Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.

Economie

Transavia deed geen noodoproep bij verzoek landing Eindhoven

Videostill van beelden van de landing van het toestel van Transavia op Schiphol op 25 juli 2015.
Videostill van beelden van de landing van het toestel van Transavia op Schiphol op 25 juli 2015. Foto: ANP / Michael Splinter

Het toestel van Transavia dat zaterdag een noodlanding maakte op Schiphol, wilde aanvankelijk uitwijken naar Eindhoven Airport, maar kreeg daarvoor geen toestemming. De piloot had geen noodoproep gedaan, terwijl Eindhoven Airport alleen bij noodgevallen uitwijkende vliegtuigen toestaat om te landen.

De Boeing 737-800 met 170 passagiers aan boord kwam uit het Spaanse Girona en zou aanvankelijk landen in Rotterdam, maar moest door de storm na verschillende landingspogingen uitwijken. Vervolgens wilde de piloot landen in Eindhoven en vloog in die richting.

Eindhoven Airport gaf echter geen toestemming om te landen. Daarvoor is overleg gepleegd met de militairen die het vliegveld beheren. Het vliegveld wordt namelijk ook gebruikt als militaire basis en is daarom deels in handen van de Koninklijke Luchtmacht.

‘Bijna alle passagiers spugen de boel onder’

Het Eindhovens Dagblad publiceerde vandaag opnames van de communicatie tussen één van de piloten en de Rotterdamse luchtverkeersleiding. “We zijn aan het overleggen met de militairen”, zegt een luchtverkeersleider. “Ik weet ook niet precies waar het probleem ligt, maar ik word teruggebeld, zeggen ze.” Later:

“Het wordt steeds gekker mevrouw. U wordt geweigerd op Eindhoven. Daar is het laatste woord nog niet over gezegd.”

De piloot zet vervolgens de koers in richting Schiphol. Ze zegt onder meer:

“We zitten hier aan de rand van de bui en bijna alle passagiers spugen de boel onder.”

Beluister hier de opname:

Ook bij Schiphol lukte het aanvankelijk niet om te landen. Toen besloot de piloot om een noodoproep te doen, omdat de brandstof begon op te raken. Bij een noodoproep krijgen toestellen voorrang en wordt aan boord de noodprocedure ingezet, waarbij de passagiers onder meer in de noodhouding moeten gaan zitten.

Filmpje van een passagier van de situatie in het vliegtuig tijdens de noodlanding:

Zo zag de noodlanding op Schiphol er van buiten uit:

Eindhoven: bij noodsituaties is het altijd mogelijk om te landen

Eindhoven Airport laat weten dat het sinds april geen uitwijklocatie meer is. Deze regels zijn ingevoerd in verband met afspraken die de geluidsnorm betreffen. Allen als er een noodsignaal is afgegeven door het vliegtuig, mag het toestel landen. Een woordvoerder van Eindhoven Airport meldt per e-mail:

“Indien zich een emergency situatie voordoet, zal het te allen tijde (ook afgelopen zaterdag) mogelijk zijn om op Eindhoven Airport te landen.  Voor alle andere gevallen dan veiligheidgerelateerd zijn we op dit moment geen uitwijkluchthaven in verband met geluidgrenzen.”

Uit de opnames van het Eindhovens Dagblad blijkt echter dat zowel de verkeersleiding in Rotterdam als de piloot verbaasd zijn over het feit dat het toestel niet mag landen. De woordvoerder van Eindhoven Airport wil niet ingaan op de vraag of de luchthaven met de weigering een verkeerde inschatting heeft gemaakt, gezien de ernst van de weersomstandigheden en het feit dat deze vlucht na de weigering door Eindhoven Airport op Schiphol alsnog een noodlanding heeft moeten maken.

Benno Baksteen: noodoproep is formele handeling

Volgens luchtvaartdeskundige Benno Baksteen is de vlucht van Transavia verlopen conform de regels. ”Een noodoproep doen is een formele handeling”, aldus Baksteen. Hij legt uit: ”Als je landt, moet je nog voor een half uur aan brandstof hebben. Pas als de brandstof onder een kritieke grens komt, mag je een noodsignaal afgeven. In Eindhoven had het toestel nog voldoende brandstof, dus mocht het nog geen noodsignaal afgeven.”

Waarom het toestel dan toch richting Eindhoven vertrok, weet Baksteen niet. ”Die regels zijn betrekkelijk nieuw, ik denk dat die bij de piloot en de luchtverkeersleiding nog niet waren doorgedrongen. Maar vrijwel tegelijk kreeg het vliegtuig toch een melding dat het naar Amsterdam kon, waarmee het acute probleem was opgelost.”

Het feit dat de storm in Amsterdam heviger was dan in Eindhoven - in de westelijke provincies gold zaterdag weeralarm met code rood, in Noord-Brabant code oranje - hoeft niet te betekenen dat het moeilijker is om te landen, aldus Baksteen. ”Het gaat om de dwarswindcomponent, dus de hoek van waaruit de wind tijdens de landing op het toestel staat. Het gaat er niet zozeer om hoe hard de wind waait, maar welke richting de wind heeft ten opzichte van de landingsbaan.”

‘Alles is gegaan volgens het boekje’

Toen de brandstof boven Amsterdam begon op te raken, heeft de piloot conform de regels de noodsituatie uitgeroepen. “Alles is gegaan volgens het boekje”, aldus Baksteen: “Alleen voor de passagiers is een noodlanding niet zeer comfortabel. De procedures zijn bedoeld om de veiligheid te waarborgen, maar toch draagt het niet bij aan het gevoel dat een vlucht goed is verlopen.”

Transavia heeft de passagiers enkele dagen na de vlucht opgebeld, nadat ze “uit de media klachten [hadden] vernomen van passagiers die geen prettige ervaring en geen fijne vlucht hebben gehad”.

Transavia onderzoekt de zaak, Onderzoeksraad heeft informatie opgevraagd

Een woordvoerder van Transavia laat weten dat de luchtvaartmaatschappij verder onderzoek doet naar de zaak. De Onderzoeksraad voor Veiligheid laat via een woordvoerder weten dat er over het voorval bij de betrokken partijen extra informatie is opgevraagd:

“Op basis van die informatie zullen wij kijken of wij een formeel onderzoek instellen naar de zaak, of dat we de kwestie wellicht meenemen bij een breder onderzoek naar het waarborgen van de veiligheid van het luchtverkeer.”

De Nederlandse Luchtvaartautoriteit doet geen onderzoek naar de kwestie, maar zal wel de uitkomsten van het onderzoek van Transavia en het eventuele onderzoek van de Onderzoeksraad bekijken om te zien of dit relevant is voor het aanpassen van de regels voor toezicht.