Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.

Economie

Bescherming ABN Amro tegen vijandige overname alvast geregeld

ABN Amro heeft alvast drie beschermers die de bank moeten behoeden voor een vijandige overname als zij straks weer beursgenoteerd is. Dat blijkt uit gegevens van de Kamer van Koophandel.

Foto ANP/Lex van Lieshout

Een datum voor de beursgang is er nog niet, maar ABN Amro heeft wel alvast drie beschermers die de bank moeten behoeden voor een vijandige overname als zij straks wél beursgenoteerd is.

Minister Jeroen Dijsselbloem (Financiën, PvdA) heeft drie mensen benoemd als bestuurder van een speciaal opgerichte beschermingsstichting. Dat blijkt uit gegevens van de Kamer van Koophandel.

Het gaat om oud-voorzitter van de Ondernemingskamer Peter Ingelse, multicommissaris Inge Brakman en oud-voorzitter van de Rekenmaker Saskia Stuiveling. Dit drietal vormt het bestuur van de ‘Stichting Administratiekantoor Continuïteit ABN Amro Group’.

De bedoeling is dat zij herhaling van een overnamedrama zoals in 2007 straks kunnen voorkomen. Maar daarvoor heeft de stichting nog wel goedkeuring nodig van de Europese Centrale Bank (ECB). Wanneer die komt, is nog onduidelijk. Beschermingsmuren zijn in Nederland heel gewoon, maar in Europa veel minder. De specifieke bescherming van ABN Amro is zelfs in Nederland niet erg gebruikelijk en botst met de Nederlandse Corporate Governance Code voor goed ondernemingsbestuur.

Veel macht

Maar áls ze dan aan de slag kunnen, hebben de drie beschermers gelijk een grote verantwoordelijkheid en veel macht. Hun stichting kan aandeelhouders van ABN Amro in ‘oorlogstijd’ hun stemrecht afnemen en vervolgens zelf al die stemmen uitbrengen.

Wanneer ze dat nodig vinden, bepalen zij zelf. De statuten, gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel, laten veel ruimte voor eigen interpretatie: de stichting moet “invloeden” die gevaarlijk zijn voor de zelfstandigheid, continuïteit of identiteit van ABN Amro “naar maximaal vermogen” weren. Hoe de top van ABN Amro de dreiging weegt, doet er in principe niet toe – de stichting is onafhankelijk.

ABN Amro heeft met voorzitter Peter Ingelse in ieder geval een beschermer met veel relevante ervaring. Tot voor kort was hij voorzitter van de Ondernemingskamer, de bedrijfsrechter in grote bedrijfsconflicten. Ingelse is onder meer bekend van zijn uitspraak over Fortis. Hij oordeelde dat Fortis zich schuldig heeft gemaakt aan wanbeleid rondom de overname van ABN Amro in 2007.

Ingelse ziet de bescherming van ABN Amro – “een grote systeembank” – als een “maatschappelijke taak”, zegt hij in een reactie. Hij durft niet te garanderen dat hij een drama als in 2007 kan voorkomen. “Dat zou ik erg grote woorden vinden.” De bedoeling is wel „beroerde ontwikkelingen” te voorkomen. Maar:

“De toekomst ziet er niet uit als het verleden. We gaan ons best doen.”

Verder schrijven de statuten nog voor dat de stichting een “beheerst bezoldigingsbeleid” voert. De vergoeding is nu vastgesteld op 20.000 euro per jaar.