Maurizio Cattelan, de altijd provocerende Italiaanse kunstenaar, is terug. Vijf jaar nadat hij met vervroegd pensioen ging omdat hij de geldgedreven kunstwereld meer dan beu zei te zijn, heeft de pas 55-jarige Cattelan weer een spraakmakend kunstwerk gemaakt: een massief gouden toilet.
Het toilet is voor een onbekend bedrag verworven door het Guggenheim in New York, het museum waar Cattelan een overzichtstentoonstelling had toen hij zijn pensionering bekendmaakte. Op verzoek van Cattelan zal het Guggenheim het gouden kunstwerk niet op zaal exposeren, maar in een van de openbare toiletruimtes.
Je kunt naar die sanitaire voorziening gaan om je te koesteren in de glans van het werk, zegt Cattelan in een vraaggesprek met The New York Times. Maar het wordt pas echt kunst, zegt hij, als iemand erop zit of eroverheen hangt om de natuur zijn gang te laten gaan.
Het Guggenheim zal het kunstwerk een dezer dagen aansluiten op het riool. Het museum overweegt een suppoost voor de deur te zetten om de te verwachte rij voor de toiletruimte in goede banen te leiden.
Knipoog naar Trump
The New York Times refereert aan verwante kunstwerken: het urinoir dat Marcel Duchamp 99 jaar geleden in een tentoonstelling plaatste en Merda d’artista, de blikjes met poep van Pierro Manzoni uit 1961. Ook zou het werk wellicht knipogen naar presidentskandidaat Donald Trump, die geen geheim maakt van zijn voorliefde voor gouden badkameraccessoires. De titel, Maurizio Cattelan: ‘America’, laat ruimte voor vele interpretaties.
Cattelan benadrukt dat zijn toilet geen grap is. Ook zegt hij dat zijn eenvoudige afkomst – hij is zoon van een vrachtwagenchauffeur en een schoonmaakster – hem regelmatig heeft gedwongen na te denken over economische ongelijkheid. Meer wil hij er niet over zeggen. Cattelan:”Het is niet mijn taak om te vertellen wat een kunstwerk betekent. Maar ik denk dat mensen hier wel betekenis in zullen zien.”
Over zijn afgebroken pensionering zegt de kunstenaar: “Niet werken bleek een grotere kwelling dan wel werken.” De afgelopen jaren trad hij vooral naar buiten met het curieuze fototijdschrift Toilet Paper.