Analyse

Rusland herschept de feiten

Desinformatie Met een belangrijk verkiezingsjaar voor de boeg is de vraag die Europa bezighoudt: hoe kunnen we Russische desinformatie bestrijden? Volgens experts is het zaak de Russische strategie te herkennen en te doorgronden.

illustratie hajo

Een driejarig ventje dat in Oost-Oekraïne aan het kruis werd genageld. Een Russisch-Berlijns tienermeisje, dagenlang verkracht door islamitische migranten. NAVO-soldaten die Zweedse vrouwen aanranden wanneer het land toenadering zou zoeken tot het bondgenootschap. Het is een greep uit de valse berichten die Kremlingezinde media de laatste twee jaar Europa in hebben geslingerd.

De berichten veroorzaakten onrust en woede, leidden soms tot een diplomatieke rel, maar verwijderd werden ze niet. De nieuwsitems die het Russische Eerste Kanaal maakte over het ‘vermoorde’ jongetje en het ‘verkrachte’ meisje staan nog steeds op de website van de staatszender.

Ook Nederland kreeg, ten tijde van de ramp met vlucht MH17 en het Oekraïnereferendum, veel valse en misleidende berichten te verstouwen.

Video van het Oekraïense ‘Azov-bataljon’, waarin Nederlanders werden bedreigd als ze ‘nee’ zouden stemmen bij het Oekraïne-referendum. De website StopFake legt uit waarom de video nep is:

Met afstand het bizarste gerucht luidde dat de lichamen van de slachtoffers reeds in Amsterdam aan boord waren gebracht om boven Oost-Oekraïne uit te strooien en zo Rusland in diskrediet te brengen.

Niet alleen de aard van de berichten schokten Europese regeringen, maar vooral de snelheid, effectiviteit en hardnekkigheid waarmee ze hun weg vonden naar antiwesterse, eurosceptische en populistische groeperingen en verder richting de nietsvermoedende burger. De vraag die Europese leiders zich stellen is dan ook: moeten overheden dit uiterst effectieve en ongrijpbare Russische wapen te lijf gaan? En hoe dan?

Houten paard

Desinformatie en misleiding als militaire strategie is van alle tijden. De Chinese oorlogsstrateeg Sun Tzu gaf in 2500 jaar geleden al tips hoe je je vijand het best om de tuin kunt leiden. Later ontdekten de Trojanen de kracht van misleiding toen zij een houten paard voor hun belegerde stad aantroffen. Maar als één land ter wereld het wapen van desinformatie scherp heeft weten te slijpen, dan is het Rusland, zo blijkt uit de geschiedenis.

Al in 1839 noteerde de Franse markies Astolphe de Custine tijdens een maandenlange rondreis door het tsarenrijk: „Russisch despotisme houdt geen rekening met ideeën en sentimenten, het herschept de feiten; het voert een oorlog tegen bewijs en triomfeert in de strijd.” Zijn reisverslag Brieven uit Rusland werd bij publicatie in 1843 een bestseller en is tot vandaag de dag populair.

Staatsgeheime instructieboeken van de KGB dateren de geboorte van desinformatie een halve eeuw vóór de trip van Custine, in 1787. In dat jaar nam graaf Potjomkin Catharina de Grote mee op tournee naar de Krim, dat Rusland op de Turken had veroverd. Volgens de overlevering liet Potjomkin, de minnaar van Catharina, tijdens de reis façades plaatsen voor de bouwvallige krotten waar de tsarina in haar koets voorbijreed, om zo de armoede aan haar oog te onttrekken.

De ‘Potjomkindorpen’ werden een begrip, en de trots van de KGB. Ook de Protocollen van de Wijzen van Zion, een neppamflet dat het plan voor Joodse wereldoverheersing ‘onthulde’, kwam begin 20ste eeuw uit Russische hoek.

Nepwoord

Dergelijke verhalen doen velen nu glimlachen. Maar Russische spionnen, getraind in maskirovka, de militaire traditie van deceptie, trokken er lering uit. Zie ook het boek Disinformation uit 2013, van Ion Mihai Pacepa en Ronald J. Rychlak. Pacepa, luitenant-generaal bij de Roemeense geheime dienst, de Securitate, liep in 1978 over naar Amerika. In zijn boek geeft hij een uitbundig overzicht van desinformatieoperaties waarmee hij door zijn Moskouse bazen werd geïnstrueerd om de westerse publieke opinie te beïnvloeden.

