Het is een horrorscène: tandarts Edwin Smith gaat alle tanden trekken van de pas zeventienjarige Larry Hammons. Het gebeurt in een tot tandartspraktijk omgebouwde camper op een verlaten parkeerplaats in de Amerikaanse staat Kentucky. Voordat Larry de camper binnenstapt, in de documentaire That Sugar Film, praat de jongen met de Australische filmmaker Damon Gameau. Larry vertelt hoe hij zijn hele jeugd dagelijks liters Mountain Dew dronk, een frisdrank met veel suiker en cafeïne. Voorloper van Red Bull en andere energiedrankjes. Een fragment, tot Larry de camper in gaat, hebben de makers van That Sugar Film op YouTube gezet. Het laatst bijgeschreven commentaar is: ‘That happens if you vote for Donald Trump’. That Sugar Film ging in 2014 op de IDFA in première. Nu draait hij in een paar Nederlandse bioscopen – komende week in Utrecht, Hilversum, Wageningen, Amsterdam.
Filmmaker Damon Gameau speelt er zichzelf. Hij wordt binnenkort vader. Sinds hij samen is met de toekomstige moeder eet hij gezond – bio en organisch. Geen toegevoegde suikers, veel groente, behoorlijk wat vet, ook boter en spek. Dat bevalt goed. Het is een gelukkig stel in een blauwgeverfd Australisch houten huisje. Maar er zijn zoveel vragen over suiker, zegt hij, dat hij duidelijke antwoorden wil nu de baby op komst is. Kinderen zijn zoetekauwen – ouders kunnen maar beter voorbereid zijn.
Gameau gaat 60 dagen lang 40 theelepels suiker per dag eten. Om te kijken wat er met hem gebeurt. Hij eet geen snoepjes, maar gewone dingen uit de supermarkt die gewone mensen tegenwoordig als gezond beschouwen. Cruesli, vruchtensap, kip met pittige saus. Dat soort dingen. Aan bijna alles wordt tegenwoordig suiker toegevoegd. Sinds twee generaties zijn we massaal gewend aan de wetenschappelijk bepaalde ‘hemelse piek’ van het optimale zoet. De industrie weet precies wat het kind in de mens wil.
Chagrijnig en moe
Waarom 40 theelepels suiker? Dat is 160 gram en dat is, zegt zijn begeleidingsteam van artsen voedingsdeskundigen, wat de gemiddelde Australiër per dag eet. In Nederland is dat gemiddeld 74 gram (mannen) en 57 gram (vrouwen) toegevoegde suiker. Het cijfer is berekend in opdracht van de suikerlobby, maar toch: die 160 gram van Gameau is voor Nederlandse begrippen aan de forse kant. Gameau komt 8,5 kilo aan, wordt steeds chagrijniger en voelt zich moe.
Prachtig voor de film, maar éénpersoonsexperimenten zeggen weinig. En Gameau schiet hier en daar door. Fructose bestempelt hij als de slechte suiker bij uitstek. Gewone suiker bestaat voor de helft uit glucose en voor de helft uit fructose. En in fruit zit fructose. Wie niet te veel fructose eet, heeft er niets van te duchten.
Hij eet gewone dingen uit de supermarkt die mensen als gezond beschouwen
Belangrijker is wat Gameau in die zestig dagen over suiker laat zien. Hij duikt de geschiedenis in. De suikerconsumptie explodeerde in de jaren tachtig toen de let-op-vetcampagnes begonnen. Hij reist langs bijzondere suikerplaatsen, zoals die parkeerplaats met tandarts Smith en het ruïnegebit van Larry.
Hij gaat ook naar een aboriginalstadje waar de bevolking in twee generaties tijd overschakelde van voedsel verzamelen in het veld op frisdranken en ander suikerhoudend gemaksvoedsel. Twee snoepjes per jaar, dat aten de opa’s en oma’s. Een paar blikjes cola per dag klokken de kleinkinderen door hun keel. Een bevlogen opbouwwerker probeerde wat aan de obesitas en diabetesepidemie te doen. Maar de regering stopte de subsidie en nu dreigt dat experiment dood te bloeden.
Gameau laat zien hoe fabrikanten en regeringen de suikerconsumptie op onnatuurlijk hoog peil houden. Hoe fabrikanten en overheden de mensen zelf verantwoordelijk maken voor wat ze eten. En hoe ze ons blijven bedotten, nu er een etiketteerplicht is, waarop de meestvoorkomende ingrediënten voorop moeten staan. Vervang suiker deels door fructose, door glucosestroop, door melasse, dextrose, maltose, agave- en ahornsiroop en een vleugje honing. Allemaal suiker, maar prachtige natuurproducten die in verdeelde hoeveelheden allemaal achterin de ingrediëntenrij staan.