Zo’n twee miljoen mensen op het door Rusland geannexeerde schiereiland de Krim zaten zondag zonder stroom na een vermeende aanslag door Oekraïense nationalisten. Inmiddels heeft ruim een kwart van de bevolking weer de beschikking over elektriciteit, aldus het Russische ministerie voor Energie.
Russische media beweren dat twee elektriciteitsmasten in de noordelijk gelegen havenstad Cherson zijn opgeblazen door pro-Oekraïense activisten, aldus Reuters. Het Kremlin houdt het bij een verklaring waarin het stelt dat 1.896.000 mensen gedupeerd zijn en riep de noodtoestand uit zonder in te gaan op de oorzaak van de stroomstoring. De Krim is qua stroomvoorziening voor een groot deel afhankelijk van Oekraïne.
Deels hersteld
Tegen de middag werd met behulp van mobiele gasturbines de stroom hersteld in delen van het schiereiland. Vooral in de grote steden werkte de elektriciteit op sommige plekken weer. Het regionale gezag op de Krim zei dat er schema’s zouden worden opgezet om wijken beurtelings van stroom te voorzien.
Gisteren botsten bij de elektriciteitsmasten in Cherson de nationalistische activisten van Rechtse Sector met de politie nadat zij vrijdag al een poging tot sabotage hadden gedaan, weten Oekraïense media. Volgens AP probeerden ze herstelwerkzaamheden te verstoren.
Noodrantsoenen
Het Russische ministerie van Energie heeft noodrantsoenen vrijgegeven en dertien op gas draaiende turbinegeneratoren worden ingezet om de stroomuitval op te vangen. De Russische Zwarte Zeevloot, die in de haven van Sebastopol ligt, had volgens een woordvoerder geen last van de stroomuitval.
Rusland annexeerde de Krim vorig jaar nadat reeds jarenlang tot Oekraïens grondgebied wordt gerekend. Dit mondde uiteindelijk uit in de oorlog tussen pro-Russische rebellen, al dan niet gesteund door Rusland, en het leger van Oekraïne in de oostelijke grensregio tussen beide landen.