Als asielzoekers zich aanmelden, dus in het begin van hun procedure, is er weinig tijd om na te gaan of zij betrokken zijn bij terrorisme of andere criminaliteit.
Dat staat in een rapport van de Inspectie Veiligheid en Justitie dat woensdag naar de Tweede Kamer is gestuurd. Het lukt daardoor maar „beperkt” om meteen „signalen te verzamelen over mensenhandel, mensensmokkel en terrorisme”. Tegelijk is het zo dat politici te veel verwachten van die eerste controles, volgens de inspectie.
Voor elke asielzoeker begint de procedure in de zogeheten ‘identificatiestraat’. Daar worden zijn documenten gecontroleerd, vingerafdrukken afgenomen en persoonlijke eigendommen doorzocht. Ook worden mobiele telefoons gecontroleerd op foto’s, e-mails, berichten en apps. Niet alleen om de identiteit van de asielzoeker te controleren, maar ook om zijn reisverhaal te checken en om signalen te ontdekken van bijvoorbeeld terrorisme of mensenhandel.
Door het tijdgebrek is er een risico dat het personeel van de identificatiestraat „informatie mist” , schrijft de inspectie. Het lukt niet altijd om „alle (potentieel) relevante informatie te bekijken”.
De inhoud van mobiele telefoons wordt bijvoorbeeld „oppervlakkig bekeken”. Er is niet genoeg tijd om de tientallen telefoons per dag zo gestructureerd te onderzoeken als de instructie voorschrijft. De politiemedewerkers die dit werk doen, maken volgens de inspectie „noodgedwongen” een afweging over „wat men al dan niet bekijkt”.
Op Schiphol, waar de marechaussee de identificaties uitvoert, is er nóg minder aandacht voor het ontdekken van terrorisme en criminaliteit dan in de normale aanmeldcentra zoals Ter Apel. Daardoor is er op de luchthaven een extra risico dat signalen van terrorisme worden gemist.
Inspectie: alleen eerste stap procedure is onderzocht
Tegelijk wil de inspectie de bevindingen „in perspectief plaatsen”. Dit onderzoek gaat alleen over de eerste stap van de asielprocedure, die ook nog eens in een korte tijd moet gebeuren. Het is nog maar de vraag of het dan „redelijkerwijs mogelijk” is om alle signalen van criminaliteit te ontdekken, schrijft de inspectie. Juist omdat terroristen en criminelen goed hun best zullen doen om geen aanwijzingen prijs te geven. Later, in de asielverhoren, is de immigratiedienst ook alert op signalen van terrorisme en criminaliteit.
Medewerkers van de identificatiestraten vinden dat politici te hoge verwachtingen hebben van wat daar allemaal ontdekt kan worden. „We moeten onszelf niet voor de gek houden”, zegt een coördinator in het inspectierapport. „We kunnen nooit garanderen dat we alles ontdekken.”
Ook minister Ard van der Steur (Veiligheid en Justitie, VVD) zegt dat de identificatie maar „één onderdeel in een totaalpakket is”. Hij erkent dat er „niet altijd tijd is” om telefoons meteen uit te lezen. Maar, zegt hij: „Dat kan ook later”.
Volgende maand verschijnt naar verwachting een rapport waarin de controle tijdens de hele asielprocedure is onderzocht.