Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Film

Het geheim van een goede Bond-song

De beste songs voor James Bond – 24 tot nu toe – huppelen altijd nét achter de tijdgeest aan. De ultieme Bondcomponist blijft John Barry.

De Beatles of de Stones? Elvis of Chuck Berry? Lennon of McCartney? Het zijn drie van de heetste hangijzers uit de klassieke popmuziek. Maar ze kunnen niet tippen aan de vraag naar de beste Bondsong, de ultieme keuze uit de soundtracks van de 24 James Bondfilms die sinds 1962 zijn uitgekomen.

Spotify-playlist met alle 24 Bondsongs

Muziekcritici versus puristen

Als je de muziekcritici mag geloven is het beste Bondliedje ‘Live And Let Die’ van Paul McCartney en Wings, geschreven voor de eerste film met Roger Moore in 1973 en meestal nummer één op de favorietenlijstjes. Puristen kiezen voor ‘Goldfinger’, een nachtclubachtig meesterwerkje met olifantstrompetten dat door Shirley Bassey zó iconisch werd gebracht dat Monty Python er een parodie aan wijdde in The Life of Brian (1980).

Mensen die groot werden in de jaren tachtig houden het op het opzwepende ‘A View To A Kill’ van de new wave-groep Duran Duran, en Adele-fans wijzen op ‘Skyfall’, dat te beschrijven valt als een zeer geslaagde update van de Bassey-sound.

Mooie nummers, allemaal; maar goedbeschouwd is er maar één liedje dat aanspraak kan maken op de eretitel, en dat is het instrumentale ‘James Bond Theme’ dat werd geïntroduceerd in de eerste Bondfilm, Dr. No en dat zó succesrijk was dat het in alle films daarna zou terugkeren – om te beginnen in de zogeheten ‘gun barrel sequence’, waarin je door de loop van een vuurwapen 007 ziet bewegen en schieten.

Iedereen kent de oerversie, met de zigzaggende saxofoons en de dúm-die-die-dum-dúm-gitaarsolo, zeer geschikt ter onderstreping van de actiescènes, al gebeurde dat pas vanaf Goldfinger. In de twee films daarvoor werd het thema gebruikt om de entree van Bond te markeren, als een populaire pendant van het wagneriaanse ‘Tristanakkoord’.

Copyright

De auteur van het ‘James Bond Theme’ is de inmiddels 87-jarige zanger en musicalcomponist Monty Norman, die verschillende rechtszaken heeft moeten voeren om zijn copyright veilig te stellen. Het arrangement staat namelijk op naam van de muzikale duizendpoot John Barry (1933-2011). Hij schreef niet alleen de instrumentale soundtracks van bijna alle Bondfims tot en met The Living Daylights (1987), maar ook de muziek van klassieke titelsongs als ‘Goldfinger’, ‘You Only Live Twice’ (met het glijdende-strijkersintro dat nog werd gebruikt door Robbie Williams in ‘Millennium’) en ‘Diamonds Are Forever’ (gesampeld door Kanye West).

Barry is de ultieme Bondcomponist, die even makkelijk samenwerkte met Hal David als Duran Duran. Hij kon het moeilijk verteren dat hij voor zijn werk aan Bondthema 250 pond had gekregen en dat Norman er al bijna een miljoen aan had overgehouden. Maar Norman kon bewijzen dat hij het thema had gebaseerd op een van de liedjes die hij had geschreven voor de musicalbewerking van een roman van V.S. Naipaul, A House for Mr Biswas (1961). En trouwens, als er iemand ontevreden mocht zijn over de verdeling van de poet, dan was het de gitarist, Vic Flick, die voor een van de beroemdste riffjes uit de geschiedenis van de filmmuziek zegge en schrijve zes pond kreeg.

John Barry zou het ‘James Bond Theme’ in de kwarteeuw die volgde telkens anders arrangeren: jazzy in de jaren zestig, gebruikmakend van een Moog-synthesizer in 1971, aansluitend bij de funk van de populaire blaxploitation movies in 1973 en elektronisch in 1987. In The Spy Who Loved Me (1977) heeft het thema zelfs een discotintje, wat in het jaar van Saturday Night Fever natuurlijk onontkoombaar was.

De sounds van de tijd

Wat voor de Bondthema’s gold, gold ook voor de Bondsongs; ze weerspiegelden de tijdgeest, of liever, ze liepen er net een beetje achteraan. De gitaarsolo uit het ‘James Bond Theme’ was een hommage geweest aan de surfrock die rond 1960 populair was; de sounds van Shirley Bassey, Tom Jones (‘Thunderball’) en Nancy Sinatra waren vintage Swinging Sixties; met ‘Live And Let Die’ betrad de Bond-song het tijdperk van de powerrock en met ‘Nobody Does It Better’ van Carly Simon (uit The Spy Who Loved Me) dat van de vrouwelijke singer-songwriters uit de Seventies.

De Bondsong kon plotseling een factor in de hitparade worden: Sheena Easton kwam (in Nederland) op nummer één met de matige titelsong van For Your Eyes Only, een prestatie die daarna alleen geëvenaard zou worden door Adele. Andere successen in de Top 40 waren ‘A View To A Kill’ van Duran Duran, ‘License To Kill’ van Gladys Knight en ‘Die Another Day’ van Madonna, die als enige Bondsongvertolkster ook een rolletje speelde in de gelijknamige film.

En Sam Smith, de zanger-componist van het 24ste Bondliedje? Zijn ‘Writing’s On The Wall’ (de vijfde song die niet naar de film genoemd is) bevat een aantal goede ingrediënten: een mooi gedragen intro dat slim na het refrein wordt herhaald, een verrassende afwisseling van gewone stem en falset, een fraaie uithaal tegen het einde. Maar het refrein is slepend, de orkestratie té pompeus, en de song als geheel mist vaart en schwung. Niets dat een goede arrangeur niet had kunnen verhelpen.

Leefde John Barry nog maar.