Een patiënt aan een infuus met zwarte vloeistof, een patiënt die zwarte tranen van verdriet huilt, een patiënt bij wie zwarte vloeistof uit de mond druipt, een patiënt bij wie zwarte vloeistof uit zijn doorgesneden polsen druipt en een tweetal artsen eromheen. Het was een raar gezelschap dat vanmiddag opdook in het Entreegebouw van het Van Gogh Museum.
Demonstrerende kunstenaars
Dit was de eerste actie van de nieuwe groep Fossiel Vrije Cultuur, die de sponsoring door olie- en gasbedrijven van culturele instellingen wil bestrijden. Ze protesteerden hiermee tegen de samenwerking van het Van Gogh Museum en Shell. In andere landen wordt al langer geprotesteerd tegen banden van culturele instellingen met grote bedrijven in de olie-industrie, in Nederland is daar tot dusver nauwelijks discussie over.
De patienten worden het museum uitgestuurd. Waarom wordt @vangoghmuseum gesponsord door @shell ? #gettheshellout pic.twitter.com/Xh6trTgJw7
— Fossil Free Culture (@FFcultureNL) 16 september 2016
Binnen een paar minuten werden de demonstrerende kunstenaars vriendelijk gesommeerd om het gebouw te verlaten, waarbij het personeel vooral bezorgd was over de zwarte vloeistof die op de vloer terechtkwam. Buiten voor de entree konden de performers ongestoord doorgaan. Medestanders deelden brochures uit onder voorbijgaande toeristen, waarvan enkelen stil bleven staan en fotografeerden of filmden met hun mobiele camera.
De performance heeft de titel ‘De waanzin voorbij’, een titel geïnspireerd op de tentoonstelling De waanzin nabij. Van Gogh en zijn ziekte die op dit moment te zien is in het museum. De actiegroep heeft ook een folder gemaakt die sterk lijkt op de tentoonstellingsbrochure van het Van Gogh Museum.
Er zullen meer acties komen. “Maar niet heel snel, we doen het stap voor stap. Een actie voorbereiden kost veel tijd en energie”, zegt een van de kunstenaars achter de nieuwe beweging. De leden willen nog even anoniem blijven, maar zeggen binnenkort meer open naar buiten te komen met hun beweegredenen.
Kunst als actiemiddel
De zes leden zijn twee kunstenaars, twee activisten, een curator en een kunsthistoricus. Ze waren al betrokken bij de groep internationale kunstenaars die op de Klimaattop in Parijs actie voerden met Give a Shit!, waarvoor ze duizenden wc-rollen bedrukt met het laatste klimaatrapport van klimaatonderzoekscomité IPCC het conferentiecentrum binnensmokkelden en op de wc’s voor de diplomaten ophingen.
Liberate Tate gebruikt kunst als middel om actie te voeren. Hun acties waren vaak heel esthetisch. Daar nemen we een voorbeeld aan.
Ze zullen zich in de toekomst ook op andere culturele instellingen richten, die zich laten sponsoren door olie- en gasmaatschappijen. Zo sponsort Shell ook het Mauritshuis in Den Haag en het Concertgebouw in Amsterdam. Het Rijksmuseum wordt gesponsord door de Saoedische staatsoliemaatschappij Aramco.
Het zestal is geïnspireerd door de activisten van Liberate Tate, met wie ze ook contact hebben. Die Britse groep kunstenaars en activisten heeft zes jaar lang acties gevoerd in de musea van Tate dat gesponsord werd door oliemaatschappij BP en kreeg met opvallende performances in onder andere de Turbine Hal van Tate Modern veel media-aandacht. “Liberate Tate gebruikt kunst als middel om actie te voeren. Hun acties waren vaak heel esthetisch, ze staken veel tijd en energie in repetities. Daar nemen we een voorbeeld aan”, zegt de kunstenaar.
Toen BP het sponsorcontract beëindigde eerder dit jaar, claimde de actiegroep de overwinning. BP en Tate stellen dat de oliemaatschappij vanwege bezuinigingen en een ander beleid gestopt is met de samenwerking.