Tegen de waan van raszuiverheid

Zap Hans Beerekamp is begonnen met zijn laatste week als dagelijkse tv-recensent. Hij ziet dat het met de etnische diversiteit zichtbaar beter gaat op televisie.

Noraly Beyer in 'Amsterdam, Sporen van Suiker' (NTR).
Noraly Beyer in 'Amsterdam, Sporen van Suiker' (NTR).

Dit is het begin van de laatste week dat ik probeer systematisch televisie te kijken en te beschrijven wat voor u als lezer van belang zou kunnen zijn. Nog vijf dagelijkse stukjes en dan ga ik me weer eens met andere dingen bemoeien. En om het een beetje bijzonder af te ronden is mijn voornemen om in het laatste rondje langs de velden ook wat verder terug te kijken dan de vorige avond.

Toen ik in 2003 als televisierecensent het stokje overnam, van mijn voorganger Maarten Huygen, was Noraly Beyer (Willemstad, 1946) nog nieuwslezer. Ze zei afgelopen week in een interview dat haar optreden bij het NOS Journaal (1985-2008) geen weerstand opwekte wegens haar geslacht maar wegens haar huidskleur, ook al was Eugenie Herlaar haar al voorgegaan.

Lees ook: De nachtwaker van de Nederlandse televisie

De representatie van vrouwen op televisie, bijvoorbeeld in serieuze functies en talkshows, was naar mijn gevoel veertien jaar geleden even slecht als nu. Twee keer (in 2008 en 2010) heb ik de sprekende hoofden in talkshows drie maanden lang geturfd, en in beide gevallen bleek dat slechts een op de vijf tot zes gasten aan tafel een vrouw is. Daar zit nog steeds weinig progressie in.

Maar met de etnische diversiteit gaat het zichtbaar beter dan een tijdje geleden. De NPO lijkt er beleid op te voeren en Humberto Tan let er als presentator van RTL Late Night ook op. Ik denk dat het in 2003 ondenkbaar zou zijn geweest dat de NOS twee rechtstreekse uitzendingen zou besteden aan Keti Koti, de jaarlijkse herdenking op 1 juli van de afschaffing van de slavernij door de Nederlandse regering in 1863: dertig jaar na Engeland en vijftien jaar na Frankrijk.

Bovendien was zaterdag op prime time de documentaire Amsterdam, Sporen van Suiker (NTR) te zien. De film van Ida Does volgt twee hoofdpersonen, Noraly Beyer-Oostvriesland en rapper Typhoon (Glenn de Randamie) bij het ontrafelen van hun familiegeschiedenis. Beiden stammen af van slaafgemaakten in Suriname, maar de geschiedenissen verschillen nogal. De Randamies voorvaders waren geletterd: een was na zijn bevrijding een actief abolitionist in Boston, een ander werd als slaaf zwaar gestraft voor een relatie met een vrije vrouw. De details van de marteling met de spaanse bok blijven ons niet bespaard, evenmin als de aanblik van Fort Zeelandia waar deze Cornelis een jaar lang in de boeien was geslagen.

Beyer ontdekt dat haar familienaam Oostvriesland vermoedelijk verwijst naar Egbert van Emden, meester van verschillende van haar voormoeders, die naar het zich laat aanzien ook verschillende kinderen bij slavinnen verwekte. Een van hen trouwde weer met een tien jaar oudere Chinees.

Zo is de toekomst van de wereld natuurlijk: steeds verder verdunnen van de waan van de raszuiverheid. De televisie zal zich daar niet alleen bij moeten aanpassen, maar zelfs het voortouw moeten nemen, zoals in deze baanbrekende documentaire, die onwetendheid bestrijdt.

Waren veertien jaar geleden minderheden nog minder zichtbaar, er is nu veel meer en agressiever weerstand tegen een minder eenkleurige samenleving. De kroegpraat was aanvankelijk beperkt tot internet, maar wist zich ook een plaats te verwerven op televisie, en niet alleen in de programma’s van de nieuwe omroep PowNed. Geklets over zuiverheid en verdunning van onze volksaard is nu tot in de Tweede Kamer te beluisteren, en kon daar alleen belanden doordat ook de televisie het niet langer taboe verklaarde om in zulke termen te denken en te kletsen.