Donald Ray Pollock besloot op zijn vijftigste, na meer dan dertig jaar in een papierfabriek te hebben gewerkt, schrijver te worden. Hij begon aan een opleiding Engels en vier jaar later verscheen zijn debuut Knockemstiff, een bundel los met elkaar verbonden verhalen. Het boek werd door de Amerikaanse kranten lovend ontvangen (de vertaling verscheen in 2014). The Heavenly Table is zijn derde boek, een opvolger van de roman The Devil All the Time (2011).
The Heavenly Table opent in 1917 op de grens tussen Georgia en Alabama. Pearl Jewett en zijn zoons – Cane, Cob en Chimney – leggen voor een schijntje het moerassige land van hun hardvochtige landheer Major Tardweller droog. Ze hebben niets te eten behalve gefrituurd deeg en vlees van een ‘ziek’ varken. Een mysterieuze zwerver belooft Pearl dat als hij en zijn zonen hun lot aanvaarden, ze op een dag aan de ‘hemelse tafel’ zullen zitten.
Maar als Pearl overlijdt, besluiten zijn zoons Tardweller te vermoorden, diens paarden te stelen en op zoek te gaan naar een beter leven in Canada. Wachten op de hemelse tafel duurt ze te lang. Al rovend en moordend komen ze op het pad van Ellsworth Fiddler, een arme boer in Zuid-Ohio, die op zoek is naar zijn vermiste zoon.
De kapper
Wie rauwe verhalen over de Amerikaanse onderklasse schrijft, wordt al gauw vergeleken met Cormac McCarthy. Maar ondanks de gruwelijkheden waar Pollock (1954) de lezer aan blootstelt, schuilt er ook tederheid in dit boek. Pollock is minder pessimistisch dan McCarthy. Hij schrijft met liefde over zijn personages en voert een bonte cast van bijfiguren op. Een soldaat die hoopt aan het Europese front te sterven om zo van zijn homoseksuele gevoelens verlost te worden; een kapper die seriemoordenaar is; een pooier die een bordeel opent met de naam ‘De hemelse harem der lusten’ die echter door zijn klanten verbasterd wordt tot de ‘Hoerenschuur’. Al deze figuren krijgen van Pollock een verleden en een ziel.
Pollock begon als korte-verhalenschrijver en dat is duidelijk te zien. In zijn vorige boek, The Devil All the Time, hanteerde hij een soortgelijke structuur. Dat boek ging ten onder aan zwartgalligheid, maar The Heavenly Table biedt hoop en humor. Zo wordt een jongen die op jacht is naar de Jewett-broers geïntroduceerd: ‘De grootste teleurstelling van zijn leven tot dusver was, in feite, zijn leven tot dusver.’
Onderklasse
Hoop schuilt – en dit is geen verrassing voor wie Pollocks geschiedenis kent – in literatuur. De Jewett-broers putten inspiratie voor hun bloederige tocht naar Canada uit een pulproman, The Life and Times of Bloody Bill Bucket, naast de Bijbel het enige boek dat ze kennen. Bucket leert ze: ‘De wereld was een onrechtvaardige, verachtelijke plek die geregeerd werd door selecte groepen rijken en meedogenlozen, en de enige manier voor een arme man om vooruit te komen was door de wetten te negeren die zij op iedereen van toepassing maakten behalve op zichzelf.’
The Heavenly Table toont het zware leven van de Amerikaanse onderklasse in de eerste helft van de twintigste eeuw. Iedereen is op de een of andere manier verarmd of verwond door de ‘American dream’. Pollocks personages zien zich gevangen tussen de parochiale sociale structuur van voor de oorlog en de opkomende industriële samenleving: boerenwerk wordt overgenomen door machines, post wordt vervangen door de telefoon en in Europa woedt een oorlog die niemand begrijpt. Ellsworth is van mening dat ‘de wereld nu halsoverkop verliefd leek te zijn op wat tycoons en politici “vooruitgang” bleven noemen.’
Verhalen bieden verlossing. Het leven zelf is een verhaal, dat de Jewett-broers maar ook Ellsworth in de loop van deze roman leren te herschrijven. Over Cane’s liefde voor Bloody Bill Bucket schrijft Pollock: ‘Hoewel hij altijd geweten had dat het maar een bizar verhaal was… had het hem toch hoop geboden waar geen hoop was, iets om naar te streven dat beter was dan het leven dat ze was gegeven.’
Donald Ray Pollock is begin november te gast op Crossing Border in Den Haag. crossingborder.nl