Bang Europa is veel sterker dan het denkt

Mensenrechten In zijn angst over vluchtelingen en terrorisme verloochent Europa zijn idealen, zegt Zeid Ra’ad, de Jordaanse topdiplomaat die de mensenrechtencommissie van de VN leidt. „Het wij-zij-denken keert terug. We hebben dit eerder gezien.”

Kinderen wachten, op 9 april, in een rij vluchtelingen op voedsel in een kamp bij Idomeni, aan de Grieks-Macedonische grens. Daar bevinden zich nog steeds duizenden migranten, die niet kunnen worden uitgezet en niet formeel in Europa worden toegelaten.
Kinderen wachten, op 9 april, in een rij vluchtelingen op voedsel in een kamp bij Idomeni, aan de Grieks-Macedonische grens. Daar bevinden zich nog steeds duizenden migranten, die niet kunnen worden uitgezet en niet formeel in Europa worden toegelaten. Foto Bulent Kilic/AFP

Sinds september 2014 gebruikt de Jordaanse prins Zeid Ra’ad al-Hussein zijn titel niet meer. Toen werd hij Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties, en de VN staan het gebruik van koninklijke of andere titels niet toe bij een dergelijke functie. Zeid heeft daar geen probleem mee. De meeste mensen uit het mensenrechten- en diplomatieke circuit, waarin hij al meedraait sinds hij begin jaren negentig voor de peacekeepers in het voormalig Joegoslavië (Unprofor) werkte, kennen hem sowieso als ‘Zeid’.

En weinig dingen vindt hij op dit moment méér nodig dan opkomen voor de rechten van zwakkeren en verdrukten. Vooral nu die rechten zelfs in Europese landen, eens de kampioenen van het internationale recht, steeds vaker worden geschonden.

Weigeren om zwakkeren te helpen wordt in sommige landen als daad van patriottisme gezien

„Ik zie een verslechtering in Europa. Dat is echt zorgelijk. Als we niet uitkijken, komen de toestanden die destijds juist hebben geleid tot het opstellen van mensenrechtenverdragen, weer terug. Ik zeg vaak tegen westerse politici: ‘Willen we echt weer leven in een wereld vol hekken, uitsluiting, stigmatisering en belediging?’”

Het gesprek vindt plaats in Wenen, in de tearoom van een hotel, op een zonnige vrijdagmiddag. Zeid (53) is in de stad voor een bespreking met VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon en alle hoofden van VN-organisaties – waaronder ook Unicef en de vluchtelingenorganisatie UNHCR. Het is waarschijnlijk de laatste keer dat Ban deze vergadering voorzit; binnenkort wordt er een opvolger benoemd, wellicht uit Oost-Europa. Zeid komt laat binnen, verontschuldigt zich meermalen en ploft op een leren bank bij een tafel aan het raam. Hij bestelt een groot glas water.

Hij komt net van een debat op de universiteit van Wenen. De zaal zat bomvol. Na afloop kreeg hij tientallen vragen. Studenten internationaal recht en andere belangstellenden wilden zijn mening over Italië dat op zee vingerafdrukken van bootvluchtelingen gaat nemen, Europese landen die zeggen dat ze geen moslimvluchtelingen willen en de deal die de Europese Unie in maart met Turkije heeft gesloten.

Zoveel vragen over Europa? Vroeger waren dit de ‘good guys’, die de rest van de wereld onderwezen over mensenrechten.

„Ja, Europa krijgt zelf steeds meer problemen op dit gebied. Eerst was er de economische crisis. Veel mensen raakten werkloos. En ze zijn boos omdat er in de financiële sector astronomische bedragen omgaan terwijl er in hun land in de publieke sector wordt bezuinigd. Sommigen verdienen goed aan de globalisering, anderen voelen zich erdoor benadeeld. Europese samenlevingen zijn ook diverser dan vroeger. Om al deze redenen vrezen veel burgers dat de oude morele orde van nationale waarden en vrijheden op de helling gaat.

„Er ontstaat een kloof tussen voor- en tegenstanders van de open samenleving. En uitgerekend op dat moment krijgen jullie te maken met terreuraanslagen en een ongeëvenaard aantal mensen dat hun huis, hun eigen land ontvlucht. Velen ontvluchtten de dood en lopen nu hier tegen een muur aan.”

U kent Europa goed. U heeft in Groot-Brittannië gestudeerd, u woont in Genève, uw moeder is Zweedse. Begrijpt u de angsten van Europeanen?

„Jawel. Alles verandert. Dat is voor sommigen bedreigend. Ik denk alleen dat Europa veel sterker en veerkrachtiger is dan het op dit moment zelf denkt.”

