De politie is overwoekerd met mythen. Anders dan media, boeken, series en films verbeelden heeft het merendeel van politiewerk niets van doen met moord en doodslag. Of, andere zware vormen van criminaliteit. Ook spitsvondig recherchewerk als in Nicci French is bezijden de waarheid. Effectiviteit van de opsporing is in het echt vooral afhankelijk van getuigenverklaringen van burgers. Oplossingspercentages zijn niet 100%, zoals iedere aflevering van CSI suggereert. Oplossingspercentages schommelen tussen de 12 en 20%. Daders op de buis en de thrillers die ons overspoelen zijn vaak hoog opgeleid. In gevangenissen zit de onderklasse van onze samenleving.
Het merendeel van 112-meldingen gaat over hulpverlening. Uit (inter)nationaal onderzoek komt een ongelofelijke hoeveelheid niet aan misdaad gerelateerde incidenten naar voren. Het strafrecht noch het geweldsmonopolie komt in de verste verte ook maar om de hoek kijken. De politie is de enige bereikbare overheidsdienst na vijven en in het weekend. Burgers in nood bellen de politie. Ongelukken, geestelijk in de war zijnde burgers, relatieproblemen, begeleiding van voetbalsupporters, waken voor ambassades, beschermen van bedreigde politici en leden van het Koninklijk Huis bepalen het dagelijks werk. In de woorden van Jelle Kuiper is de functie van de politie simpelweg ‘er zijn’. In wijken, bij evenementen, bij voetbalwedstrijden, in het uitgaansleven, bij demonstraties, op de snelweg, op Schiphol en rondrijdend op bikes en in surveillanceauto’s. Er ‘zijn’ om van het een op het andere moment een ‘einde te maken aan een situatie die zich beter niet kan voordoen. Onmiddellijk’. Regulering van het verkeer na een aanrijding, inschakelen hulpdiensten, ordehandhaving en hulpverlening.
Niet gehinderd door enige kennis van wat politie is, ‘drukt’ het politieke systeem al vijftien jaar op criminaliteit targets. Zoals Tjeenk Willink ooit omschreef: beleid ‘in een spreadsheet’. Ook de politie wordt daardoor in een afrekensystematiek gedwongen welke geen recht doet aan 80-85% van wat zij doet. En, dit cijferfetisjisme miskent volledig de maatschappelijke betekenis van politie. De fameuze hoofdcommissaris Jan Wiarda omschreef politie ooit als ‘de strontscheppers’ van de samenleving. Zij opereert in de onderbuik van straten en wijken. En, verleent eerste assistentie bij duizend-en-één ontsporingen. Het heet niet voor niets noodhulp.
Politici, media, series en boeken hebben echter liever politiemythes. En, de politie(top) zelf is niet echt bij machte ons een ander en geloofwaardig verhaal te vertellen over zij doet, waarom zij dat doet en waarom het maatschappelijk waardevol is.
Bob Hoogenboom is hoogleraar fraude en regulering aan Nyenrode en bijzonder hoogleraar Politiestudies en Veiligheidsvraagstukken aan de VU. De Politiecolumn wordt afwisselend geschreven door deskundigen uit de politiewereld. Volgende week Guus Meershoek, lector Politiegeschiedenis aan de Politieacademie en universitair docent Bestuurskunde aan de Universiteit Twente.