1 oktober 2015 - In de week waarin de Taliban ‘onze’ Afghaanse stad Kunduz veroverde sprak koning Willem-Alexander in de Veiligheidsraad trots over de 3D-benadering ,,waar ons koninkrijk jarenlange ervaring mee heeft’’: ‘een combinatie van defense, development en diplomacy’. Ervaring, ja. Succes? Ehh.
Weet u nog, die politietrainingsmissie van 2006 tot 2010, waar GroenLinks-leider Jolande Sap haar politieke kruit mee verschoot? De Afghaanse politiemannen die Nederland in Kunduz ging opleiden zouden geen nare dingen met geweren doen. We hadden een soort kindvolgsysteem om dat te controleren.
Nederland zette voor het eerst het staatshoofd in om tussen de wereldleiders de Algemene Vergadering van de VN toe te spreken. Het was een met meer elan geschreven tekst dan de Troonrede van twee weken geleden. De koning was beter op dreef. Maar was het ook een goed idee dat hij daar stond?
De koning is een mens van vlees en bloed, maar in zijn openbaar optreden is hij het instituut dat alle Nederlanders verbindt. Dat instituut ontleent zijn gezag aan de bovenpartijdige positie van de bekleder én aan de persoonlijk geaquarelleerde wijze waarop Willem-Alexander zijn rol vervult.
Voor zijn woorden is het kabinet politiek verantwoordelijk, maar de koning moet bereid zijn ze uit te spreken. Hij heeft een eigen eed op de Grondwet afgelegd. Dat maakt zijn toespraken net iets spannender dan een voicemail van het kabinet.
Daarom was het interessant wat het kabinet de koning liet zeggen voor de Verenigde Naties. Hij moedigde de wereld aan meer te doen om verschoppelingen der aarde eten, onderdak en toekomst te bieden. Een wat gewaagde oproep voor een land dat zijn budget voor ontwikkelingssamenwerking al jaren verlaagt of er andere dingen mee doet.
Het staatshoofd prees Nederland vanwege zijn deelname aan 63 VN-missies. Hij noemde én relativeerde de Nederlandse bijdrage aan de VN-missie in Mali: ,,Met militaire middelen is geen duurzame vrede te winnen. Daarvoor is een politieke oplossing nodig. Versterking van de instituties die een rechtsstaat dragen, is even belangrijk, evenals het wegnemen van de diepere oorzaken van het geweld.’’
Ware woorden, maar ook een grote broek. Nederland als docent Blijvende Vrede. Zo zelfverzekerd spraken de Republikeinen in Washington na 9/11 over democratisering van het Midden-Oosten, te beginnen met Irak. Dat is ook nog niet helemaal gelukt. Bovendien heeft Nederland jarenlang zijn defensiebegroting gestript en ontbreekt het geld om militaire missies serieus uit te voeren, laat staan vol te houden. Alleen aan goede wil bij de resterende militairen is geen gebrek.
Hoogdravende teksten over de rechtsstaat en de internationale samenwerking klinken een tikje hol als je een taai achterhoedegevechtje met de Verenigde Staten voert over het opnemen van een paar vergissingsgevangenen uit Guantánamo Bay. Er is over van alles te discussiëren met de Amerikanen, maar of dit nu het nuttigst denkbare geschil is? En dan de vrome koninklijke klimaatpraatjes.
Het staatshoofd werd natuurlijk ingezet in het kader van de Nederlandse lobby voor een tijdelijke zetel in de Veiligheidsraad. Italië en Zweden azen ook op een van de twee voor Europa beschikbare zetels. Je praat dan twee jaar mee op internationaal topniveau en kan net wat vaker in relevante oren fluisteren dat de MH17-daders berecht moeten worden. Maar of dat ooit gebeurt hangt van heel veel meer af, ver buiten het bereik van een klein land. Zelfs Washington krijgt vaak jaren niet zijn zin.
Wat is er tegen om de koning de elevator pitch voor Nederland als ‘partner for peace, justice and development’ te laten uitspreken op het wereldtoneel? Baat het niet, dan schaadt het toch niet? Dat is de vraag. Het is ongebruikelijk en pijnlijk als het niet lukt. ‘Leuk geprobeerd’ is voor het staatshoofd als institutie een schram die hij niet te vaak kan oplopen. En er is meer dat zijn positie raakt.
Premier Rutte prees deze week bij de VN hardop Heineken als duurzame wereldverbeteraar. Dat paste binnen het politiek-bestuurlijke behandelen van de samenleving als marktplaats. De publieke ruimte een gesponsord consumentenfeestje.
Voor het gezag van de koning is die skyboxsfeer niet goed. Dat gênante biertje met Poetin in Sotsji wordt niet Rutte aangerekend, maar Willem-Alexander. Gelukkig is hij weg uit het IOC-milieu.
Het was een compliment voor het internationaal aanzien dat het kabinet Willem-Alexander toedicht dat men hem bij de Verenigde Naties inzette. De koning hoort duurzaam Nederlandse waarden te vertegenwoordigen. En geen dingen te zeggen die we niet waarmaken. Geen korte termijn politieke of commerciële prestigeprojecten te dienen. Dan bouwt hij meer gezag op en is hij als instituut waardevoller voor alle Nederlanders.
email: opklaringen@nrc.nl; twitter: @marcchavannes