Telefoon. Zondagavond kwart voor twaalf. Rob Hoogland ligt al in bed. Sjuul Paradijs aan de lijn. De hoofdredacteur van De Telegraaf belt zijn bekendste columnist. „Het is zover. Het kon gewoon niet anders meer.” Paradijs vertelt dat hij opstapt. „Hij was bijna afstandelijk”, zegt Hoogland vier dagen later in een restaurant in zijn woonplaats Egmond. „Ik ken Sjuul als een emotionele man. Maar nu deelde hij zijn vertrek mee alsof het een nieuwsbericht was. Ze wilden gewoon van hem af.”
Paradijs’ vertrek slaat in als een bom. Die zondagnacht komt het rond één uur bijna tot een uitbarsting. De drukkers zijn in alle staten. Paradijs weg, de vriend van de drukkerij? Dan stoppen we de persen en eisen we een gesprek met de directie. De opstand wordt gesmoord, de krant wordt gewoon gedrukt, maar de drukkers – die ook vrezen voor hun baan omdat De Telegraaf misschien zijn drukkerijen afstoot – sluiten acties niet uit.
Maandagmiddag komt Sjuul Paradijs naar de krant. Hij neemt gevulde koeken mee, stroopwafels en glacés. Hij is en blijft zoon van een bakker. Paradijs spreekt de redactie toe, uiterlijk rustig. Hij bedankt mensen, krijgt een staande ovatie. Daar staat de joviale hoofdredacteur. Meer het type ‘gouwe peer’ dan ‘nette heer’, zeggen ze bij De Telegraaf. De chef die pal stond voor zijn mensen toen de AIVD twee van hen liet gijzelen, de man ook die op verjaardagen en begrafenissen van (oud-) collega’s komt. En die het liefst gewoon weer „een mooi krantje” zou maken, zoals hij altijd zei. Sjuul houdt zich goed, zeggen mensen.
’s Avonds gaat Paradijs naar zeilles. Hij heeft een bootje. „Ga nou niet schrijven dat ik een jacht heb, hè?”, zegt hij in 2010 tegen Volkskrant Magazine. „Mijn bootje is twee keer deze tafel. Als ik erin ga zitten hangt-ie helemaal scheef.” Als hij thuiskomt heeft hij tientallen mailtjes van collega’s. Allemaal met de voorpagina van dinsdag: ‘Sjuul, deze krant is voor jou’. Paradijs breekt. „Dat deed hem heel veel”, zegt vriend en oud-redacteur Arnold Burlage.
Onverwacht maar onvermijdelijk
De val van Paradijs is onverwacht maar onvermijdelijk, aldus bronnen rond de Telegraaf Media Groep (TMG). Paradijs lijkt de lange strijd beu. De hoofdredacteur van De Telegraaf, in het verleden de machtigste man binnen het Amsterdamse mediaconcern, knokt al jaren met elkaar snel opvolgende topmannen over de manier om de problemen van de krant op te lossen.
Harder dan belangrijke concurrenten ziet De Telegraaf de inkomsten uit abonnementen en advertenties dalen. Had dan minder geld uitgegeven aan Hyves en allerlei andere sites, klaagt de redactie. Verbeter onze advertentieverkoop, doe meer aan marketing. Dat moet ook gebeuren, reageert de directie. Maar jullie moeten ook sneller vernieuwen. Meer proberen te verdienen met dezelfde kopij. Lezers die De Telegraaf nu niet (in zijn geheel) willen kopen, wil men bereiken met losse delen zoals sport, economie en roddel.
Zelf wil Paradijs niks zeggen over zijn vertrek. Hij heeft een regeling afgesproken, met zwijgplicht. Onbegrijpelijk vinden sommige collega’s. Waarom laat de man die altijd voor hen opkwam, binnen en buiten TMG, zich nu de mond snoeren?
Het is niet de enige kritiek. Niemand wil echter on the record de vertrekkende hoofdredacteur afvallen. „Wie nu kritiek heeft, is al snel een verrader”, zegt een journalist. De voorpagina van dinsdag is niet bij alle redacteuren in goede aarde gevallen. „Een schreeuwende minderheid heeft nu de overhand genomen”, zegt een bron. Hij vindt de „heiligverklaring” van Paradijs zeer overdreven. „We geven de lezers een slecht signaal als we op de voorpagina schrijven dat we het ook niet meer weten.” Columnist Rob Hoogland daarentegen vindt dat de voorpagina van dinsdag „voor een keer moet kunnen”. „Het was een hartenkreet. We voelen ons geflikt.”
Te langzaam vernieuwd
De belangrijkste kritiek op Paradijs is dat hij De Telegraaf niet snel genoeg heeft vernieuwd. Natuurlijk, zeggen betrokkenen, hij heeft veel energie gestoken in digitale zaken als Telegraaf.nl. Maar de beloofde, beperkte restyling van de site is nog niet af in januari. De start van ‘Telegraaf-omroep’ Wakker Nederland (WNL) wordt als zijn succes gezien. TMG’s videoproductietak profiteert, maar is wel afhankelijk van de omroep. En Paradijs bracht de actiejournalistiek terug in de krant. Bijvoorbeeld door fel uit te halen naar plannen voor een inkomensafhankelijke zorgpremie, waarbij de premier werd omgedoopt tot ‘Marx Rutte’.
