Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Politie, recht en criminaliteit

Discriminatie door de politie is dus meer dan alleen incident

Is er sprake van structurele en permanente discriminatie op afkomst bij politiecontroles en aanhoudingen? Nee, zegt de korpschef Nationale Politie Gerard Bouman. Ja, zegt onderzoeker Paul Mutsaers die morgen op een ‘public anthropology’ van de politiepraktijk hoopt te promoveren.

Wie heeft er gelijk? De resultaten van Mutsaers passen bij recente bevindingen van antropoloog Sinan Çankaya die maandenlang agenten observeerde. En van Amnesty International dat onlangs een literatuurstudie over etnisch profileren deed. Het aanmerken van burgers als verdachte op basis van huidskleur, afkomst, religie of uiterlijk zonder dat hun gedrag dat rechtvaardigt, is helaas staande praktijk in het dagelijkse politiewerk. Niet overal en altijd, maar wel zo vaak dat het niet als incident kan worden afgedaan.

Dat is heel ernstig. Discriminatie, zeker door de overheid, tast de rechtsstaat in de kern aan. Het bederft de verhoudingen, bedreigt de samenleving en kan tot rellen en geweld leiden.

Mutsaers citeert agenten die intern protesteren tegen de opdracht om „doelgroepen” te controleren. Hij beschrijft onwettige „micro-deportaties” naar de stadsgrens, een bos of afgelegen industrieterrein. Discriminatie komt in zeker de helft van de verkeerscontroles voor. Blank: doorrijden. Zwart: uitstappen. Volgens de korpschef zijn dit incidentele „inschattingsfouten”. Selecteren op uiterlijk in plaats van op gedrag noemt hij ineffectief en schadelijk. Dat is goed gezien. En overigens is het verboden. Dat de politie juist níet discrimineert baseert hij op wetenschappelijk onderzoek, dat hij echter nalaat te noemen. Dat maakt zijn publieke verdediging niet sterk.

Intern sloeg Bouman eerder een heel andere toon aan. Toen schreef hij op een blog nog het „niet mooier te maken dan het is”. Hij schreef hoe agenten moslimcollega’s het werk onmogelijk maken. Hoe zich dat op straat vertaalt in het discrimineren van moslims. Toen was Bouman geëngageerd en bezorgd. Hij herinnerde aan de kernwaarden van de politie: integer, betrouwbaar, moedig en verbindend. „Onze kracht zit juist in ons vermogen om verschillen te herkennen, erkennen en waarderen.” Etnisch profileren gooit dat te grabbel, zo hield hij zijn korps voor. Exact. Het is de rot in de rechtsstaat. Dit zou politiek tot ophef en bestuurlijk tot actie moeten leiden. Maar een initiatief van het korps Zeeland/West-Brabant om naar buitenlands voorbeeld met „stopformulieren” bij iedere controle afkomst en nationaliteit te registreren, werd gisteren haastig door de korpsleiding gesmoord. Vastleggen is verantwoorden – het kan dempend werken en zichtbaar maken welke stereotypen domineren. De korpschef had er bij nader inzien geen behoefte aan. Dat staat helaas voor kramp, schaamte en wegkijken.