gelijk in. Hoe jammer het ook is, die kleine escalaties op WhatsApp kunnen we niet zomaar op de oudere generatie afschuiven.