Een golf van afschuw en verontwaardiging trekt opnieuw door de westerse wereld na de aanslag in Barcelona. In Nederland leidt dat tot de stelling: „Zoiets mag toch niet gebeuren”, als opdracht aan de overheid om ons hier tegen te beschermen.
Dit probeert de overheid te doen. Steeds meer promenades worden afgeschermd door allerlei subtiele constructies, waardoor voertuigen er niet zomaar op kunnen. Er kleven uiteraard ook nadelen aan dit soort maatregelen. Zo vormen ze ook een obstakel voor hulpdiensten. Dit soort maatregelen zijn altijd een afweging tussen allerlei kwaden.
Maatregelen zijn nooit helemaal waterdicht, zodat als een nieuwe variant is uitgevonden er wederom kan worden geroepen: „Zoiets mag toch niet gebeuren”. Waarna weer een cyclus wordt doorlopen.
De risico’s betrokken te raken bij een aanslag zijn echter vele malen kleiner dan bijvoorbeeld de betrokkenheid bij een auto-ongeluk of een akelige val in of rond het huis.
Pijnlijk is dat we met deze risico’s veel minder ontdaan omgaan.
Sterker: we zien deze inmiddels als vorm van vermaak. Het internet staat er vol mee en dagelijks komen er tv-programma’s voorbij met filmpjes waarin mensen ontsnappen aan een ernstige verwonding of de dood. Hier wordt vrolijk om gelachen en niemand die roept: „Zoiets mag toch niet gebeuren”.
De constatering is dat we heel goed weten te leven met risico’s en we moeten voorkomen een samenleving te creëren waarin steeds meer beperkingen worden opgelegd in onze bewegingsvrijheid en onze persoonlijke vrijheid en privacy.
Economie Nederland
Uitkeringen op nul
„De economie zit in een groeispurt” staat op de voorpagina (Groeispurt helpt nieuw kabinet, 16/8). Sluitende zin: „Alleen de uitkeringsgerechtigen blijven op nul staan.”
Als ‘uitkeringsgerechtigde’, een nieuwe soort à la Darwin, kijk ik daar helemaal niet van op.
Wel vervelend dat de gecombineerde uitgaven voor vrijwel alles elk jaar weer boven die leuke nul uitkomen. Het is waar, er wordt soms iets gecompenseerd.
Het ontstane gat van de afgelopen jaren is echter volstrekt niet gedempt. Zeker, er zijn mensen die niet goed met geld kunnen omgaan of er verkeerde gewoontes op na houden. Het merendeel van de betreffende groep is echter keurig, met een continue hoge stressfactor, bezig de eindjes aan elkaar te knopen.
We horen steeds meer over gezinnen met schulden, stijging van huisuitzettingen. Meer kinderen die in achterstand opgroeien en verdere verwijding van inkomensgroeperingen.
We zullen maar hopen dat om het even welk nieuw kabinet zich over dat laatste zinnetje wil buigen. Beleid ontwikkelen en uitvoeren om de boel, ook economisch, bij elkaar te houden is écht een goed idee om een samenleving gezond te houden.
Wilhelmus (1)
Van Duitsen Bloed
Bij de uitleg waar het ‘Duitsen bloed’ in het Wilhelmus vandaan komt, wordt een begrijpelijke, maar grote fout gemaakt (Wat weet jij van het Wilhelmus?, 16/8). Ja, Willem van Oranje is geboren in Dillenburg, dat ligt in het land dat wij tegenwoordig Duitsland noemen. Maar dat is niet de reden dat in het Wilhelmus het ‘Duitsen bloed’ van Oranje wordt bezongen.
Ten eerste moet gezegd worden dat het land Duitsland in de tijd van het Wilhelmus nog niet bestond. Daarnaast kan de betekenis van het woord ‘Duits’ in de zestiende en zeventiende eeuw tot misvattingen leiden in onze tijd. ‘Duits’ komt van het Middelnederlandse woord ‘diet’, dat ‘volk’ betekent.
De ‘Duitse’ taal was dus de taal van het volk, in tegenstelling tot Latijn, de taal van de geleerden en de kerk. Tot ver in de zeventiende eeuw was ‘Duits’ of ‘Nederduits' echter een gangbare term om de Nederlandse taal aan te duiden.
Door te verhalen dat Willem van Oranje „van Duitsen bloed” was, wilde de schrijver van het Wilhelmus dus helemaal niet aangeven dat Willem een Duitser was, afkomstig uit een gebied buiten de Nederlanden. Hij probeerde waarschijnlijk juist de connectie tussen Willem en de Nederlanden duidelijk te maken, iets wat gezien de huidige betekenis van het woord ‘Duits’ natuurlijk vrij ironisch is. Vanwege de misvatting die leeft over ‘Duitsen bloed’ is het wellicht helemaal nog niet zo’n gek idee om op scholen les te geven over het Wilhelmus!
Student geschiedenis en rechten
Wilhelmus (2)
Gegiechel en wrevel
Het CDA wil dat leerlingen op school staande het Wilhelmus laten zingen. Dat lijkt me geen goed idee.
Wanneer je de tekst analyseert vallen een aantal knelpunten op zoals: „ben ik van Duitsen bloed”. Kun je dat uitleggen aan zowel autochtone als allochtone leerlingen? kunnen die dat met overtuiging zingen? En wat denk je van „Den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood”? Dat kan je leerlingen tegenwoordig toch niet laten zingen? In het zesde complet staat „mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer”. Realiseren ze bij het CDA niet dat de meerderheid van de Nederlanders ongelovig zijn?
Dit soort teksten en de wijze van staand in gelid zingen zal in de meeste klassen tot wrevel, gegiechel en wanorde leiden.
Youp
Laat hem!
Laat Youp in godsnaam doorgaan met zijn scheldpartijen en beledigingen (Krijspaleis, 3/8). „Dierenhitlers”, ongepast? Jazeker, totaal!
Maar laat hem tussen al het goed-gecheckte nieuws zijn ongepastheden uitschreeuwen. De vorm die hij kiest is vermakelijk en het zet aan om eens goed na te denken. Kwaadheid en nadenken: een mooie combinatie.
Bio-industrie
Snavels tegen luizen
Zou het geen goed idee zijn om de kippen van kunstsnavels te voorzien? Ze kunnen dan zichzelf weer ontdoen van luizen.
Ook wij zouden eventueel ongedierte niet van onze huid kunnen verwijderen als onze vingers zouden worden afgeknipt.