Volgens Pacepa koos Stalin rond 1950 expres het Frans klinkende ‘dezinformatsia’ voor het fenomeen, om Sovjetburgers te laten geloven dat het verspreiden van valse berichten geen Russische maar een westerse vinding is.

Inderdaad werd desinformatie aan beide zijden van het IJzeren Gordijn (en elders) grif ingezet. Maar waar westerse democratieën de tactiek aan het einde van de Koude Oorlog grotendeels lieten verslonzen, verfijnden de Russen het wapen. Onder leiding van oud-KGB’er Vladimir Poetin werd het aangepast aan de moderne tijd. Nu Rusland en het Westen een kwarteeuw na de val van Sovjet-Unie weer tegenover elkaar zijn komen te staan, komt dat Moskou goed van pas.

Sinds de annexatie van de Krim en het uitbreken van het conflict in Oekraïne bezorgen Russische fakeberichten en andere desinformatie burgers, politici en veiligheidsdiensten in Europa en de VS hoofdbrekens. „Sinds 2013 is het fenomeen helemaal terug in Kremlinkringen en binnen de Russische veiligheidsdiensten”, zegt Stefan Meister per telefoon vanuit Berlijn. Als Ruslandexpert bij de Deutsche Gesellschaft für Auswärtige Politik doet Meister al jaren onderzoek naar moderne Russische beïnvloedingsstrategieën en desinformatiecampagnes.

Volgens Meister komt die opleving voort uit het gevoel dat Rusland zich moet verdedigen tegen het Westen. „Rusland ziet in het Westen een vijand die overal revoluties orkestreert, zoals tijdens de Arabische Lente.”

Grote manipulatiemachine

Na de Oranjerevolutie in Oekraïne (2004), het Georgisch-Russische conflict (2008) en de Arabische Lente (vanaf eind 2010), kreeg Moskou te maken met onvrede op eigen bodem. De burgerprotesten in Sint-Petersburg en Moskou van 2012 en 2013 voedden Russische paranoia dat het Westen ook uit was op een ‘democratische’ omwenteling in Rusland. Om zich te verdedigen tegen de westerse dreiging stofte Moskou de relatief goedkope en eenvoudige beïnvloedingstactieken uit de Sovjetjaren af. Uiteindelijk wisten ze verschillende vormen van desinformatie en beïnvloeding samen te voegen en te veredelen tot één grote manipulatiemachine. Meister:

„Deze instrumenten volgen de natuur van Russische politiek van trial and error. Je probeert in ieder land een ander instrument uit om het wantrouwen in het systeem aan te wakkeren. Wat werkt, wordt gebruikt, en wat niet werkt wordt vervangen door iets anders. Rusland rechtvaardigt deze agressieve informatiecampagnes met het argument dat westerse landen zich net zo hard, of nog harder, schuldig maken aan propaganda en desinformatie.”

De instrumenten variëren inderdaad: van ‘trollen’ die nepberichten verspreiden, tot eenzijdige of misleidende nieuwsitems. Van het financieren van populistische, eurosceptische partijen als het Franse Front National tot het promoten van Russisch religieus gedachtengoed, gericht tegen westerse verworvenheden als het homohuwelijk.

Het doel: meestal politiek, soms een commercieel belang, zegt Meister. Maar altijd gaat het om twijfel zaaien, verwarren, de tegenstander destabiliseren en tegen zichzelf op te hitsen. In de zo veroorzaakte chaos is het eenvoudig om de eigen visie over te brengen.

De Amerikaanse denktank RAND karakteriseert het Russische propagandamodel in een rapport als „veelzijdig, snel, repetitief en gekenmerkt door een gebrek aan objectieve realiteit en consistentie”. Rusland „heeft zijn voordeel gedaan met de technologie en beschikbare media op manieren die tijdens de Koude Oorlog ondenkbaar waren”, schrijft RAND.

Russische visie

Meertalige media en een leger betaalde ‘internettrollen’ geven Rusland de middelen om die eigen visie op de werkelijkheid succesvol over te brengen op een breed, buitenlands publiek. Het in 2005 opgerichte mediabedrijf RT – voorheen Russia Today – zegt over zichzelf:

„RT brengt verhalen die door mainstream media over het hoofd worden gezien, biedt alternatieve perspectieven op lopende zaken, en laat een internationaal publiek kennismaken met een Russische visie op grote wereldgebeurtenissen.”

