Het nettoloon gaat eerst omhoog, dan weer ietsje omlaag...

2016 wordt het jaar van de hogere koopkracht voor (bijna) iedereen. Dit is wat het voor het loonstrookje betekent. En: een overzicht van andere maatregelen die burgers financieel raken.

Petra de Koning en Philip de Witt Wijnen

Loonstrookje

Door de moeizame totstandkoming van het Belastingplan 2016 zal het loonstrookje dit jaar niet één maar twee keer veranderen. Een groot deel van de lastenverlichting van 5 miljard komt uit de verlaging van de inkomstenbelasting. Werknemers met een inkomen tussen 19.923 en 66.421 euro (tweede en derde schijf) zouden aanvankelijk voortaan niet 42 procent betalen maar 40,15 procent. De laatste aanpassingen om in december de Eerste Kamer tegemoet te komen, worden gefinancierd door een iets mindere verlaging van de inkomstenbelasting: niet met 1,85 maar met 1,6 procentpunt. Daardoor was het volgens Financiën te laat voor aanpassing van de zogeheten loonheffingstabellen, op basis waarvan werkgevers hun personeel uitbetalen. Dat betekent dat miljoenen werknemers in de eerste drie maanden iets te weinig belasting zullen betalen. Na 1 april wordt dat goedgemaakt door in de resterende negen maanden iets meer op het brutoloon in te houden. Volgens staatssecretaris Wiebes (Financiën, VVD) zal die correctie bescheiden zijn: maximaal 10 euro per maand.

Er is één categorie werknemers die er zeker niet op vooruitgaat: nieuwe topfunctionarissen in de semipublieke sector, zoals de zorg en het wetenschappelijk onderwijs. Zij mogen voortaan maximaal 179.000 euro verdienen: een verlaging van de zogeheten Balkenende-norm met 50.000 euro.

Ouderen

Voor AOW’ers die willen bijverdienen, wordt 2016 een mooi jaar. Door een nieuwe wet wordt het voor werkgevers aantrekkelijker om juist AOW’ers een contract te geven. Tot verdriet van de vakbonden, die vrezen dat andere werknemers worden ingeruild voor ouderen. Als AOW’ers in een bedrijf langdurig ziek worden, hoeft de werkgever hen niet (zoals andere werknemers) twee jaar lang door te betalen. Na dertien weken stopt de betaling. Als een bedrijf van hen afwil, is de opzegtermijn één maand. En als de AOW’ers bij de baas komen omdat ze meer of juist minder willen werken, mag hij gewoon nee zeggen. Maar bij een reorganisatie moeten de AOW’ers er als eerste uit. Die verplichting gold al voor de private sector, nu ook voor de publieke. Omdat gepensioneerden niet of nauwelijks profiteren van de grote lastenverlichting, krijgen zij dit jaar een eenmalige compensatie, in de vorm van een verhoogde ouderenkorting (tot 145 euro).

Kinderen

Gezinnen met jonge kinderen worden volop in de watten gelegd. En dan vooral gezinnen van tweeverdieners met kinderen op de crèche. Als je partner een volledige baan heeft en je wilt zelf een beperkt aantal uren werken, waarmee je wel minimaal 4.900 euro per jaar verdient, dan levert dat baantje je nu meer op. Door de verhoging van de ‘inkomensafhankelijke combinatiekorting’ kun je er een belastingvoordeel aan overhouden van twee- tot tweeënhalfduizend euro per jaar. Maar dan moet het jongste kind jonger zijn dan 12 jaar. Daar komt bij dat de kinderopvangtoeslag stijgt. Werkende ouders met een inkomen van zo’n 50.000 euro, met twee kinderen die drie dagen in de week naar de crèche gaan, krijgen ruim honderd euro meer dan in 2015. Het scheelt 56 euro per maand voor twee kinderen in de naschoolse opvang, drie dagen per week. En dan gaat, voor iedereen, de kinderbijslag omhoog: 6 euro extra per kwartaal voor kinderen tot en met vijf jaar, 8 euro voor kinderen van 6 tot 12 en voor oudere kinderen, tot 18 jaar, gaat de kinderbijslag met bijna 9 euro omhoog.

