Dat we Sinterklaas een ‘goedheiligman’ noemen, komt niet doordat we hem zo heilig vinden – het is een verbastering van ‘hylick’ man, huwelijk man. Sint is een goedhuwelijksman: zeker tot rond 1900 werd Sint in Nederland en België als huwelijksmakelaar gezien. Neem deze ‘Meysjesbede’ uit 1875: „Sint Nicolaas Goedheiligman! …/ U roep ik heel droevig an;/ Niet om zoete koek of vijgen,/ Of om kinderpoppengoed./ Laat mij maar een vrijer krijgen/ Die mijn minnelust voldoet.”
Die inmiddels vergeten rol van de Sint als huwelijksmakelaar hangt samen met de oudste legende over Sint Nicolaas; hij zou als rijke, gulle jongeman (nog niet als bisschop) goudstukken door de ramen hebben gegooid bij een huis, drie avonden opnieuw, om te voorkomen dat een arme man zijn drie dochters in de prostitutie zou dwingen; de man had geen geld voor een bruidsschat, en dan kon een meisje niet trouwen. De goedhuwelijksman Sint strooide goudstukken, zodat ze toch netjes trouwen konden. En dat allemaal in het vroegchristelijk gebied dat nu Zuidwest-Turkije is, rond 300 na Christus. Daar begint het Sint-verhaal, dat zich steeds lijkt te veranderen en aan te passen, hoewel daarbij de kern – barmhartigheid, gulheid – blijft. Pepernoten strooien, als symbool van zaad, vruchtbaarheid, past in die traditie.
Sints veranderingen zijn beschreven en goed te zien in het pas verschenen boek 1000 jaar Sinterklaas… en nu het ware verhaal van Sint Nicolaas en zijn knecht (LM Publishers). De basis voor het boek van journalist Peter van Trigt, is zijn enorme verzameling aan Sint gewijde ansichtkaarten. Hij volgt het spoor van de populaire verbeelding terug naar de oorsprong: iconen en schilderijen van de goedheiligman. En hij volgt de veranderende Sint-traditie aan de hand van foto’s en advertenties tot nu.
Ook de knecht van Sint verandert steeds. Pas in de Middeleeuwen kreeg Sint in kinderoptochten helpers, vaak een duivel of boeman, die stoute kinderen met straf dreigde. Er zijn witte knechten, bosgeesten, zwarte sinten; Van Trigt toont de plaatjes. Tijdens de Reformatie werd het Sint-feest vooral binnenshuis gevierd. Maar als opvoeder maakte hij in de 19de eeuw in Nederland een comeback. Dat toen een slaaf model stond voor Zwarte Piet, betwijfelt Van Trigt. In de mengeling van folklore en religie die het Sint-feest is, spelen allerlei invloeden mee, van de Moorse koning uit de Driekoningen-optochten tot 19de-eeuwse studentenoptochten waarbij de overwinning op de Spanjaarden gevierd werd, met edelen en pages in pofbroeken en gepluimde baretten – het Pietenpak. Sint en Piet veranderen steeds, is de boodschap.