Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.

Politiek

Teevendeal: wat zegt commissie over de hoofdrolspelers?

De commissie-Oosting deed onderzoek naar hoe het zo kon misgaan met het ‘bonnetje’ van zogenaamde ‘Teevendeal’. De conclusies over de hoofdrolspelers op een rij.

Staatssecretaris Fred Teeven van Veiligheid en Justitie op 9 maart van dit jaar, voorafgaand de persconferentie waarin hij zijn aftreden aankondigt.
Staatssecretaris Fred Teeven van Veiligheid en Justitie op 9 maart van dit jaar, voorafgaand de persconferentie waarin hij zijn aftreden aankondigt. Foto ANP / Evert-Jan Daniels

De top van Justitie (minister Opstelten en staatssecretaris Teeven) trad begin maart af vanwege de omstreden deal met crimineel Cees H. Aanleiding was dat het ‘onvindbare’ bonnetje van de deal toch opdook. Het OM en het ministerie hadden het in die anderhalf jaar daarvoor maar niet kunnen vinden. Tot deze zomer bleek dat het in een van de strafdossiers op de onderste plank zat.

De commissie-Oosting deed onderzoek naar de deal en hoe het met het bonnetje zo kon misgaan. De conclusies van de commissie zijn hard: de schikking met Cees H. “kan de toets van kritiek niet doorstaan” en ook de manier waarop voormalig minister Ivo Opstelten de Tweede Kamer sinds vorig jaar heeft geïnformeerd “vertoont tekortkomingen”.

Op het Binnenhof werd vandaag met spanning naar het rapport uitgekeken. Wat zegt het rapport over de belangrijkste hoofdrolspelers?

Fred Teeven

Teeven, vorig jaar tijdens de ophef over de deal dus staatssecretaris van Justitie, zat in de zomer van 2000 in een hele andere rol: die van officier van justitie. Hij sluit dan een opmerkelijke schikking met drugscrimineel Cees H., die is veroordeeld wegens grootschalige hasjsmokkel. H. krijgt 4,7 miljoen gulden overgemaakt vanaf een justitierekening. Beide partijen beloven geheimhouding. Niet alleen de media worden er buiten gehouden, ook de Belastingdienst krijgt niets te horen. Bijna veertien jaar blijft de deal geheim.

Op 11 maart 2014 komt de deal naar buiten via Nieuwsuur en wordt de vraag gesteld of Teeven hem wel had mogen sluiten. De commissie-Oosting zegt in het rapport dat de schikking zoals Teeven die sloot “aanvechtbaar” is, “dit niettegenstaande enkele risico’s bij voortzetting van de gerechtelijke procedures”. Oftewel: het was maar de vraag of H. anders veroordeeld zou worden. De commissie is kritisch over hoe de deal tot stand is gekomen. Teeven stelde in 1998 een zogenaamde ‘package deal’ voor, waarbij strafkorting voor H. onderdeel was van de schikking. Die werd “ondubbelzinnig” afgewezen door het college van procureurs-generaal en toenmalig minister Korthals (Justitie), stelt de commissie. Maar de soort deal die Teeven later zou sluiten was in feite eenzelfde soort deal, concludeert de commissie. De harde conclusie is dat de deal “de toets van kritiek niet kan doorstaan”.

Het proces van goedkeuring door het college van procureurs-generaal vertoont volgens de commissie “een aantal duidelijke tekortkomingen”, zoals het achterwege laten van een “kritische eigen toets” achteraf over de voorgestelde hoogte van de schikking. Maar het college werd ook belangrijke informatie over de deal onthouden en ook werd het college niet gekend in de tekst van de definitieve schikking. Verder had Teeven de Belastingdienst over de voorgenomen schikking moeten informeren, aldus de commissie.

Foto ANP / Bart Maat

Opstelten tijdens het bekendmaken van zijn aftreden op 9 maart dit jaar. Foto ANP / Bart Maat

Ivo Opstelten

Als de deal in maart 2014 wereldkundig wordt, laat minister Opstelten van Veiligheid en Justitie aan de Kamer weten dat de deal “rechtmatig” was en dat H. niet 5 à 6 miljoen gulden, maar 1,25 miljoen gulden kreeg. Twee maanden later moet Opstelten toegeven de 1,25 miljoen niet klopt en gebaseerd is op een “foutieve rekensom”. Opstelten laat onderzoek uitvoeren naar het betalingsbewijs, maar dat levert niets op. Als het bonnetje een jaar later, na een nieuwe uitzending van Nieuwsuur, moet Opstelten aftreden.

