Als Gerrit Zalm nerveus is, kijkt hij omlaag, weg van de mensen tegenover hem. Zijn hoofd beweegt wat heen en weer en ook zijn onrustige handen verraden spanning. Hoeveel ervaring hij ook heeft, voor belangrijke presentaties kan Zalm nog steeds zenuwachtig zijn. Met een geïmproviseerde grap probeert hij de spanning te breken – vooral voor zichzelf.
Deze en volgende week moet Zalm een hoop spontane grappen verzinnen: de bestuursvoorzitter van ABN Amro staat non-stop te presenteren. Zalm is op roadshow, een uitputtende race langs beleggers over de hele wereld om de aandelen ABN Amro te promoten. Elke dag houdt Zalm vijf, zes, zeven keer een presentatie voor grote professionele beleggers als BlackRock of Fidelity. Tussendoor zijn er ontbijt- en lunchsessies en spreekt hij tientallen professionele partijen tegelijk toe.
De roadshow is cruciaal voor het succes van de beursgang, volgende week vrijdag. Zalm moet niet alleen ABN Amro verkopen, maar ook zichzelf. Beleggers willen weten wie de baas is van de bank waar ze tientallen miljoenen in gaan steken. Wie is Gerrit Zalm?
Een das met auto’s
Geen doorsneebankbestuurder. De oud-politicus houdt van voorzichtig bankieren. Weinig risico’s nemen en niet te hoogdravend doen, is zijn stijl. En: benaderbaar zijn. Bijna dagelijks laat hij zijn medewerkers op zijn blog lezen waar hij druk mee is, onbegrijpelijke bankfolders laat hij herschrijven en ook assertieve buitenlandse zakenbankiers krijgen gewoon een simpele kop koffie als ze op visite komen.
Hoe heeft Zalm ABN Amro sinds zijn aantreden als topman in 2009 geleid? Hoe verandert zijn positie als de bank vrijdag ook andere aandeelhouders heeft dan de staat? En is Zalm de geschikte persoon om ABN Amro aan de man te brengen?
Zalm staat deze weken niet voor het eerst tegenover grote beleggers, afgelopen jaren heeft hij al wat geoefend. Hij heeft een duidelijk verhaal en is inhoudelijk ijzersterk, zeggen mensen die hem in actie hebben gezien. Bewonderende commentaren: „Hij kent alle cijfers.” „Hij is heel intelligent, dat onderschat je weleens.”„Hij moet bijna wel permanent werken, anders lukt dit je niet.”
Ook prijzen mensen zijn gevoel voor humor, dat met name in het vragenrondje na zijn presentatie naar boven komt. Bijvoorbeeld als Angelsaksische beleggers vragen naar zijn salaris, van 759.000 euro. Waarom is dat zo laag? En ook al geen bonus... Is Zalm wel dedicated om hard te werken? Zalm zegt dan dat hij ook twaalf jaar minister van Financiën geweest is – over hard werken voor weinig geld gesproken.
Wel bestaan er twijfels over Zalms overtuigingskracht. Professionele beleggers willen een krachtige leider zien, dat vinden ze geruststellend, zeggen kenners van de financiële wereld. „Zalm heeft een bescheiden uitstraling”, zegt een van hen en trekt de vergelijking met voorganger Rijkman Groenink. „Die stónd er, met zijn double breasted jasje en pochet. Niet met een das met auto’s erop.”
Anderen vergelijken Zalm met Jan Hommen, oud-topman van ING en net als Zalm van oorsprong geen bankier. „Bij Hommen voelde je meteen dat hij de baas was”, zegt een voormalig topbelegger die beide mannen heeft zien presenteren. „Zalm heeft die autoriteit niet.”
En dan zijn er natuurlijk die zenuwen. „Hij moet iets doen wat niet in zijn genen zit, en de financiële wereld is niet vergevingsgezind”, zegt een voormalig bankier van ABN Amro.
Aan de andere kant: „Door die zenuwachtigheid komt hij ook wel weer natuurlijk over.”
Toen Zalm in 2009 als topman begon, had hij nog een hoop te bewijzen. Lang niet alle werknemers waren enthousiast over zijn komst. Wat wist deze man nou van bankieren? Ze kenden Zalm als de eeuwige minister van Financiën, met twaalf dienstjaren de langstzittende ooit. De weinige bankervaring die hij wél had, stelde niet gerust. Zalm was in 2007 en 2008 financieel directeur bij DSB Bank, die failliet ging door financiële wanpraktijken. De curatoren van DSB moeten nog een besluit nemen of zij al dan niet Zalm aansprakelijk stellen.
‘Leg uit!’
