Drugsresten in water leidend voor drugsbeleid

Het riool als bron voor drugsonderzoek heeft een groot voordeel ten opzichte van de vertrouwde enquête.

XTC in de vorm van het logo van de Rolling Stones
XTC in de vorm van het logo van de Rolling Stones Foto: Bas Czerwinski/ANP

Acht Nederlandse gemeentes gaan hun drugsbeleid bepalen op basis van onderzoek naar drugsresten in het rioolwater. Het is voor het eerst dat Nederlandse gemeenten dit doen, voorheen werd drugsbeleid vastgesteld op basis van enquêtes. In eerste instantie gaat het om een proef in acht Utrechtse gemeentes: Bunnik, Houten, Lopik, Montfoort, Oudewater, Vianen, Wijk bij Duurstede en Woerden. Dat maken de acht gemeentes woensdag bekend.

Volgens Annemarie van Wezel, hoogleraar waterkwaliteit en gezondheid aan de Universiteit Utrecht en KWR-onderzoeker, heeft het riool als bron voor drugsonderzoek een groot voordeel ten opzichte van de vertrouwde enquête: “Er worden geen sociale wenselijke antwoorden gegeven.” Rioolonderzoek is uiterst nauwkeurig, zegt Van Wezel, en het brengt van ruim anderhalf miljoen inwoners het drugsgebruik in kaart. Volgens de hoogleraar is rioolonderzoek een goede methode voor de overheid en gemeentes om nieuwe drugstrends te ontdekken.

“Als je weet welke drugs in trek zijn in je gemeente, geeft dat inzicht en kun je daar je beleid op aanpassen.”

In maart bezocht het Nederlandse wateronderzoeksinstituut KWR een week lang de acht Utrechtse gemeentes. In de zuiveringsinstallaties werd het binnenkomende “ruwe rioolwater” onderzocht op sporen van vijf soorten drugs, namelijk cocaïne, cannabis, mdma, amfetamine (speed) en methamphetamine – laatstgenoemde kwam in geen van de gemeentes voor. Opvallend: het gebruik van cocaïne en cannabis ligt in deze gemeenten lager dan in bijvoorbeeld de steden Amsterdam en Utrecht, maar het gebruik van speed ligt in een aantal gemeenten fors hoger.

Bijvoorbeeld in Oudewater, “een een gesloten gemeenschap waar niet gesproken wordt over drugsgebruik”, is speed bovenmatig populair. Het middel wordt daar drie keer zoveel gebruikt als in Utrecht. Dat is voor wethouder Ad de Regt (CDA) reden om “een stevig plan van aanpak” samen te stellen met de gemeente. Twee belangrijke pijlers uit die aanpak: weerbaarheidstrainingen en een intensievere voorlichting over drugsgebruik.

“Je kunt dan denken aan trainingen op de basisschool. Kinderen moeten ‘nee’ durven zeggen tegen drugs, ook als vrienden wel gebruiken.”

Ook in Lopik, “geen Sodom en Gomorra” van drugsgebruikers verzekert wethouder Johan van Everdingen (VVD), is op basis van de resultaten uit rioolonderzoek een voorlopig drugsbeleid ontwikkeld. In Lopik is speed eveneens populair. De wethouder wil de komende tijd informatie „vergaren” over de drugsproblematiek van de gemeente. Daarnaast wil hij hulpverleners scholen om verslaving beter en sneller te herkennen. En de lokale drugsmarkt moet verstoord worden. Maar waar wordt speed eigenlijk gebruikt? En hoe komt het de gemeente binnen? Van Everdingen: “Speed is boerencoke. Het is goedkoop en makkelijk te krijgen. Wij gaan die markt verstoren.”