Het dodental door de ramp tijdens de hadj, de jaarlijkse bedevaart naar Mekka, is opgelopen tot 769. Dat heeft de Saoedische minister van Gezondheid zojuist bekendgemaakt.
Het dodental is gestegen omdat nog eens 52 mensen zijn overleden in verschillende ziekenhuizen, zei minister Khalid al-Falih. 934 mensen raakten gewond.
Deze week brak in Mina, een vallei bij Mekka waar pelgrims de nacht doorbrengen, paniek uit. De meeste ongelukken (vooral verstikkingen) gebeuren daar. Er staan 160.000 tenten.
In Mina stenigen pelgrims symbolisch de duivel door een steentje tegen drie grote pilaren te gooien, vanaf de Jamaratbrug, een voetgangersviaduct met meerdere verdiepingen. In 2006 gebeurde iets soortgelijks aan de voet van de Jamaratbrug. Toen kwamen 363 pelgrims om.
‘Falen voor koning Salman’
Het grote aantal doden is een persoonlijk falen voor de Saoedische koning Salman, schreef onze Midden-Oostenredacteur Toon Beemsterboer in NRC:
“De ramp roept de vraag op of Saoedi-Arabië wel is toegerust op de grootste pelgrimage ter wereld. Twee weken geleden vielen er al 118 doden toen een enorme hijskraan op de Grote Moskee in Mekka donderde. Heeft het land wel de infrastructuur en neemt het wel genoeg veiligheidsmaatregelen om elk jaar ruim 2 miljoen moslims veilig te kunnen ontvangen? (…)
“Saoedi-Arabië legt veel eer in zijn rol als ‘hoeder’ maar de hadj vormt ook een logistieke nachtmerrie. Miljoenen mensen uit de hele wereld willen op hetzelfde moment dezelfde rituelen uitvoeren. Velen spaarden hun hele leven voor deze ervaring, die duizenden dollars kan kosten.”
De ramp kwam Saoedi-Arabië op flinke kritiek te staan van onder meer Iran. Volgens het hoofd van de Iraanse hadj-organisatie hebben de Saoedische autoriteiten zich schuldig gemaakt aan “mismanagement”. De hoogste religieuze leider in Saoedi-Arabië, de grootmoefti, wees die kritiek vandaag van de hand: volgens hem is de ramp bovenmenselijk en kan Saoedi-Arabië er dus niets aan doen.