Tegelijkertijd hadden de bankiers van ABN Amro ten tijde van Zalms komst niet veel te willen. In 2007 werd ABN Amro overgenomen door drie buitenlandse banken, Fortis, Santander en RBS. Die overname eindigde in een debacle. Nog geen jaar later moest ABN Amro gered worden door de staat. Zalms opdracht: ABN Amro overeind helpen en het vertrouwen terugwinnen van klanten, politici en de samenleving.
Die wederopbouw heeft Zalm volgens de meesten succesvol volbracht. ABN Amro is een stabiele, overzichtelijke bank. Veel kleiner en nationaler dan vroeger, maar dat was ook juist de bedoeling.
Inmiddels wordt Zalm alom beschouwd als een bekwame bankbaas. Hij heeft zich snel ingewerkt in de bancaire wereld, zeggen mensen om hem heen, en heeft daar hard voor gewerkt. Hij begint zijn werkdag bij voorkeur pas om een uur of negen, half tien. Maar ’s avonds thuis werkt Zalm lang door, vaak tot na middernacht.
Hij leest altijd álles, zeggen collega’s, en heeft altijd commentaar. Ook op alles wat met de beursgang te maken heeft. „Gerrit reageert vaak als eerste”, zegt Fred Bos, hoofd beursgang bij ABN Amro. Met pen krabbelt Zalm commentaar in de kantlijn – ‘Leg uit!’ – op de uitgeprinte stukken. Zijn secretaresse scant die vervolgens in en stuurt ze door naar zijn collega’s.
In die late uren zit Zalm ook geregeld te schrijven voor zijn weblog – eveneens met pen en papier. Bijna dagelijks doet hij de 22.000 werknemers van ABN Amro verslag van zijn bezigheden. Dat gaat vaak over de bank, maar soms is het persoonlijk. „Sta om 5.45 uur op. Voor een avondmens als ik een gruwel”, schreef hij vorige week vrijdag. En een dag eerder, over een gezellig avondje met zijn echtgenote: „Naast bijpraten kijken we ook samen naar opgenomen afleveringen van De Fractie en van Bloed, zweet en aria’s.”
Die stukjes schrijft hij altijd zelf, zegt de afdeling persvoorlichting. Nu hij op roadshow is, heeft hij een blogpauze – collega-bestuurders Caroline Princen en Johan van Hall vervangen hem. Maar na de beursgang gaat hij weer verder, schreef hij in zijn laatste stukje: „Om à la Schwarzenegger te spreken: ‘I’ll be back’.”
Begrijpelijke kleine lettertjes
Zalm cultiveert zijn ‘gewone’ imago. Zijn blog is daarbij een belangrijk instrument. „Hij wil uitstralen: bestuurders zijn normale mensen”, zegt financieel directeur Kees van Dijkhuizen. Heel bewust gebruikt Zalm in zijn teksten geen jargon. Dat vraagt hij ook van de rest van de bank: alle folders, brochures en voorwaarden heeft hij sinds zijn aantreden laten herschrijven, zegt Van Dijkhuizen. Ze moesten begrijpelijker. „Inclusief de kleine lettertjes.”
Ook al zo menselijk: Zalm houdt zich niet aan een strikt dieet van „vogelzaad en kraanwater”, zoals een betrokkene bij de beursgang zegt. Zo rookt Zalm bijvoorbeeld. Op roadshow steekt hij na afloop van zijn presentatie buiten even een sigaretje op. Ook op zijn werkkamer rookt hij af en toe. Wel is hij fors geminderd, zegt collega-bestuurder Van Dijkhuizen. „Hij wisselt de e-sigaret nu af en toe af met een echte sigaret.”
Toch verliest ook ‘gewone man’ Zalm soms uit het oog wat mensen normaal vinden. Hij zag niet aankomen dat de salarisverhoging voor zijn zes medebestuurders dit voorjaar zó verkeerd zou vallen. Een inschattingsfout met grote gevolgen. Het kabinet stelde de beursgang voor straf uit, de hoon en woede over graaiende bankiers was weer helemaal terug en ook binnenshuis was er kritiek. Op zijn blog kreeg hij opvallend veel negatieve reacties.
Toen de kritiek in maart losbarstte, heeft Zalm de verhoging van 100.000 euro publiekelijk verdedigd – hoewel hij die zelf als enige bestuurder niet kreeg. Ook is hij intern voor zijn collega’s opgekomen, blijkt uit het persbericht dat ABN Amro rondstuurde toen de bestuurders hun salaris inleverden. Daarin bedanken ze Zalm expliciet voor zijn „inspanningen” om „een goed werkgever” te zijn.
Waar deze ‘inspanningen’ uit bestonden, is nooit duidelijk geworden. Ook niet wie de salarisverhoging heeft voorgesteld: de bestuurders of de commissarissen? Toenmalig beloningscommissaris Peter Wakkie zei in deze krant dat de verhoging een gezamenlijk idee was. Zalm heeft een andere lezing. Volgens hem kwam het initiatief van de raad van commissarissen, zei hij daarna tegen deze krant.
