Een mooie, jonge, moedige vrouw publiceert een foto waarop ze net een paniekaanval heeft doorgemaakt. Je kunt haar hartslag bijna horen razen, je ziet de verstikkende schrik op haar gezicht. Is ook ons leed nu een Pinterest-plaatje?
Wat bezielt iemand om, vanuit die diepe ellende, een mobiel te pakken en zichzelf te tonen aan de wereld? Publiceren we alles in ons leven, zelfs ons intieme, psychische lijden? Of zijn jonge mensen tegenwoordig ongelukkiger dan vroeger?
„God weet waarom ik dit doe”, schreef Amber Smith zelf, de 22-jarige Britse vrouw, in een bijschrift bij haar zelfportret. En vervolgens legt ze haarfijn uit waarom: ze wilde een ongefilterde kant van zichzelf laten zien. Boodschap: ook ogenschijnlijk ‘normale’ mensen hebben depressies en paniekaanvallen.
Haar foto werd heel veel gedeeld. Natuurlijk: iedereen weet inmiddels dat mensen op sociale media alleen hun reclamegezicht tonen, dus zodra iemand die code doorbreekt, zorgt het vrijwel gegarandeerd voor een viral. En wat vaak volgt is een koor van ‘Ik heb het ook!’, ‘Ik ook!’, ‘Ik ook!’.
Zo ook hier. De hunker naar ‘echt’ is kennelijk immens. Tegelijk is de sociale angst om jezelf te zijn nog zo groot, dat die ware gezichten een zeldzaamheid blijven. Paradox: in de tijd van zogenaamd sharing kroppen we ouderwets onze emoties op. Tot het barst.
„F••K YOU”, schreef ze bij de foto, „F••k al jullie kleingeestige mensen die denken dat omdat ik er fysiek ‘prima’ uitzie, dat ik niet elke dag weer vecht met een monster in mijn hoofd.” En: „Ik ben een sterk persoon… Het komt goed met me… Tegen een ieder die hetzelfde doormaakt: alsjeblieft, lijd niet in stilte.”
De foto past ook in een modern genre: mensen die hun zwakke plekken tonen als waren het oorlogswonden of een getrainde sixpack. De heldhaftige, trotse slachtoffers.
Je zou het ‘imperfectionisme’ kunnen noemen: je zwakte tonen en daar kracht uit halen. Denk ook aan een recent boek van Rutger Lemm, Een grootse mislukking geheten, waarin hij gedetailleerd verslag doet van falen. Het is een lofzang op imperfectie.
Falen is hip, zwak zijn is top. Op sociale media had je al de uiterlijke, lichamelijke variant van dat imperfectionisme (‘zo zie ik er uit zonder make up’, ‘ik ben dik en het is ok’). Deze foto toont de geestelijke kant: ik heb een angststoornis en een depressie en ik ben okay.
De foto toont: ik heb een angststoornis en een depressie en ik ben okay
Het is een gunstige trend, die sabotage pleegt op een systeem dat vereist dat je jezelf alsmaar als perfect etaleert.
Tegelijk is het verbijsterend hoeveel bijval zulke bekentenissen vaak krijgen. Hoeveel meer leed moet er dan wel niet in stilte verborgen zijn? Wat gaat er om in al die koppies?
Of anders gezegd: zijn moderne mensen daadwerkelijk vaker depressief en angstig of maken ze er makkelijker selfies van?
Als je puur naar de opiniepagina’s kijkt, lijkt de Westerse wereld inderdaad in een duister dal te vertoeven. De schuldige is dan de ‘neoliberale prestatiemaatschappij’. Lees bijvoorbeeld het opiniestuk van Miek Smilde, geschreven na de plotselinge zelfdoding van dichter en interviewer Wim Brands. Ze schreef in de Volkskrant: „We kunnen niet langer om de conclusie heen dat wij een samenleving hebben geschapen waarin de dreiging van de zelfdood alleen maar groter is geworden. Wij hebben van succes een persoonlijke keuze gemaakt en hebben perfectie tot norm verheven. Alles wat de feilbaarheid van het menselijk wezen openbaart - kunst, religie, geschiedenis - is naar de marge gedreven.”
Ook dit stuk kreeg veel weerklank. Heel veel mensen herkennen de prestatiedruk. En het gebrek aan mogelijkheden om je falen te uiten.
Het andere gekke is: Nederland heeft een laag zelfdodingscijfer vergeleken bij andere landen. En het is lager dan in de jaren tachtig, bijvoorbeeld. Het cijfer daalde sindsdien gestaag, tot het gedurende de crisis weer even steeg, en nu daalt het weer.
Je zou ook kunnen concluderen dat die prestatiemaatschappij ons misschien wel gelukkiger maakt. Ik weet het niet. En over al die depressieve jongeren denk ik soms: misschien komt dat omdat ze, zo blijkt uit onderzoek, veel te kort slapen. En meer zijn gaan drinken. Kort slapen, veel drinken, daar word je moe van, en moe zijn maakt bang.
Maar wat moet je met relativeringen. Wie zich klote voelt, voelt zich klote.
We horen bij de allerrijksten op aarde en we leven in de allerrijkste eeuw ooit. In Nederland zijn er een miljoen mensen die lijden aan angststoornissen (cijfers van het Nationaal Kompas).
Wat een ongelofelijke verspilling van potentieel geluk, om het eens economisch te zeggen. Goed en moedig dat iemand dat miljoen een gezicht geeft.