De commissie concludeert dat vanaf de eerste uitzending van Nieuwsuur, op 11 maart 2014, op het ministerie van Opstelten “heeft ontbroken aan goede regie”. Verder stelt de commissie dat Opstelten in april 2014, na de eerste onthullingen over de schikking, “ten onrechte, tegen een ambtelijk advies in” heeft afgezien van het instellen van een onafhankelijk onderzoek. Het onderzoek dat wel werd ingesteld - en geleid werd door oud-procureur-generaal Van Brummen - was volgens de commissie “onvoldoende grondig”: Van Brummen kon het betalingsbewijs niet terugvinden terwijl dit er een paar maanden later wel bleek te zijn. De commissie vindt dat Van Brummen te weinig tijd is gegund: hij kreeg slechts twee weken voor zijn onderzoek. Door dit alles concludeert de commissie dat de manier waarop Opstelten de Tweede Kamer sinds vorig jaar heeft geïnformeerd “tekortkomingen” vertoont.

Als er wel goede regie was geweest op het ministerie, hadden Opstelten en Teeven waarschijnlijk niet hoeven aftreden, denkt de commissie:

“Zou die er wel zijn geweest, dan is aannemelijk dat uiteindelijk niet de situatie zou zijn ontstaan waarin Opstelten zich, op 9 maart 2015, gedwongen zag tot het aanbieden van zijn ontslag, met in zijn voetspoor staatssecretaris Teeven.”

Mark Rutte

Over het handelen van premier Mark Rutte trekt de onderzoekscommissie geen conclusies. Ze hebben wel met hem gesproken.

Op de avond van de uitzending van Nieuwsuur van 2015 belde Rutte met Teeven. Die vertelde Rutte toen dat hij inderdaad het bedrag van 4,8 miljoen gulden aan directeur-generaal Gerard Roes had genoemd. In het debat over het aftreden van Opstelten en Teeven, op 10 maart, zei Rutte dat hij de staatssecretaris Teeven had gevraagd of die zich kon vinden in het eerdere onderzoeksrapport. Daarop was het antwoord ja. Maar dat Teeven in dat telefoongesprek met hem óók had gezegd dat hij die 4,8 miljoen had genoemd tegen Roes, zegt Rutte er niet bij in de Tweede Kamer.

Anouchka Van Miltenburg

De Tweede Kamervoorzitter ontving op 10 november 2014 een anonieme brief over de deal met Cees H. met het bedrag van 4,7 miljoen gulden erin genoemd. Maar die brief werd vernietigd. Van Miltenburg verwijst daarvoor naar haar stafmedewerkers, die dat soort brieven snel scannen. Als de ondertekening ontbreekt “wordt de brief als anoniem aangemerkt en gaat de brief door de shredder”.

De journalist van Nieuwsuur voert in juni 2015 een gesprek met Van Miltenburg. Hij geeft haar een kopie van de anonieme brief en vraagt haar na te gaan of één van haar medewerkers die herkent. Van Miltenburg geeft gehoor aan het verzoek van de journalist om die vertrouwelijke brief te vernietigen. Ze zoekt vervolgens géén contact met Marten Oosting, de voorzitter van de onderzoekscommissie. De commissie:

“Kennelijk heeft zij zich niet gerealiseerd dat de inhoud van de bewuste brief naar haar aard van belang was te achten voor de enkele weken eerder ingestelde onderzoekscommissie.”

Edith Schippers

De VVD-minister van Volksgezondheid Edith Schippers had een eigen analyse over alle nieuws rond de Teevendeal. Zij wees op een mogelijke rol van ‘de onderwereld’ die met Teeven zou willen afrekenen. “Als een bonnetje van vijftien jaar geleden een week voor de verkiezingen opdoemt, dan is mijn conclusie dat het niet voor niets nú gebeurt”, zei ze in De Telegraaf. “Er zit ergens een kracht achter.”

De onderzoekscommissie heeft steeds waar dat relevant was betrokkenen naar die ‘Schippers-these’ gevraagd. Maar “in geen van de gesprekken noch in de beschikbare documentatie” zijn aanwijzingen gevonden die zo’n scenario “voldoende aannemelijk” maken, schrijft de onderzoekscommissie. Conclusies worden er niet aan verbonden, behalve dat “vooral sprake is geweest van goed journalistiek speurwerk” eerder dan “van gericht lekken”.