Bij de entree van de voormalige Bijlmerbajes voetballen drie jongens op een voetbalveldje van kunstgras. Erachter loopt huisbioloog Theo Coolen met een kruiwagen tussen de moestuinbakken. Hij zet materialen klaar voor de tweede moestuin-workshop van dit jaar. De houten bakken en langgerekte ‘akkers’ met houten omlijsting steken vrolijk af tegen de grijze gevangenismuren. In de verte razen metro’s bij station Spaklerweg af en aan. Sinds augustus 2016 biedt de Bijlmerbajes onderdak aan zo’n 500 vluchtelingen die wachten op een status of op huisvesting.
Het is één uur, start van de workshop. Vandaag gaan sla, prei, aardappel, pompoen, tuinboon en courgette de grond in. Maar behalve een handvol enthousiaste buurtgenoten is er nog geen azc’er te bekennen. Organisator Tim de Broekert van Stadsboeren wordt er niet zenuwachtig van. „Als ze ons zo bezig zien, komen ze vanzelf wel”, verzekert hij.
Er worden schoffels uitgedeeld. Eerst moet het opgeschoten onkruid in de akkers worden losgemaakt. De voetballende jongens helpen op De Broekerts vraag gewillig mee.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2017/02/data8686630-4bedb2.jpg)
Het idee om azc-bewoners samen met Amsterdammers te laten moestuinieren komt van Stadsboeren, een stichting die urban farming stimuleert. In verschillende buurten in de stad plaatsten ze al moestuinbakken. Oprichter De Broekert: „Toen we hoorden dat hier een azc kwam, leek het ons leuk een moestuin in te zetten als bindmiddel. Wat is nou een betere manier om een brug te slaan tussen vluchtelingen en Amsterdammers dan door samen te tuinieren?” De Broekert hoopt dat de azc’ers zich door de workshops eerder thuis gaan voelen in de stad. En dat de tuin een vrolijke plek wordt in het grauwe bajes-complex.
Wat is nou een betere manier om een brug te slaan tussen vluchtelingen en Amsterdammers dan door samen te tuinieren?
De Broekert had gelijk: al snel komen er meer vluchtelingen aan. Buurtbewoners schoffelen en harken samen met Syriërs, Afghanen, Iraniërs en Irakezen de ondergrond glad waar straks de aardappels in komen. Ahmad Askarzada (24, op slippers) vertelt leunend op zijn schoffel dat hij in Afghanistan een mooie bloemen- en groentetuin had. Drie jaar geleden vluchtte hij. Na Haarlem, Den Helder en Zaandam kwam hij vier maanden geleden in de Bijlmerbajes terecht.
De voetballende, Syrische broertjes Ghazal (16, op Crocks) en Mohammad Hilal (18) werken een akker verderop efficiënt samen. Terwijl de één een kuil in de grond graaft, stopt de ander er zorgvuldig een aardappel in.
Een thermoskan, cake en dadels
Marion Noort (47), woonachtig in de Rivierenbuurt, is meegekomen met haar 18-jarige dochter, die op Facebook over de workshop las. Noort vindt het tuinieren een grappige manier om haar nieuwe buurtgenoten te leren kennen. „Eigenlijk had ik nog nooit een vluchteling gesproken”, vertelt ze. „En dat terwijl we op steenworp afstand van elkaar wonen. Als je naast elkaar zit te wieden, kom je op een laagdrempelige manier met elkaar in contact.”
Naast haar wroet de Afghaanse Mohammad Yousuf Zakir (25) met zijn handen in de aarde. Met razendsnelle handelingen zet hij geconcentreerd de plantjes in de grond. „Ik zag vanuit mijn raam dat hier gewerkt werd”, zegt hij met een twinkeling in zijn ogen, knikkend naar de grijze torenflat achter zich. In Afghanistan volgde Zakir een agrarische opleiding en had hij zijn eigen appelboomgaard. Nu worden daar executies uitgevoerd, heeft hij vernomen. Over het verblijf in een voormalige gevangenis is Zakir niet ontevreden. „Hier heeft iedereen in ieder geval zijn eigen kamer”, zegt hij. „Eerder deelden we met zijn veertigen één ruimte.”
Als alle zaden gezaaid zijn en de plantjes in de grond zitten, vraagt Zakir of Noort zin heeft in Afghaanse thee. Hij verdwijnt naar zijn kamer en komt terug met een thermoskan, cake en dadels. Er komen trommels en al snel zet een groep Syriërs een Arabisch lied in. De oogst wordt later dit jaar onder de azc-bewoners verdeeld.
Meedoen kan via de site.