Een harkend jongetje, op de rug gezien. Van de schilderijen van Helena Hoogenraad op de examenexpositie van AKI Artez in Enschede raakt hij je als eerste. In korte broek en hemdje staat de jongen te harken in een wonderlijke tuin. De donker gekleurde bladeren aan de stengels zijn groot en de zwarte wortels van de planten lopen uit over de gele grond alsof het zoekende slangen zijn. Uit het donkergroen en rood in de achtergrond komt dreiging.
Helena Hoogenraad (23) schilderde blauwgrijze schaduwen op het witte hemdje van de jongen. Ook de linkerhelft van zijn hoofd is, op zijn oor na, in schaduw gehuld. Het licht komt van achter uit de tuin, maar de bron is onduidelijk. Het schilderij heeft als geheel een sprookjesachtige sfeer. Het is boeiend om met je ogen het schilderij te verkennen. Er gebeurt van alles – al weet je niet wat. Is dit een kleine Jaap aan de voet van zijn bonenstaak?
Het jongetje met de hark is het linker van drie schilderijen met jongens in een dreigende natuur. „Het gaat over hetzelfde onderwerp en dezelfde personen”, vertelt Helena Hoogenraad. „Ik merkte bij het inrichten dat de drie goed bij elkaar werkten door de maten, maar ik heb ze niet gemaakt als drieluik.” De bevroren maar niet onnatuurlijke houding van haar figuren doet aan foto’s denken. Op een paar andere schilderijen komt het jongetje terug. Op een klein werk zelfs exact zo met de hark, wat op een foto als bron wijst. „Mijn werk is geïnspireerd op foto’s”, legt Hoogenraad uit. „In het eerste jaar van de academie moeten we iets met familieportretten doen. Door die opdracht raakte ik gefascineerd door familiefoto’s en de verhalen die daarbij horen. Ik vond het wel een zwaar onderwerp, het is je eigen familie waar je dingen over ontdekt. In het derde jaar koos ik een exotisch eiland als thema. Daarna stuitte ik op jeugdfoto’s van mijn vader die drie jaar op Curaçao heeft gewoond. Op het drieluik zie je mijn vader op Curaçao.” Ze vertelt dat ze door de combinatie van foto’s en het exotische eiland een nieuwe wereld in haar schilderijen kon creëren. „Niet per se een droomwereld, maar misschien zoals kinderen die kunnen ervaren. Als een mooi beeld met een keerzijde.”
Lieflijk is haar werk niet. Op het rechter schilderij van de drie slingert iets zwarts zich rond hals en voorhoofd van de jongen die zijn pijn verbijt maar op het punt lijkt zijn angst uit te schreeuwen. Het middelste en iets grotere schilderij is meer harmonisch. Hier staat de jongen met wat waarschijnlijk zijn iets oudere broer is op het voetstuk van een beeld van een groot anker in een vijver.
Hoogenraad heeft de verf vaak met snelle streken opgebracht, soms heeft ze grote vlakken egaal gevuld. Altijd zijn er sterke contrasten tussen licht en donker. Vaak zet ze met streken wit krijtachtige accenten. Hoogenraad gaat altijd uit van foto’s, maar bewerkt en tekent die na voor ze gaat schilderen. „Dan kan je makkelijker het beeld vervormen. Het jongetje met de hark van de foto heeft als achtergrond een geabstraheerde plantenwereld gekregen. De zwarte vegen op het gezicht van de rechter jongen zijn restanten van armen van de aap op haar vaders schouder. In de foto zat geen angst. Daar lachte de jongen nog.”