ING wil nog eens vijf jaar een uitzondering maken op haar algemene bonusbeleid voor een selecte groep werknemers. De bank gaat beleggers daarvoor op de komende aandeelhoudersvergadering in mei om toestemming vragen. Dat blijkt uit documenten die ING donderdag heeft verspreid ter voorbereiding van de aandeelhoudersvergadering en uit een tot nu toe onopgemerkt gebleven passage in het vorige week verschenen jaarverslag.
Nederlands grootste bank wil de groep werknemers een bonus kunnen betalen van maximaal 200 procent van het salaris. In 2015 is een wet ingevoerd die bonussen boven de 20 procent verbiedt bij Nederlandse banken – mede omdat een les van de financiële crisis was dat van excessieve bonussen perverse prikkels uitgaan. Voor medewerkers die voornamelijk in andere Europese landen werken, is een ‘afwijkend plafond’ van 100 procent mogelijk. Uitzonderingen tot 200 procent mogen ook, maar alleen voor personeel dat buiten Europa werkt. De aandeelhouders moeten hiervoor wel expliciet toestemming geven. De wet schrijft voor dat banken deze uitzonderingen alleen „zeer terughoudend” mogen gebruiken en „uitsluitend wanneer dit ten aanzien van individuele personen noodzakelijk wordt geacht”.
Uit het jaarverslag blijkt dat ING maximaal 1 procent van haar werknemers een bonus tot 200 procent wil kunnen blijven uitkeren. Bij ING werken meer dan 52.000 mensen, verspreid over 40 landen. Het gaat dus om maximaal 520 mensen. De werknemers werken allen buiten Europa, en voor divisies die zaken doen met bedrijven en particulieren, aldus ING.
In 2015 vroeg ING haar aandeelhouders ook al om toestemming voor deze uitzondering. Het ging toen om een periode van drie jaar, beginnend vanaf 2014. ING gaat haar beleggers nu vragen om voor nog eens vijf jaar de uitzondering te mogen maken.
In het jaarverslag stelt de bank dat de uitzondering nodig is om haar „concurrentiepositie” te kunnen behouden. De bank wijst erop dat zij internationaal zeer actief is, meer dan andere vooral op Nederland gerichte banken zoals ABN Amro en SNS. Voor Amerikaanse en Aziatische banken gelden minder strenge bonusregels. ING benadrukt dat de bonusbetalingen geen belemmering zullen vormen voor het versterken van haar buffers.
Vorige week bleek ook dat de raad van commissarissen van ING zich zorgen maakt over de internationaal vergeleken lage beloningen van de raad van bestuur. Topman Ralph Hamers kreeg in 2016 een salaris van 1,663 miljoen euro. Daarbovenop kreeg hij een aandelenbonus ter waarde van 316.000 euro. Daarmee is Hamers een van de best betaalde bankbestuurders in Nederland, maar vergeleken met de beloningen van bestuurders van 50 grote Europese ondernemingen bevindt hij zich in de achterhoede. „Dit blijft een zorg”, schrijven de commissarissen in het jaarverslag.
Vakbonden zijn juist kritisch over de beloningen bij ING. Het basissalaris van topman Hamers over 2016 was 2 procent hoger dan het jaar daarvoor. Zijn bonus was ook iets hoger. Vakbond CNV vroeg zich na het verschijnen van het jaarverslag af of ING „er misschien één tel over nagedacht had hoe dit bij de werknemers zal vallen?” ING zit middenin een zware reorganisatie. „Waar is de menselijke maat gebleven?”, aldus de vakbond.
Demissionair minister Dijsselbloem (Financiën, PvdA) maakte zich de afgelopen jaren hard voor versobering van de beloningen in de financiële sector. Hij stond aan de basis van het bonusplafond van 20 procent – de strengste bonuswetgeving in Europa.