In Kiev vreest men een ‘nee’

Oekraïnereferendum Een Kamerdelegatie bezoekt Kiev ter voorbereiding van het referendum. Niemand verandert van mening.

De vaste Kamercommissie voor Buitenlandse Zaken sprak maandag in Kiev met Oekraïeners. Van midden naar rechts Rik Grashoff (GroenLinks), Harry van Bommel (SP) en Angelien Eijsink (PvdA).
De vaste Kamercommissie voor Buitenlandse Zaken sprak maandag in Kiev met Oekraïeners. Van midden naar rechts Rik Grashoff (GroenLinks), Harry van Bommel (SP) en Angelien Eijsink (PvdA). Foto Kateryna Lashchykova

Alsof ze speciaal voor de delegatie van Nederlandse Tweede Kamerleden waren opgehangen: de felgekleurde borden bij de paspoortcontrole op het vliegveld van Kiev waarop met grote letters staat: „Stop corruptie. Oekraïne zonder corruptie.” Maar dat zou een vergeefse actie zijn geweest. Want de zeven leden van de vaste Kamercommissie voor Buitenlandse Zaken die zondagavond arriveerden voor een visite aan de Oekraïense hoofdstad kregen een vipbehandeling en hoefden zodoende niet langs de normale controleposten.

Het moest er maar eens van komen: op ‘factfinding mission’ naar Oekraïne. De uitnodiging van het Oekraïense parlement dateerde al van afgelopen oktober. Nog even en hét referendum zou al achter de rug zijn. Dus koos de Kamer voor een bliksembezoek van een dag. Was het nuttig geweest? Ja, zeiden ze allemaal na afloop. Had het meningen veranderd? Nee, zeiden ze eveneens allemaal. Meningen werden bevestigd en soms gesterkt.

Harry van Bommel (SP) en Raymond de Roon (PVV) – altijd al tegen het associatieverdrag tussen de Europese Unie en Oekraïne – waren na afloop nog steeds tegen. En de voorstanders, Han ten Broeke (VVD), Michiel Servaes (PvdA), Sjoerd Sjoerdsma (D66), Rik Grashoff (GroenLinks), waren op hun beurt nog altijd voor het verdrag dat de banden tussen Oekraïne en de Unie moet verstevigen.

Mogen de mensen in Oekraïne misschien zelf kiezen?

Rik Grashoff Tweede Kamerlid (GroenLinks)

Commissievoorzitter Angelien Eijsink (PvdA) moest vanwege haar functie een neutrale positie innemen.

Geen gewijzigde opvattingen. Ze hadden ook niet anders verwacht. Bijvoorbeeld de PVV’er Raymond de Roon: kon hij nog overtuigd worden dat het toch goed was om op 6 april tijdens het referendum voor het associatieverdrag te stemmen? „Dat lijkt me niet”, zei hij gistermorgen gedecideerd op weg naar de eerste afspraak in Kiev. Maar het was volgens hem altijd goed om ergens „even de thermometer in te steken”.

Die thermometer had hem aan de eind van de dag na gesprekken met parlementariërs, ministers, ambassadeurs, mensen van de OVSE en de NAVO, plus vertegenwoordigers van non-gouvernementele organisaties geleerd dat het associatieakkoord inderdaad geen goede zaak was. De Roon: „Ik heb gezegd: de Europese Unie heeft een probleem, Oekraïne heeft een probleem. Niet doen dus dat verdrag.”

En ook Harry van Bommel legde tegenover een Oekraïense tv-zender uit dat het niet in het belang was van Oekraïne en niet in dat van de Europese Unie om het verdrag van kracht te laten worden. Het zou vanwege het Russisch ongemak over de samenwerking met de EU maar leiden tot verdere destabilisatie van Oekraïne. „We zien dat het bestand in Oost-Oekraïne elke week wordt geschonden en mensen worden gedood. Het verdrag zal er absoluut niet toe bijdragen dat het conflict wordt opgelost.”

Slag voor de Oekraïeners

Hoe anders wordt daarover gedacht bij het Nederlandse bedrijf Controlpay dat met 150 overwegend jonge medewerkers in een modern glazen kantoorgebouw aan de rand van de stad is gevestigd. Het bedrijf legt zich toe op wereldwijd betalingsverkeer voor de logistieke sector. Het is een nichemarkt. Wel of geen verdrag, zal voor dit bedrijf weinig uitmaken. „We blijven hier zitten”, zegt de Nederlandse managing director Bram Wegh. Maar een ‘nee’ in Nederland zal wel een slag zijn voor de mensen in Oekraïne die in 2004 tijdens de Oranjerevolutie of twee jaar geleden op het Maidanplein voor hun vrijheid hebben gestreden, meent hij.

De kantoortuin vol met niet-stemgerechtigde Oekraïeners is ter gelegenheid van het bezoek van de Kamerleden vol gehangen met A4’tjes met de tekst: ‘6 april Stem Voor’. Weinig goede woorden heeft de directeur over voor de campagne zoals die in zijn vaderland wordt gevoerd. „Er werken hier allemaal jonge mensen. En die moet ik gaan uitleggen waarom in Nederland op wc-rollen campagne tegen het verdrag wordt gevoerd.”

Bestrijding van corruptie

Tijdens de gesprekken met parlementariërs en ministers hebben de Nederlandse Kamerleden vooral vragen over de bestijding van de corruptie. De voorstanders van het verdrag zijn onder de indruk van de resultaten die al bereikt zijn. Is dat alleen vanwege het verdrag met de EU, vragen ze. Nee, is het antwoord maar het helpt wel. Andersom leven bij de Oekraïense politici zorgen over de gevolgen van een Nederlandse afwijzing. „Het zal in de hele wereld de discussie over Oekraïne ondermijnen”, zegt Svitlana Zalisjtsjoek, lid van de parlementscommissie voor buitenlandse zaken.

Voor Kamerlid Rik Grashoff was het zijn eerste bezoek aan Oekraïne. „Je schaamt je bijna voor de situatie in Nederland waarbij we vanuit onze luie leunstoel aan het kijken zijn of we dit land de les kunnen lezen. Het heeft haast iets paternalistisch. Mogen de mensen in Oekraïne misschien zelf kiezen?”