Het bedrijf is meermaals op de vingers getikt door internationale mediawaakhonden wegens misleidende berichten en het ontbreken van wederhoor. RT is zich bewust van de kritiek. Onder het kopje ‘Feit en fictie’ weerspreekt het de vele beschuldigingen agressief. En inderdaad, misleiding ligt vaker besloten in context, suggestie, herhaling en in de keuze van kop en beeld dan in keiharde leugens.

RT komt – net als het mediabedrijf Sputnik – uit de koker van Kremlin-propagandist Dmitri Kiseljov, en opereert sinds 2014, intussen in 29 talen. RT is goed voor een staatsbudget van 259 miljoen euro en kreeg vorige maand geld voor een nieuwe tak voor uitzendingen in het Frans.

Het idee dat Rusland een eigen visie op de werkelijkheid moet verspreiden, komt rechtstreeks uit het herziene ‘concept-buitenlandbeleid’ dat Poetin onlangs goedkeurde. Ook lanceerde het Kremlin een herziene veiligheidsdoctrine op het gebied van informatie. De toon van de documenten, waarin speciale aandacht is voor de positie van Russische media in het buitenland, is assertief, op het agressieve af.

Dreigingslijstjes

Hoewel desinformatie, naast terrorisme, boven aan de dreigingslijstjes van de Europese geheime diensten staat, tonen Europese landen zich opvallend kwetsbaar en onvoorbereid op de Russische tactiek. Tegelijkertijd lopen ze aan tegen een bont gezelschap van fellow travellers: personen met een willekeurige pro-Russische of anti-Europese agenda die, vaak op eigen initiatief, valse of misleidende berichten overnemen en promoten. De inertie lijkt voort te komen uit een zekere naïveteit en het feit dat tegenmaatregelen vaak botsen met westerse democratische burgerlijke vrijheden.

Veiligheidsexperts proberen Rusland wakker te schudden. Eind vorig jaar nam het Europees Parlement een resolutie aan waarin de Russische strategische communicatie wordt omschreven als „onderdeel […] van een grotere ondermijnende campagne om de EU-samenwerking en de soevereiniteit, politieke onafhankelijkheid en territoriale integriteit van de Unie en haar lidstaten te verzwakken”. Het roept lidstaten op waakzaam te zijn voor Russische informatieactiviteiten. Facebook maakte in reactie op nepnieuws rond de Amerikaanse verkiezingen bekend zulke berichten te willen filteren. In 2014 werd in Letland het door de NAVO geaccrediteerde Stratcom opgericht, dat zich onder andere bezighoudt met „strategische communicatie” en het „bestuderen van de Russische informatiecampagne in Oekraïne”.

Het is een begin, maar experts tonen zich nog weinig enthousiast over de bestaande methodes van ‘contrapropaganda’. Begin januari schreef internationaal politiek adviseur Molly McKew op de site Politico dat Amerika „reageert op een 21ste-eeuwse hybride informatieoorlog met een diplomatieke toolkit die stamt uit de vorige eeuw.” Volgens McKew beseft Amerika nog altijd niet dat de oorlog allang begonnen is.

„Het mag dan geen oorlog zijn die wij erkennen, maar het is een oorlog. Een oorlog die, thuis en elders, probeert onze waarden, onze democratie en onze institutionele kracht af te kalven; ons vermogen te ondergraven om feiten van fictie te onderscheiden, moreel gelijk van ongelijk, en ons ervan wil overtuigen beslissingen te nemen die indruisen tegen onze eigen belangen.”

Volgens de RAND-experts moeten we niet verwachten dat we desinformatie kunnen bestrijden met „het waterpistool van de waarheid”. Beter, zo stellen zij, is het om je te bedienen van dezelfde psychologische middelen: waarschuwen, herhalen en corrigeren. „Vergroot je stroom van overtuigende informatie en ga de competitie aan.”

Correcties: in een eerdere versie van dit verhaal werd gesproken van een vijfjarig jongetje dat vermoord zou zijn door Oekraïense soldaten, dit moet zijn: driejarig. Sun Tzu leefde niet 2.500 jaar voor Christus, maar 2.500 jaar geleden.