Nicolás Maduro zal de afgelopen dagen vooral blij zijn geweest met wat er niet is gezegd, in Washington, Beijing en Moskou. De president van Venezuela staat zwaar onder druk, nationaal en internationaal. Maar hij heeft een enorme troef: hij leidt het land met de grootste oliereserves ter wereld.
Daarom werd maandag en dinsdag in Washington niet gesproken over mogelijke maatregelen tegen de olie-industrie – de VS zijn de belangrijkste klant van het Venezolaanse oliebedrijf PDVSA. Daarom slikken de Chinezen hun zorgen in over de tientallen miljarden die ze de afgelopen paar jaar aan Caracas hebben geleend. En daarom blijft Rusland in beeld als andere belangrijke geldschieter.
In Venezuela gaan de protesten onverminderd door, ondanks de 120 doden die de afgelopen vier maanden zijn gevallen. Van verschillende kanten klinken waarschuwingen dat het verzet tegen Maduro’s poging de grondwet te eigen bate te laten herschrijven en de harde onderdrukking van die protesten, kunnen uitmonden in een burgeroorlog.
Maandag verhardde de toon in Washington. President Trump zegt niet langer dat Maduro „ervan droomt een dictator te worden’’, maar verklaart nu: „Hij is een dictator.’’ Maduro is lid gemaakt van de exclusieve club van zittende leiders wier Amerikaanse bezittingen volledig bevroren zijn en met wie geen enkele Amerikaan zaken mag doen. De andere leden: Mugabe (Zimbabwe), Al-Assad (Syrië), Kim Jong-un (Noord-Korea). Tegen dertien mensen rondom Maduro waren vorige week al sancties ingesteld.
„Die Amerikaanse reactie heeft niet zo veel om het lijf’’, zegt Patricio Silva, hoogleraar Moderne Latijns-Amerikaanse geschiedenis aan Leiden University. „De handelsbelangen blijven grotendeels ongemoeid. Die zijn pas echt belangrijk.”
Regeringswisselingen in Brazilië en Ecuador hebben Chávez’ droom van een ‘Bolivariaanse revolutie’ doen vervagen.
Amerikaanse beperking van de olie-import uit Venezuela zou tot nog grotere problemen leiden in een land waar een giftige mengeling van prijscontroles, potverteren, politieke corruptie en dalende olieprijzen sinds 2015 heeft geleid tot een enorme economische terugval. Maar volgens Silva heeft de Amerikaanse terughoudendheid ook te maken de banden die Maduro en zijn voorganger, de charismatische Hugo Chávez, hebben gesmeed met China en Rusland. „Dat is misschien ook een reden voor de VS om niet te hard door te drukken, anders wordt de rol van Rusland en China daar nog belangrijker’’, zegt Silva.
Sinds China zo’n vijftien jaar geleden zijn Go Global strategie begon, is de rol van China in Venezuela enorm snel belangrijker geworden, zegt Barbara Hogenboom van het Centrum voor Studie en Documentatie van Latijns-Amerika (CEDLA). „Het is de afgelopen tien jaar heel hard gegaan.’’ Ze heeft becijferd dat tussen 2007-2016 China voor 65 miljard dollar aan leningen heeft gegeven. „Venezuela krijgt meer dan de helft van wat vanuit China naar Latijns-Amerika gaat.’’
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2017/07/anp-52360028.jpg)
China, sinds 2014 de grootste importeur van ruwe olie, heeft een langetermijnbelang met goede relaties met zo’n belangrijke olieproducent. „Olie is zo belangrijk dat ook als het onveilig of onverstandig lijkt om meer geld in Venezuela te pompen, de Chinese overheid haar bedrijven onder druk blijft zetten om dat wel te doen’’, zegt Hogenboom. „Ook in China bestaan grote zorgen over de toekomst van Venezuela, maar voorop staat de wens toegang te blijven houden tot olie en de leningen en investeringen te beschermen die al zijn gedaan.’’
Zowel Silva als Hogenboom constateren dat Maduro in Latijns- Amerika steeds meer geïsoleerd raakt. Regeringswisselingen in Brazilië en Ecuador hebben Chávez’ droom van een ‘Bolivariaanse revolutie’ doen vervagen. De angst dat Venezuela kritiek van andere landen zal beantwoorden met gestook in de eigen binnenlandse problemen, is verminderd nu het land minder olie-inkomsten heeft. „Het is een Latijns-Amerikaanse traditie om zich niet te veel bemoeien met andere landen”, zegt Silva. Daarnaast was er lang veel goodwill voor de in 2013 overleden Chávez en zijn erfenis. „Maar nu beginnen ook democratische linkse mensen te wennen aan het idee dat het zo niet langer kan’’, zegt Silva, zelf een Chileense balling. „De beelden van de onderdrukking door het regime doen denken aan de onderdrukking door Pinochet.’’
Cuba blijft wel een trouwe vriend van Maduro. Onder Chávez was een soort solidariteitspact opgezet waarbij Venezolaanse olie werd geruild tegen Cubaanse artsen en suiker. Hogenboom: „Economisch betekent Cuba niets voor Venezuela, het is eerder andersom. Wat je wel ziet, is dat Cubanen advies geven over het onderdrukking van de oppositie.’’
Olie is een belangrijke internationale troefkaart voor Maduro, maar ook vluchtelingen kunnen een rol spelen. Zeker 300.000 Venezolanen zijn de afgelopen maanden naar buurland Colombia gegaan. Op veel kleinere schaal wordt vanuit Curaçao en Aruba gemeld dat er meer mensen uit Venezuela komen – het gaat vooralsnog om tientallen. „Maduro kan de vluchtelingen gebruiken tegen Nederland, zoals Fidel Castro indertijd met de VS heeft gedaan’’, zegt Silva. „Daarom doet Nederland er verstandig aan zich niet als eerste te bemoeien met zo’n delicate kwestie, maar af te wachten wat landen als Brazilië of Mexico doen.’’
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2017/04/a889c5e0-76bd-4433-a79c-2770530ce363.jpg)