In de verhitte nasleep van het geweldsincident in Arnhem, waarbij twee mannen die hand in hand liepen in elkaar werden geslagen, volgde iedereen zijn eigen agenda, maakte iedereen zijn eigen homo. Overal werd het brute incident besproken - maar hebben we het ergens over gehad? ‘Islamcritici’ zagen er het zoveelste bewijs in van een onverdraagzame, homo-vijandige islam. Hun tegensprekers wezen op het hoge percentage anti-homogeweld onder Nederlandse Nederlanders. Linkse academici betreurden de voorspelbare nadruk op etniciteit en pleitten rolvast voor een totale omwenteling in algemeen maatschappelijke ‘structuren’. En dan was er de spontane nationale actie waarin talloze vermeend heteroseksuele mannen zich uit solidariteit zich hand in hand lieten fotograferen – die actie maakte indruk in heel wat buitenlandse media.
Ikzelf werd er ongemakkelijk van, van al die solidariteit. Het hele debat leek me eerder een wedstrijd in hypocrisie. Ondanks alle ferme statements werd er meer weggemoffeld dan benoemd.
We nemen het door. De islam-bashers stellen Nederland voor als een paradijs van vrijheid en tolerantie, met moslims als agressieve, ongewenste elementen. In hun weerzin tegen die leugen hameren hun tegenstanders in het debat op het bevlekte blazoen van niet-moslims – kijk naar de statistieken. Goed punt. Ik spreek alleen voor mijzelf, maar alle homohaat die ik in mijn leven ben tegengekomen, kwam van witte Nederlanders – trouwens, meestal van mannen die zichzelf als islamkritisch beschouwen.
Het lijkt alsof je het ene kwaad tegen het andere kunt wegstrepen
Maar zo lijkt het alsof je het ene kwaad tegen het andere kunt wegstrepen. Wie uit afkeer van islamhaters ontkent dat homo’s met een islamitische achtergrond grote, specifieke problemen hebben, heeft zijn ogen moedwillig in zijn zak gestopt. Het doet ook onrecht aan Turkse en Marokkaanse Nederlanders die moedig hun nek durven uitsteken om seksuele taboes in eigen kring te slechten, zoals de organisatoren van de Marokkaanse boot tijdens de Gay Pride in 2016 en de gewezen politicus Tofik Dibi met zijn boek Djinn.
In de Volkskrant van afgelopen vrijdag zei Souad Boumedien, politievrouw en ambassadeur van de Gay Pride 2017 terecht: „De rol van etniciteit, cultuur of religie in anti-homogeweld mag wat mij betreft nader onderzocht worden, dat ga ik echt niet afschermen. Maar is dat echt het hele verhaal?”
Wie de ongegeneerd homofobe tweets van de Hollandse faalpoliticus Jan Roos kent, weet dat dat inderdaad niet het hele verhaal is.
Ook die brave hand-in-hand-actie heeft iets hypocriets. Homo’s, vooral als het over mannen gaat, worden altijd neergezet als een afgebakend mensensoort, waar je iets tegen kunt hebben of waar je voor op kunt komen. Dat juist die identiteit in werkelijkheid vaak zeer vloeibaar is, is iets wat vrouwen in de regel gemakkelijker toegeven dan mannen. Onder heteroseksuele mannen is het veelal een taboe. Daarover gaat het dan ook nooit, ik heb er nog nooit een openhartige discussie over meegemaakt.
Deze week bracht de Volkskrant ook een verhaal over een groeiend aantal gemeentes die paal en perk willen stellen aan ‘homo-ontmoetingsplaatsen’, parken en natuurgebieden die gebruikt worden door mannen om seks met elkaar te hebben. Daar zijn er best veel van, een site die het allemaal bijhoudt heeft het over 271 plekken in Nederland. De bezoekers, schrijft de krant zijn deels „mannen die niet uitkomen voor hun geaardheid en samenleven met een vrouw”. Programmaleider lhbt-beleid Juul Van Hoof van kenniscentrum Movisie: „Anonieme ontmoetingsplaatsen voorzien in een behoefte die voorkomt uit een taboe op homoseksualiteit dat nog altijd leeft in onze maatschappij. Door die plekken te sluiten neem je de behoefte van die mannen niet weg.”
Ik rijd geen auto, dus ik kan het niet eigenhandig gaan checken - maar iets zegt me dat veel van die mannen hun ware geaardheid helemaal niet onderdrukken. Misschien passen ze gewoon niet in het eenvoudige schema hetero-homo. Misschien zijn ze wel uiterst gelukkig getrouwd; het is typisch Nederlands om te veronderstellen dat je een enkelvoudige ware aard hebt. Je moet uitkomen voor wie je bent, maar je mag niet verscheidene dingen tegelijk zijn. Iedereen weet dat het niet zo eenvoudig ligt, maar liever het tot niets verplichtende engagement van hand-in-hand, dan dat bespreekbaar maken.
Het veelgevraagde politieke duo Baudet-Hiddema, zag ik, doorbrak de hypocriete braafheid door elkaar voor de camera te kussen – maar toen ik goed keek, zag ik dat een kuise kus op de wang was. Dat kan beter. Bij een volgend incident vol op de bek graag.