Vindt u Europeanen te onzeker?

„Ja. Europese landen zijn rechtsstaten en hebben gemeenschappelijke waarden. En nu staan er een paar fanatici op, gedreven door pathologische haat, en meteen denken veel Europeanen dat alles op de helling staat. Een paar verschrikkelijke aanslagen en mensen worden zo bang dat hun geloof in de rechtsstaat en menselijke waarden sterk wordt aangetast. Ze lopen achter populisten en demagogen aan. Zoeken zondebokken, liefst een zwakke groep outsiders. Als je anderen de schuld kunt geven van de problemen, voel je jezelf beter. Zo keert het wij-zij-denken in Europa terug: wij zijn het slachtoffer, zij zorgen dat we ons zwak en bedreigd voelen.

„Dat verontrust me. We hebben dit eerder gezien. Als mensen intolerant worden en oproepen tot haat en geweld tegen bepaalde etnische of religieuze groepen, kun je een oncontroleerbare escalatie krijgen: discriminatie, vervolging. Hate speech ligt al op de weg naar geweld. Aan het eind van die weg is altijd bloed.”

U bent echt heel bezorgd.

„We zitten hier in Wenen. U kent de geschiedenis van deze stad?”

U bedoelt hoe mensen in deze stad in de jaren dertig zo werden opgehitst dat de joden werden weggevoerd en Hitler met gejuich werd begroet?

„Alles kan ten goede keren. Maar waar ik bezorgd over ben, is precies dat hellende vlak. Ook destijds begon alles met angst en een paar demagogen. De vraag is: stoppen we dit, of gaat het verder? Europa doet nu dingen die tegen zijn eigen principes zijn. Tegen zijn eigen wetten. Het stuurt mensen terug die bescherming nodig hebben. Dat is verboden volgens internationale verdragen die Europese landen ondertekend hebben.

„In Europa worden mensen die geen enkele misdaad begaan hebben nu in gesloten detentie geplaatst. Ouders worden van hun kinderen gescheiden. Vrouwen zijn hierheen gesmokkeld en onderweg als seksslaven gebruikt en wij hebben hen de toegang ontzegd. Weigeren om zwakkeren assistentie te verlenen, of het vluchtelingen zijn of migranten, wordt in sommige landen als daad van patriottisme gezien. Sorry, ik zie het eerder als verraad aan Europa en alles waar het voor staat.”

Is het niet een beetje apocalyptisch om de oorlog erbij te halen?

„Het is eerder gebeurd dat demagogen de angsten van Europese burgers manipuleerden om hun eigen ambities te bevredigen, over de ruggen van groepen onschuldige mensen. Een minister van een Europees land zei tegen mij: ‘We willen wel vluchtelingen uit Oekraïne, maar geen moslims.’ Alleen christenen, dus. Dan schrik ik echt. Hebben we niets geleerd van de geschiedenis? We moeten zo’n moment herkennen en zorgen dat we ons ditmaal niet verder laten meeslepen.”

U velt een keihard oordeel.

„Mijn kantoor is het mensenrechtengeweten van de wereld. Wij bewaken alle afspraken die landen daarover hebben gemaakt bij de VN. Zij, die landen, hebben ons kantoor opgericht. Als er zorgen zijn, dan is het onze taak om dat luid en duidelijk te zeggen.”

Wordt er ook geluisterd?

„Hm.”

Waarom twijfelt u over de Europese vluchtelingendeal met Turkije?

„Mijn eerste bezwaar heb ik net genoemd: mensen die oorlogen en geweld ontvluchten en recht hebben op onze bescherming, worden opgesloten in ‘ontvangstcentra’, hot spots of detentiecentra of hoe je ze ook noemt, in Griekenland. Dat gebeurt in onacceptabele omstandigheden. Ook betwijfel ik of Turkije wel een veilig land is, waar je hen naartoe terug kunt sturen. Volgens de regels mag je mensen niet terugsturen naar een land waar ze niet veilig zijn. Turkije heeft het Vluchtelingenverdrag niet ondertekend. Ik heb de EU en Turkije opgeroepen om onafhankelijke inspecties toe te laten, ook in detentiecentra. Iedereen die asiel wil vragen, moet het recht hebben om individueel gehoord te worden. Krijgen deze mensen die kans? Of worden ze met hele groepen tegelijk weggestuurd? Ook dat zou strijdig zijn met het verdrag.

„Mijn laatste punt van zorg is dat het akkoord met Turkije ertoe leidt dat vluchtelingen nog gevaarlijker routes naar Europa gaan zoeken.”

