Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Vluchtelingen

Dag 8: Ook bij de vluchtelingen is er racisme

Op naar Europa In Servië wordt goed verdiend aan vluchtelingen uit Syrië. Maar de groep van Mazen komt voorlopig niet verder.  

Terwijl de groep geniet van haar nachtrust, hebben andere vluchtelingen de hele nacht in de rij gestaan voor het opvangkamp. Dat wil zeggen:hun rugzakjes hebben in de rij gestaan. Foto’s Matthew Cassel
Terwijl de groep geniet van haar nachtrust, hebben andere vluchtelingen de hele nacht in de rij gestaan voor het opvangkamp. Dat wil zeggen:hun rugzakjes hebben in de rij gestaan. Foto’s Matthew Cassel

Correspondent Gert van Langendonck probeert met een groep Syrische vluchtelingen Fort Europa binnen te komen. Hun leider Mazen Ismail neemt ze van Turkije mee naar het beloofde land: Duitsland. Hoe komen ze daar? Wat maken ze onderweg mee? En halen ze het? Volg de reis ›

Het hotel in Presevo waar de vluchtelingen hun eerste nacht in Servië doorbrengen, heet Arnold. Ja: naar Arnold Schwarzenegger. Het zijn eigenlijk kamers boven een bodybuildingclub. Stoere Servische patsers in camouflagekledij houden argwanend een oogje in het zeil.  

Alles is beter dan op straat slapen. Alleen: terwijl onze groep geniet van haar nachtrust, hebben andere vluchtelingen de hele nacht in de rij gestaan voor het opvangkamp. Dat wil zeggen: hun rugzakjes hebben in de rij gestaan. De vluchtelingen hebben dat systeem bedacht om overdag niet in de verzengende zon te hoeven staan. 

Foto Matthew Cassel

Maar onze groep staat de volgende ochtend niet in de rij. Ze slapen nog. En er staat maar één rugzakje in de rij voor de hele groep van 47 mensen. Wanneer begint te dagen dat andere vluchtelingen dat niet zullen pikken, begint het zoeken naar een plan B.  

De vluchtelingen moeten naar het kamp om een papier te krijgen, waarmee zij drie dagen hebben om Servië te verlaten. In principe dienen die dagen om asiel aan te vragen in Servië, maar niemand doet dat.

Mazen is benaderd door Serviërs die valse papieren aanbieden voor 50 euro per persoon. Een heel slecht idee, zegt Nebojsa Stojmenovic, die samen met zijn 16-jarige dochter Natalija in de weer is voor de groep. Hij hoopt dat ze straks met zijn bus naar Belgrado zullen reizen.

De politie weet van de valse papieren, zegt hij. Als ze betrapt worden, kunnen ze teruggestuurd worden naar Macedonië. In het beste geval moeten ze smeergeld betalen. Bovendien willen de meeste buschauffeurs geen mensen zonder papieren vervoeren. 

Foto Matthew Cassel

Plan C: Mazen heeft een buschauffeur gevonden die de groep zonder papieren naar Belgrado wil brengen. Dat kost wel 50 euro per persoon, in plaats van 20 euro. 

In de stationsbuurt van Presevo blijft ondertussen de hele wereld toestromen. De Syriërs zijn in de meerderheid, dan komen de Afghanen. Maar er zijn ook Irakezen, Pakistanen, Bengalen. In Duitsland zullen veel van hen hun papieren weggooien en zeggen dat ze Syriër of Afghaan zijn, om meer kans te maken op asiel.

Drie zwarte Afrikanen staan aan de kant. Ze komen uit Congo-Brazzaville en Congo-Kinshasa. Zwarte Afrikanen zijn zeldzaam op de Balkanroute: zij reizen doorgaans via Libië.

Racisme is ook een probleem bij de vluchtelingen onderling, zo blijkt. „De Syriërs zeggen dat wij stinken”, zegt Flavien. „En de Afghanen praten sowieso met niemand.” Het gevolg is dat de drie jongens alleen moeten reizen. „Geen enkele groep wil dat wij met hen meelopen.”

Foto Matthew Cassel

De restaurants, cafés en winkels in de buurt doen gouden zaken. In café Popay (Popeye) mogen de vluchtelingen hun telefoons opladen en internet gebruiken, op voorwaarde dat ze af en toe iets gebruiken. Er zijn wel regels. Op het toilet hangt een bordje: buiten gebruik. Maar dat geldt alleen voor vluchtelingen. Ook moeten zij drinken uit plastic bekertjes, terwijl ‘blanken’ een glas krijgen.

Ja, we doen goede zaken, zegt een slungelige jongen in café Popay, die zijn naam niet wil geven. „Maar geld is niet alles. De Serviërs komen hier niet meer. De vluchtelingen slapen op straat en laten overal afval achter. En hoe weten wij dat die mensen geen aids of MERS hebben?”

De Syriërs zijn wel oké, zegt hij. „Maar voor hetzelfde geld zijn het terroristen.” Hij laat op zijn telefoon een video zien, waarin Islamitische Staat Servië claimt voor het kalifaat.

Foto Matthew Cassel

De groep van Mazen komt vandaag niet verder. ’s Avonds, weer terug in hotel Arnold, maakt een lichte paniek zich van hen meester. In de kamers wordt druk vergaderd. Hoe moeten ze verder?

Er is ook nieuws van Hanada en haar bejaarde moeder, die vanuit Athene naar een Europese hoofdstad wilden vliegen. De truc met het valse Italiaanse persoonsbewijs heeft niet gewerkt. De moeder werd zo uit de rij gehaald.