Is Hardcore Henry ‘de eerste POV-actiefilm ter wereld’? Zo etaleert hij zich: pure actie, bekeken door de ogen van de held (‘point of view’). Markant is de film zeker, alleen al om de absurde hoeveelheid bloed die cyborg Henry in de straten van Moskou vergiet of het ademloze tempo: hij benadert het snelheidsrecord die adrenalinerush Crank in 2006 vestigde.
Maar horrorfilm Maniac (2012) bood eerder al hectische POV-actie: daar zagen we de wereld door de ogen van een seriemoordenaar – ex-hobbit Elijah Wood – die op vrouwenjacht gaat in Los Angeles. Hardcore Henry onderscheidt zich eerder als de eerste ‘first person shooter’ in de bioscoop: het type videogame waarbij je door de ogen van een krijger een missie voltooit. Is dat de toekomst van de actiefilm?
Lady in the Lake
Aan uitroeptekens en hoofdletters ontbrak het in 1947 al niet bij de marketing van ’s werelds eerste POV-film: moordmysterie Lady in the Lake. Hier werd filmgeschiedenis geschreven. „1926: The Screen Talked! 1947: The Camera Acts!” Een Revolutionaire Innovatie in Filmtechniek, vervolgde de filmtrailer. „En U speelt de hoofdrol!”
Lady in the Lake was de eerste speelfilm gezien door de ogen van de held: hardboiled detective Philip Marlowe, vertolk door Robert Montgomery, wiens hand, schaduw of spiegelbeeld soms even in beeld kwam. Het idee was de ik-vorm van Raymond Chandlers detectiveromans, verteld met Marlowes cynische stem, direct naar film te vertalen. Het bleek een denkfout: bij Chandler zie je de wereld niet zozeer door Marlowes ogen, maar luister je naar diens sterke verhalen. Naar film vertaald is dat eerder een voice-over of egodocumentaire. De opgewonden reclame voor Lady in the Lake wekte in 1947 nieuwsgierigheid, maar een grote hit werd deze eerste POV-film niet. Een boeiend experiment, niet voor herhaling vatbaar, luidde de consensus. Het ik-perspectief bleek een irritante gimmick.
Hoe komt dat? POV-shots zijn heel normaal in de film. De held loopt een kamer binnen, kijkt naar rechts en daar zie je - door zijn ogen - een man met een pistool staan. Kijkers raken niet verward door korte POV-shots door de ogen van meerdere personages in dezelfde scène. Maar duurt dat ik-perspectief langer, dan slaat vervreemding toe. Je kijkt door Philip Marlowes ogen, je kunt niets doen: POV versterkt niet de identificatie, maar benadrukt de machteloosheid van de kijker. Hij is niet de held, maar als het ware aan diens middel vast gegespt, als bij zo’n parachutesprong onder begeleiding.
Machteloze horror
Om die reden zijn langdurige POV-shots vooral populair in horrorfilms. Daar kijk je vaak door de ogen van de moordenaar als hij - zwaar ademend, mes in de hand - een meisje besluipt: denk aan de klassieke ‘slasher’ Halloween (1978). Je wilt hem tegenhouden, je bent machteloos. Dat gevoel maakt Enter the Void van Gaspar Noé ook tot de enige werkelijk geslaagde POV-film. Noé laat ons de dood beleven door de ogen van de trippende junkie Oscar, die als een spook door de neonhel Tokio en zijn eigen herinneringen zweeft. Het draait om controleverlies, desintegratie, overgave. Om machteloosheid.
De passieve junkie Oscar is de tegenpool van cyborg Henry, die in Hardcore Henry als een beest tekeergaat in Moskou. Zijn wij anno 2016 wel klaar voor actieve POV? Videogame en actiefilm beïnvloeden elkaar al langer, en het ik-perspectief is nu veel minder exotisch dan in 1947. We raakten eraan gewend door ‘found footage’-films zoals The Blair Witch Project, waar de videocamera een indirect ik-perspectief is. Door virtual reality en porno, maar met name door ‘first person shooters’ (FPS): videogames als Call of Duty of Halo. In een FPS-game ziet de speler zijn eigen vuist met daarin een wapen en pikt hij al moordend EHBO-dozen en munitie op. Bondgenoten voorzien hem onderweg van instructies.
Hardcore Henry repliceert die game-ervaring exact, wat de film weer tot een vertrouwde kijkervaring maakt. Want realistisch ogende FPS-games worden niet alleen actief gespeeld, maar ook vrij massaal passief bekeken: over de schouders van spelers, via meekijkfilmpjes op YouTube en op tribunes en in bioscopen tijdens gamekampioenschappen.
Bad Motherf*cker
Hardcore Henry is een vervolg op de videoclip Bad Motherf*cker die de 32-jarige Moskoviet Ilya Naishuller in 2013 voor zijn punkband Biting Elbows maakte. Naishuller maakt gebruik van GoPro-camera’s: op een hoofdhelm gemonteerde, robuuste camera’s waarmee extreme sporters hun stunts vastleggen. Verder volgt hij de regels van de ‘first person shooter’ tot in detail. Zo legt echtgenote Estelle in het begin Henry zijn missie uit terwijl ze een kunstarm en -been vastschroeft: Henry raakte eerder zwaargewond. Zijn spraakmodule blijkt defect: een pratende Henry had de kijker uit de game-ervaring gehaald. Dan volgt de eerste explosie en moet Henry uit handen van de sadistische bendeleider Akan zien te blijven, wat neerkomt op anderhalf uur draven, knokken, slopen en schieten. Wolkenkrabber, bordeel, bouwval: Henry is pas klaar als op elk platform iedereen is uitgeroeid. En dan op naar ‘eindbaas’ Akan. Onderweg duikt telkens ene Jimmy op met hulp en advies: een verlamd genie die vanuit zijn rolstoel een legertje klonen bestuurt. Een aardige metafoor voor de gamer, maar deze film is te hectisch om daar verder iets mee te doen.
De actie-om-actie stompt af en de ik-vorm blijft een gimmick. Maar POV rukt op, en Hardcore Henry is een kleine mijlpaal in die ontwikkeling. De toekomst, of je dat nu leuk vindt of niet.