De hoofdredacteur, zijn plaatsvervanger, de columnist, de voorzitter van de redactieraad, de economieredacteur. Even waren ze woensdag geen journalisten van Elsevier, het grootste opinieweekblad van Nederland, maar vooral actievoerders.
Hoofdredacteur Arendo Joustra en zijn collega’s streden op Schiphol voor hun titel. Letterlijk. Het weekblad Elsevier wordt verkocht aan de kleine Nederlandse uitgeverij New Skool Media. Aan die deal hangt een belangrijke voorwaarde: het blad moet binnen enkele jaren zijn naam veranderen.
Moederconcern RELX, voorheen Reed Elsevier, wil de naam Elsevier exclusief gebruiken voor zijn wetenschappelijke divisie. Dat is de grootste uitgeverij en leverancier van software voor wetenschappers. Een weekblad met dezelfde naam geeft alleen maar verwarring, aldus RELX.
De redactie van Elsevier, fel tegen die naamsverandering, vroeg woensdag tijdens de aandeelhoudersvergadering in een hotel op Schiphol aandacht voor de titel en de historie van het blad (sinds 1891). Joustra en de zijnen deelden rood-witte tasjes uit, met de slogan ‘Elsevier, meer dan een weekblad’.
Zeker zes aandeelhouders, onder wie Elsevier-redacteur en -columnist Syp Wynia, vroegen de top van het beursgenoteerde RELX of het weekblad niet gewoon zijn naam kan houden. De Britse president-commissaris Anthony Habgood kwam hen op geen enkele manier tegemoet. „Onder geen beding zullen wij de naam Elsevier verkopen. Het zou dom zijn. Onzinnig. Onverantwoordelijk.”
De wetenschappelijke tak Elsevier, met hoofdkantoor in Amsterdam, is een van de vier kernactiviteiten van RELX. „Als ik de Nederlanders was zou ik heel trots zijn op zo’n belangrijk bedrijf in Amsterdam”, aldus Habgood. „Het is een 3 miljard dollar-business. Het weekblad heeft een omzet van 1 procent daarvan. Elsevier is een fantastisch merk. Dat gaan wij niet verkopen.”
Na veel overleg adviseerde de ondernemingsraad van de Nederlandse RELX-dochter vrijdag positief over de verkoop. De redactieraad van het weekblad Elsevier gaf maandag echter negatief (niet bindend) advies. „‘Nee, tenzij’ zeggen wij tegen de verkoop”, aldus voorzitter Ron Kosterman van de redactieraad. „Wij stemmen alleen in met de verkoop als wij de naam mogen behouden. Wij vinden die eis onredelijk. Je verkleint onze kansen op de moeilijke tijdschriftmarkt. Ook al gaat het bij ons nog goed en halen we een brutomarge van 40 procent.”
Volgens Kosterman moet zijn blad al een half jaar na de definitieve overname zijn naam wijzigen in ‘Elseviers Weekblad’ of ‘Elseviers Magazine’, zoals het blad ook vroeger heette. „Als wij die naam zouden behouden, kunnen wij mogelijk instemmen met de verkoop. Maar drieënhalf jaar later moeten we ook die naam inleveren.”
New Skool Media (NSM), de koper van het weekblad, zou de naam Elsevier daarna nog twee keer twee jaar mogen hanteren. Maar volgens Kosterman rekent RELX zulke hoge licentiekosten dat het voor een uitgeverij als NSM nauwelijks mogelijk is de naam Elsevier te behouden.
RELX gaat zich beraden op een reactie aan de redactieraad.