Flexwerkers

De VVD moest er niets van hebben, maar de wet Flexibel werken – een initiatief van CDA en GroenLinks – kwam er toch. Vanaf nu kunnen werknemers aan hun baas vragen of ze op andere tijden en op andere plekken (dus ook thuis) kunnen werken. De werkgever mag dat alleen weigeren als er „zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang” is. Tot nu toe konden werknemers alleen vragen of ze meer of minder uren konden werken en dat mochten ze pas doen als ze een jaar in dienst waren. Nu kunnen ze dus méér vragen en ook eerder: al na een half jaar. De wet geldt alleen voor bedrijven met meer dan tien werknemers.

Werklozen

Omdat de lastenverlichting er vooral een is van lagere lasten op arbeid, gaat die goeddeels voorbij aan mensen die niet werken. Voor werklozen met een uitkering gaat de versobering door die minister Asscher (Sociale Zaken, PvdA) met de wet Werk en zekerheid heeft ingezet. De maximale duur van de WW gaat omlaag van ruim drie jaar naar twee jaar en het duurt ook langer voordat een werknemer WW-rechten opbouwt. Tot nu toe kreeg je recht op één maand WW per gewerkt jaar. Nu is dat alleen zo in de eerste tien jaar, daarna krijg je voor elk gewerkt jaar het recht op een halve maand WW erbij. In cao’s kunnen werkgevers en vakbonden er natuurlijk voor kiezen om het derde WW-jaar aan te vullen.

Bijstand en inburgering

Wie nu voor het eerst bijstand aanvraagt en slecht Nederlands spreekt of schrijft, kan meteen worden gekort op de uitkering: met 20 procent in het eerste half jaar, met 40 procent in het tweede half jaar en als je na een jaar nog niet hebt laten zien dat je moeite doet voor de taal, krijg je helemaal geen uitkering meer. De taaltoets voor de bijstand hoef je niet te doen als je acht jaar op school hebt gezeten in Nederland of het inburgeringsexamen hebt gehaald. En al was het niet de bedoeling van regeringspartij VVD: een gemeente mag ook beslissen dat iemand zijn uitkering houdt ondanks beroerd Nederlands. De eis is vooral een inspanningsverplichting. Daarentegen wordt het verplichte inburgeringsexamen voor immigranten van buiten de EU veel goedkoper: in 2015 betaalde je daar nog 350 euro voor, nu nog maar 150. Ook de prijs van het papieren studiepakket gaat omlaag: van 99,50 euro naar 25 euro. Digitaal wordt het pakket gratis.

Vermogen en sparen

Het politieke debat over een grondige herziening van de vermogensbelasting is nog niet voltooid. Zolang het heffen op basis van een werkelijk behaald rendement technisch niet mogelijk is – of te ingewikkeld – wil het kabinet een onderscheid maken tussen spaargeld en grotere vermogens. Maar dat komt pas in 2017. Voor dit jaar is er voor iederéén een voordeel. Het heffingvrije vermogen gaat met ruim 3.100 euro omhoog: wie geld oppot op zijn spaarrekening of een beleggingsportefeuille heeft, betaalt over de eerste 24.437 euro geen vermogensbelasting. Het concrete belastingvoordeel is beperkt: 37,28 per spaarder.

Zorg

De zorgpremies van de meeste zorgverzekeraars zijn beperkt gestegen – en minder hard dan het kabinet had verwacht. Gemiddeld ligt de zorgpremie op 1.204 euro voor het basispakket. Dat basispakket is door minister Schippers (VWS, VVD) iets uitgebreid met onder meer vergoeding voor de vlokkentest bij zwangere vrouwen. Maar het verplichte eigen risico stijgt eveneens, met een tientje tot 385 euro. De zorgtoeslag, nog een instrument van het Rijk om de zorglasten voor burgers te beïnvloeden, stijgt dit jaar tot 992 euro voor alleenstaanden en tot 1.905 euro voor partners.