De Duitse bondskanselier Angela Merkel stond aan de wieg van de deal met Turkije. Kun je juist Merkel, het ‘humane’ geweten van Europa, verwijten dat ze de mensenrechten veronachtzaamt?

„Merkel heeft veel leiderschap getoond, zeker. Meer dan menig ander. Maar de deal met Turkije is een neefje van het Australische beleid, waarbij schepen vol vluchtelingen op zee werden geënterd en naar verre eilanden werden gedirigeerd. Daar werden ze in detentiekampen opgesloten, waar al snel allerhande misbruik voorkwam. Een rechtbank in Papoea-Nieuw-Guinea heeft net geoordeeld dat die kampen onwettig zijn. Australië moet zijn beleid wijzigen. Dit heeft de reputatie van het land geschaad.”

Wie heeft u in Europa op de Turkije-deal aangesproken?

„Een aantal ministers van Buitenlandse Zaken, en in Brussel hoge Buitenlandvertegenwoordiger Federica Mogherini en eurocommissaris Frans Timmermans. Ik moet meteen zeggen: zij doen hun best erover na te denken en betere oplossingen te vinden. Het zit ze dwars. Maar ze staan ook enorm onder druk. Regeringen worden in eigen land geprest om vluchtelingen, ook als ze aan alle voorwaarden voor asiel voldoen, terug te sturen naar Turkije. Rechts-radicale partijen zetten de toon. Zelfs in het politieke midden verharden de standpunten. Het sluiten van de Balkanroute is daar een direct gevolg van.”

Europa wordt geconfronteerd met een noodsituatie. Kunt u daar begrip voor opbrengen?

„Natuurlijk. Maar je moet dingen wel in perspectief zien en leiders hebben de taak om dat uit te leggen. In het Midden-Oosten is de nood veel hoger. Verreweg de meeste vluchtelingen uit Syrië zitten in Turkije, Libanon en Jordanië. Sluiten die landen grenzen? Nee. Europeanen moeten beseffen dat veel minder vluchtelingen deze kant op waren gekomen als Europa meer had geïnvesteerd in regionale opvang. Dat is niet gebeurd. Mede daardoor is de situatie in de regio desperaat en zoeken vluchtelingen hun heil in het welvarende Europa. Europese leiders mogen hier best wat meer accent op leggen. In mijn ogen komt het in Europa nu op leiderschap aan. Op politici die de moed hebben om de humanitaire tradities van Europa te verdedigen. Die weerwoord bieden aan de goedkope, gevaarlijke oplossingen van de populisten.”

Mainstream politici denken: als ik dat doe, groeit radicaal rechts.

„Daar ben ik het absoluut niet mee eens. Als het politieke midden steeds verder naar rechts opschuift, horen burgers op den duur vooral nog politici die radicale dingen zeggen. Dan denkt men dat dit soort taal oké is. Kijk naar de VS. Meerdere presidentskandidaten hebben gezegd dat marteling gerechtvaardigd is om terrorisme te bestrijden. Daar gaan maar weinigen tegenin. Zeven op de tien Amerikanen geloven intussen dat marteling te verantwoorden is. Dat is dramatisch. Dit leidt toch tot de verkruimeling van het hele internationale systeem?”

Geven landen over het algemeen minder om mensenrechten dan vroeger?

„Velen zien mensenrechten als een boutique-afdelinkje van internationaal recht, gepraktiseerd door wat academici en een handjevol emotionele activisten. Maar we hebben het over bindende wetten. Landen hebben die wetten zelf opgesteld, en met reden. Ze moeten zich eraan houden. Nu komt het erop aan: niet bij mooi weer maar als er een storm opsteekt. In de mensenrechtenraad in Genève beoordelen landen elkaar. Steeds worden een paar landen onder de loep genomen. Die krijgen aanbevelingen en adviezen. Wat je ziet, is dat die aanbevelingen vaak juridisch worden doorgevoerd maar vervolgens niet worden uitgevoerd.”

Windowdressing?

„Exact. Een tijdje geleden sprak ik ambassadeurs van de G77-landen [ontwikkelingslanden, red.]. Ik wilde bepaalde hervormingen doorvoeren en zij wilden geen goedkeuring geven omdat mijn kantoor zich inzet voor de rechten van LGBT – homo- en biseksuelen en transgenders. Of ik daar niet mee kon stoppen? Ik zei: ‘Luister eens, laatst heb ik jullie Europese collega’s toegesproken over xenofobie. Ik deed dat uit naam van mensen die vooral uit júllie landen komen. Willen jullie dat ik daar dan ook mee stop?’ Als ik aan dit soort druk toegeef, is het eind meteen zoek.”