Recensie

Recensie Film

Op de huid van ‘zijn soort mensen’

Ed van der Elsken De minder bekende filmfragmenten van fotograaf Ed van der Elsken vormen het meest bijzondere aspect van het overzicht in het Stedelijk.

Meisjes, Reykjavik, IJsland (1970) door Ed van der Elsken
Meisjes, Reykjavik, IJsland (1970) door Ed van der Elsken Beeld Nederlands Fotomuseum

Tegenwoordig doet iedereen het. Onafgebroken alles fotograferen en filmen: vrienden, reizen, selfies. Ed van der Elsken deed het vanaf 1945 en maakte al eind jaren vijftig ‘travelogues’ voor de televisie van zijn wereldreis. Het liefst had hij een kleine camera in zijn hoofd in laten bouwen, met een lens die eruit stak, schreef hij in 1986 aan een vriend. „Het leven om zich heen 24 uur per dag artistiek registreren.” Maar, schreef hij ook, nu dit met de lichtgewicht videocamera mogelijk begon te worden raakte hij aan het twijfelen en wilde hij terug naar de manier van werken uit het begin: door de straten lopen met een fotocamera, drie filmrollen op zak, geen opdrachten, en „mijn soort mensen verzamelen”.

Veel schoonheid

Simon Vinkenoog met vriendin, Parijs (1950). Foto Ed van der Elsken

Van der Elsken, opgegroeid in Betondorp, fotografeerde na de oorlog met de 9×12-platencamera van zijn vader op straat en vertrok in 1950 naar Parijs waar hij een baan kreeg bij het fotolaboratorium van fotoagentschap Magnum. Na een paar maanden nam hij ontslag en sloot hij zich aan bij een groep jonge bohémiens in Saint-Germain-des-Prés. Zijn foto’s van het leven van deze artistieke hangjongeren werden opgemerkt en aangekocht door Edward Steichen, conservator van het Museum of Modern Art in New York. In 1956 verscheen Van der Elskens Een liefdesgeschiedenis in Saint-Germain-des-Prés.

De overzichtsexpositie in het Stedelijk toont ruim 200 foto’s, een selectie van filmfragmenten, en documentatiemateriaal, zoals contactvellen en schetsboeken. Van der Elsken zit met zijn camera pal op de huid van zijn onderwerp, kruipt in zijn onderwerp en je kan er alleen maar gefascineerd naar kijken. Zoals de zwart-wit caféscènes in St-Germain-des-Prés, met een ondertoon van melancholie en eenzaamheid, maar vooral ook veel schoonheid. Of de foto’s uit het boek Amsterdam!, Oude foto’s 1947-1970. De grote armoede uit de jaren vijftig, rellen bij het huwelijk van prinses Beatrix en Claus in 1966, alles te zien door het empathische oog van Van der Elsken. Op een kleurenfoto steekt een uitgemergelde hippie zijn sigaret aan, gekleed in knalrode jeans met zwarte gulp, rood sjaaltje om de nek, Marilyn Monroe lacht breed op zijn witte shirt, achter hem een witte auto en het grijze Paleis op de Dam. Het is rauw, vrolijk, humoristisch en mooi, alles tegelijk.

Bij Van der Elsken zie je de handeling van het fotograferen en van het afdruk-procédé. Hij hield van dramatische lichtdonker-effecten en van doordrukken zodat er een witte lichtcirkel om de personen ontstond.

Lees ook: Ed van der Elsken volgt de vrouw van wie hij bezeten is: Vali Meyers

Een sublimatie van seks

Naaktstrand, Zandvoort (1975). Foto Ed van der Elsken

De huid van de handgemaakte foto is de huid van de zwarte netkousen om meisjesbenen, van een nep-leren jasje, van een decimetershoog getoupeerd kapsel. Fotografe Nan Goldin, groot bewonderaar van Van der Elsken, omschrijft zijn werk als „een sublimatie van seks, verleidingsmiddel, de poging om iemand aan te raken”. Hoewel Van der Elsken zeer precies was in de selectie van zijn foto’s en in het handmatige afdrukken, heeft alles lichtheid en spontaniteit.

De fotoboeken zijn wijd verspreid en bekend. Daarom is de selectie van filmfragmenten het meest bijzondere aspect van de tentoonstelling. Eindeloos kan je kijken naar het fragment van twee tienervriendinnen bij de tramhalte, de kwakende kikker in de sloot, kinderen bij het zwembad, tot en met de beelden van de vermagerde Van der Elsken zelf die aan het einde van zijn leven zijn ziekteproces filmde. Dit is filmen als individuele expressie, zoals hij het noemde, waarbij hij alles – camera, geluid, montage – zoveel mogelijk zelf deed. Wat is het een groot gemis dat deze films niet in hun geheel worden vertoond!

Van der Elsken hield, zei hij, „van sterke, levende dingen”. Dat is wat hij laat zien, zelfs bij het sterven. En het allerwonderlijkste is dat bij Van der Elsken de mensen, hoe bizar en extreem hun gedrag ook mag zijn, altijd hun waardigheid behouden.