Eigen woning

De stapsgewijze verlaging van de hypotheekrenteaftrek, ingezet in 2014, gaat onverminderd door. Het maximale tarief waartegen hypotheekrente kan worden afgetrokken daalt voor de hoogste inkomensgroepen naar 50,5 procent. Ook zijn de regels aangepast die het voor huizenkopers weer wat gemakkelijker maken. Zo krijgen tweeverdieners een grotere leencapaciteit, net als mensen die een energiezuinig huis aanschaffen: zij krijgen een extra hypotheekruimte van 27.000 euro.

Energie

Veranderingen op milieugebied hebben voor particuliere huishoudens verschillende gevolgen. Allereerst de energierekening: die van aardgas gaat flink omhoog. Voor een gemiddelde verbruiker (volgens de website milieucentraal.nl) die jaarlijks 1.400 kubieke meter opstookt, stijgt de gasprijs ruim 30 procent. Daarentegen wordt elektriciteit voor dezelfde gemiddeld huishoudens bijna 16 procent goedkoper. Onderdeel van de laatste concessies op het Belastingplan (aan D66) was het verruimen van de subsidiemogelijkheden om huizen energiezuiniger te maken. Het ministerie van Economische Zaken kondigde al aan dat er dit jaar 70 miljoen aan subsidie beschikbaar is voor huiseigenaren die zelf energie willen opwekken met bijvoorbeeld zonneboilers of warmtepompen. Een ogenschijnlijk kleine, maar ingrijpende milieumaatregel voor alle consumenten: het gratis plastic boodschappentasje is verboden. Winkeliers moeten daar voortaan een kwartje voor rekenen.

Tabak en paddo’s

Twee verslavende genotsmiddelen worden (verder) ontmoedigd. Onder rokers geldt dat alleen voor draaiers van sjekkies, want het betreft een accijnsverhoging op ‘rooktabak’, niet op sigaretten. Op 1 april gaat het pakje shag van 40 gram met 54 cent omhoog. Daarnaast worden ook zelf gekweekte paddo’s duurder. Het verlaagde btw-tarief (van 6 procent) geldt niet langer voor zogeheten growkits – in het jargon van beleidsambtenaren is dat „pootgoed of broed voor middelen met een hallucinerende of psychedelische werking”. Thuiskwekers betalen daar voortaan het hoge tarief van 21 procent over.

Frisdrank

Ook enkele niet per se ongezonde levensmiddelen worden duurder. De accijns op limonade gaat met 16 procent omhoog, op sapjes en mineraalwater zelfs met 55 procent tot bijna 9 cent per liter.

Auto

Het stimuleren van schoon rijden was de laatste jaren zo succesvol dat het de schatkist wel erg veel geld ging kosten – ruim 5 miljard euro in de jaren 2007-2013, had de Algemene Rekenkamer vorig jaar berekend. Mede om die reden besloot staatssecretaris Wiebes de autobelastingen te „vereenvoudigen”. De meest ingrijpende maatregelen komen pas volgend jaar, 2016 geldt als „tussenjaar”. Ook nu al zullen leaserijders in een zogenaamde schone auto beduidend meer gaan betalen. De fiscale bijtelling – het gedeelte van de cataloguswaarde dat moet worden opgeteld bij het inkomen – gaat voor hybride auto’s omhoog van 7 naar 15 procent. De bijtelling van minder zuinige leaseauto’s gaat naar 21 procent of blijft 25 procent. Voor de categorie ‘volledig elektrisch’ blijft de bijtelling (nog even) laag, met 4 procent. Voor milieuvriendelijke auto’s gaat wel de motorrijtuigenbelasting omlaag: die wordt gehalveerd. Van alle autobrandstoffen gaat alleen de accijns voor gas (LPG en LNG) omhoog, met 1 cent per liter.

Identiteitspapieren

Het wordt goedkoper om paspoorten aan te vragen of te verlengen. Gemeenten mogen voor meerderjarige inwoners maximaal 64,44 euro rekenen voor een nieuw paspoort, en 50,50 euro voor een id-kaart. Dat is volgens het Rijk 2,67 euro goedkoper dan vorig jaar. De prijs voor paspoorten en identiteitskaarten voor minderjarigen blijft dezelfde: maximaal 51,20 euro en 28,48 euro.