Zo worden burgers gered na een bombardement op Aleppo

De bombardementen van het Russische en Syrische leger op het oosten van Aleppo veroorzaken veel woede bij de bevolking, omdat er gericht lijkt te worden gebombardeerd op burgerdoelen zoals ziekenhuizen. Ban Ki-moon, de Secretaris-Generaal van de VN, sprak zelfs van mogelijke oorlogsmisdaden.

De bombardementen richten zich ook op de zogenoemde Witte Helmen. Dit is een groep van vrijwillige hulpverleners die met steun van het Westen burgerslachtoffers proberen te redden. Een serie video’s van de New York Times laat zien hoe de groep dat doet.

Tombes zijn vol

De kortje filmpjes zijn opgenomen door Modar Shekho, een verpleger en activist uit Aleppo. Ze laten zien hoe de Witte Helmen te werk gaan na een bombardement op een gebouw waar vier gezinnen woonden. De reddingswerkers moeten bij hun werk vrezen voor meer bommen op hetzelfde doel, een zogeheten “double tap-aanval”.

Nadat het ingestorte gebouw is doorzocht wordt met een graafmachine puin geruimd. Vaak komen daarbij lichamen van slachtoffers naar boven, zoals in dit geval dat van een jonge jongen. Maar veel plekken om hun doden te begraven hebben de inwoners van Aleppo niet meer, zegt Shekho in de laatste video:

“Alle tombes liggen vol met lichamen. Misschien kunnen ze dit kind ergens in de buurt begraven, gewoon in een gat.”