Twee maanden na de rel, in mei, maakte Zalm alsnog uitgebreid excuses. „Ik had beter moeten weten”, gaf hij toe. De week daarop besloot het kabinet prompt dat ABN Amro toch naar de beurs mocht.
De eenheid binnen het bestuur lijkt niet aangetast door alle heisa. Het team is sterk en dat is ook te danken aan Zalm, zeggen mensen die het bestuur kennen. Ze omschrijven hem als typische voorzitter, geen echte baas. Hij luistert naar de anderen, geeft hun veel ruimte en verzamelt hun ideeën – zelf wordt hij niet gezien als grote ideeënman.
Teamgevoel vindt Zalm belangrijk. Dat de sfeer goed is. Afgelopen maandag hingen er slingers en ballonnetjes op de deur van bestuurder Caroline Princen, die zondag jarig was. Teamgevoel betekent ook dat ze zich met z’n állen verantwoordelijk voelen. Alle bestuurders – Zalm als bestuursvoorzitter uitgezonderd – krijgen hetzelfde salaris. Dat is niet vanzelfsprekend in „de corporate wereld”, zegt oud-commissaris Marjan Oudeman van ABN Amro.
Geen avonturenmachine
Na de beursgang moet Zalm een andere bank leiden, met een heleboel aandeelhouders in plaats van één: de Nederlandse staat. Meer aandeelhouders betekent meer druk van buitenaf en mogelijk een kritischer blik op de gematigde strategie van weinig groei. Dat vraagt andere kwaliteiten van een bestuurder. Is Zalm ook de juiste man voor deze volgende fase?
Zelf wil hij graag door. Zijn nalatenschap speelt een rol bij die wens, zeggen mensen om hem heen. Zalm wil zijn imposante carrière goed afsluiten. Hij is weliswaar niet de man met het grootste ego, maar „íédereen in zo’n rol heeft zulke ijdelheid”, zegt een adviseur. Een succesvolle beursgang is één ding, maar als hij ook nog kan laten zien dat hij een private bank kan leiden en méér is dan alleen de crisismanager, is zijn cv compleet. De mislukking bij DSB zou dit des te belangrijker voor hem maken.
Zalm krijgt de kans. In april vorig jaar is hij benoemd voor een tweede termijn, die loopt tot 2018. Hij gelooft zelf dat het met die externe druk wel mee zal vallen. Beleggers weten waar ze aan beginnen, redeneert hij. Ze kopen een aandeel dat zich moet onderscheiden met een hoog en stabiel dividend, een aandeel van een behoudende bank, met een even degelijke top.
Met Zalm aan de top dus geen avonturen. „Hij is een safe pair of hands”, zegt iemand die lang met hem heeft samengewerkt. Financieel directeur Van Dijkhuizen beaamt dat. Zalm zal zich niet gek laten maken door grote beleggers, voorspelt hij. „We gaan de bank niet veranderen na de beursgang.”
Dat roept ook vragen op. Iets meer ondernemingszin, zou dat een beursgenoteerd bedrijf geen goed doen? ABN Amro dúrft niet meer, zegt een voormalig topmanager van de bank, door de dramatische nationalisatie in 2008. Iets meer ambitie, vindt de oud-bankier, zou wel mogen. Dat onderwerp komt ook weleens ter sprake in vergaderingen met de raad van commissarissen. In plaats van dat ze de grote aspiraties van de topman moeten afremmen, vragen de commissarissen zich af of ABN Amro wel ambitieus genóég is.
Kansen die anderen binnen de bank wel zien, houdt Zalm soms af. Activiteiten in India bijvoorbeeld. Daar was ABN Amro actief in de diamanten- en juwelenindustrie. Ze deed dat onder de vergunning van RBS, een van de banken die ABN Amro in 2007 overnam. Toen RBS zich wilde terugtrekken uit India, heeft ABN Amro overwogen daar zelfstandig mee door te gaan en in India verder uit te breiden. Zalm wilde het niet, zegt iemand die lang met hem heeft gewerkt. Hij was „voorzichtig”.
Maar misschien, zegt deze bron, heeft een overzichtelijke bank als ABN Amro nu ook niet zoveel „ondernemersgevoel” nodig. „Bankierschap is minder belangrijk bij deze bank.”
En Zalm staat niet alleen. Ook bij andere Nederlandse grote banken zie je „dit type bankiers” opstaan, zegt een ander die met Zalm heeft gewerkt – dat is „het type dat Financiën graag ziet”. Topman Wiebe Draijer van de Rabobank is evenmin een bankier, hij maakte carrière als consultant. „Zij zien banken als een nutsbedrijf, niet als avonturenmachine. Dat is de toekomst.”