De vernieuwingen gingen velen niet snel genoeg. Paradijs had meer risico moeten nemen. Een redacteur wijt dat aan Paradijs’ „valse start” in 2009. De toenmalige directie zag in Paradijs, toen adjunct-hoofdredacteur, niet de gedroomde leider. Misdaadverslaggever Peter R. de Vries moest de baas worden, maar dat wilde de redactie niet. Paradijs zou sindsdien het gevoel hebben gehad dat hij werd beloerd door de directie en geen fouten mocht maken. Columnist Hoogland twijfelt aan die verklaring. „Sjuul was altijd strijdlustig”.
Woedend
Risicomijdend of niet, feit is dat onder Paradijs De Telegraaf als laatste dagblad in Nederland overstapte op tabloid. Lang kon de krant niet in meerkleuren worden gedrukt, maar men had ook deels in zwart-wit op tabloid kunnen gaan. Hoofdredactie (en management) vreesden echter negatieve reacties bij lezers en adverteerders. Sinds 10 oktober is De Telegraaf nu een tabloid. Met succes, zegt men. Dat wordt betwist: van de 62.500 proefabonnees zou een groot deel zijn afgehaakt. Kritiek is er ook op de vormgeving: te veel een gekrompen versie van de grote krant in plaats van een moderne tabloid met een beperkt aantal onderwerpen per pagina. Paradijs is woedend als TMG-topman Geert-Jan van der Snoek in de pers een (openbaar) onderzoek citeert dat stelt dat „zeker 40 procent van de lezers” de krant rommelig vindt.
„Van der Snoek kan af en toe wat ongenuanceerd zijn”, zegt een adviseur die veel met hem samenwerkte. „Hij is wel een Macher. Hij gaat het conflict niet uit de weg waar zijn voorgangers dat wel deden.” Anders dan sommige voorgangers weet de topman zich gesteund door de belangrijkste aandeelhouders van TMG.
Achter Paradijs’ rug om heeft uitgever Harry de Wit, rechterhand van Van der Snoek, het afgelopen voorjaar gesproken met enkele prominente redacteuren over een nieuwe koers van de krant. In het Fletcherhotel in Amsterdam praatte De Wit onder anderen met Jaap de Groot (Telesport), Evert Santegoeds (Privé) en misdaadverslaggever John van den Heuvel. De gesprekken gingen over wat later het ‘opknippen’ van de redactie is gaan heten. Het plan gaat over betaalde uitingen rond sport, economie, entertainment, en andere „sterke merken” van De Telegraaf, online, via apps, evenementen, tv.
Van der Snoek licht vanaf eind 2014 zijn plannen toe tijdens interne roadshows. Rob Hoogland was bij zo’n speech. „Het idee is om ‘content’ te leveren aan bijvoorbeeld Ziggo. Maar, vroeg ik Van der Snoek, wat doen we als we achterhalen dat de topman van Ziggo miljoenen heeft verduisterd? Dan moet je dat gewoon publiceren, antwoordde Van der Snoek, want de onafhankelijkheid staat buiten kijf. Dat is toch naïef? Als we dat plaatsen is het over met de samenwerking met Ziggo.”
Eind april dreigt de situatie te escaleren. Paradijs vreest voor zijn positie. In een plenaire redactievergadering krijgt hij de steun van het grootste deel van zijn redactie. Maar de directie ligt op ramkoers. De Wit wil weten welke redacteur wat doet bij De Telegraaf. En hij eist dat de hoofdredactie net zo’n vernieuwingsplan inlevert als andere afdelingen.
Afgelopen weekend spreken hoofdredacteur en uitgever weer over de beoogde plannen. Paradijs zegt dat hij zich er niet achter kan stellen. Het is onduidelijk of zij ook spreken over dertig tot veertig ontslagen op de redactie (Paradijs heeft de afgelopen jaren al tientallen mensen laten afvloeien; de redactie telt nu 260 voltijdbanen). Zondagavond is er geen weg meer terug: ze komen er niet uit. Paradijs belt onder meer Hoogland, De Wit belt Van der Snoek. Paradijs’ val is een feit.
En nu? Het conflict tussen redactie en directie duurt voort. Nieuw struikelblok is de zoektocht naar een opvolger van Paradijs. Iemand van binnen de redactie? Of buiten? Volgen ze de officiële procedures of wijst de redactie een kandidaat aan? Accepteert ze de opvolger of ziet ze slechts een ja-knikker van de directie? Zo is De Telegraaf weer veel tijd kwijt aan zichzelf en minder aan een mooi krantje maken.