De achternaam van de Vlaamse acteur en tv-presentator Lucas De Man schept verplichtingen. „Met twee hoofdletters!” zoals hij memoreert in de voorstelling De Man is Lam met als ondertitel Een onderzoek naar man-zijn in deze tijd. „Kwam ik ter wereld met borsthaar en moest ik als echte man mijn plaats bevechten?”
Volgens Lucas De Man is de man in deze tijd feminien: hij heeft het vrouwelijke in zichzelf omarmd en het stoer-mannelijke afgezworen, onder dwang van het feminisme. De échte man bestaat niet meer. Maar wat is een echte man? Naar hem zijn acteur De Man, fotograaf Ahmet Polat en radiomaker en dj Rashif El Kaoui op zoek. Ze hebben honderden mannen geïnterviewd, van wetenschappers en motorrijders tot mannen in een ‘mannenemancipatiecursus’ die de ‘oerman’ in zichzelf moeten vinden. Helaas, de clichés zijn ergerlijk.
Tegen een achtergrond van fraai vervloeiende fotografische beelden probeert De Man greep te krijgen op zijn stelling. Hij stelt vragen aan de toeschouwers over traditionele en moderne mannen. Het contact verloopt stroef, ondanks alle charme die De Man inzet. Er zitten ook ongerijmdheden in zijn optreden. Zo meent hij dat tot aan 1960 nooit over de man is geschreven als onderwerp van boek of studie. Dat is niet waar. Lees het essay Levenstijdperken van den man uit 1951 van psychiater H.C. Rümke. En dan zijn er romans te over.
De voorstelling wint aan zeggingskracht als De Man zijn krampachtige sociologische inzet loslaat en zijn solo gebruikt voor individuele wederwaardigheden. Over vriendinnen die nietsontziende seks willen, bijvoorbeeld, en een hekel hebben aan de vrouwelijke man. Of het verhaal over Mo die emotioneel verdeeld is tussen zijn Turkse vader en Nederlandse moeder. Schitterend en bewogen. En gelukkig zonder het woordspelige ‘mannelijke verlamming’ dat aldoor op de loer ligt.