Persoonlijkheid bij dieren is in. Na lange miskenning worden individuele karaktereigenschappen die verschillend gedrag opleveren nu door onderzoekers omarmd – van koolmees tot kakkerlak. Monter gingen Zwitserse onderzoekers dan ook aan de slag met een kleine kudde schapen om ook daar persoonlijkheden aan te wijzen.
Ze maten onder meer kopbewegingen, oorstanden, bloedwaarden en verplaatsingspatronen. Ze lieten de schapen reageren op als verondersteld emotioneel beleefde veranderingen in omstandigheden in een hok, in temperatuur en in groepssamenstelling. Voor nog meer variatie brachten ze de schapen voor testafnamen eerst lang onder in een unheimisch hok of aangename stal. (Applied Animal Behaviour Science, januari.)
De conclusie? Op schapengedrag valt geen peil te trekken. De reacties zijn vaak willekeurig en ongeordend, en niet zelden omgekeerd aan wat je bij veronderstelling van fijnzinnig emotioneel schapenleven mag verwachten. Het stille verwijt van de Zwitsers is dat schapen maar wat doen. Onderscheidende persoonlijkheden zijn niet aan te wijzen, daarvoor handelt geen enkel individu uitgesproken of consequent genoeg. Vanachter een berg gegevens melden de onderzoekers politiek correct dat er een slag om de arm nodig is. Schapen komen niet als erg persoonlijk uiteenlopend over, maar dat is bij déze dataset.