De meeste economen zijn wars van deflatie, ofwel een daling van de consumentenprijsindex. Ook verkopers en fabrikanten balen ervan. Want bij deflatie blijft de consument, ondanks stuntprijzen en verkooptrucs, steeds vaker zitten op zijn geld. Maar écht wakker van deflatie liggen de westerse overheden. Deflatie doet namelijk niet alleen hun (in)directe belastinginkomsten dalen, maar ook de reële waarde van staatsschulden groeien tot molenstenen. De bezorgdheid hierover is inmiddels concreet, want afgelopen december daalde het prijspeil in de eurozone met 0,2 procent. De Europese Centrale Bank (ECB) heeft forse anti- deflatiemaatregelen genomen.
Stel dat deflatie toch doorzet. Enkele gevolgen voor je geldzaken zien we in Japan. In 1990 barstte daar, na jaren van exorbitante prijsstijgingen, een enorme zeepbel. Sindsdien zakken de Japanse consumentenprijzen meestal, en als reactie daarop de lonen, waardoor Japanners weer verder beknibbelen, en interen op hun spaargeld. Het bedrijfsleven biedt goedkopere spullen en diensten, maar investeert weinig. De Japanse overheid zit met de handen in het haar.
Prijsdalingen vindt de doorsnee Japanner fijn, net zoals de gemiddelde Hollandse consument. Het probleem is dat deze ‘doorsnee burger’ niet bestaat. In werkelijkheid bulkt de ene Nederlander van het spaargeld, terwijl een volgende verdrinkt in de schulden. En terwijl de een sappelt in de bijstand, verdient een ander jaarlijks een half miljoen.
Daarom zijn deflatiegevolgen afhankelijk van je situatie. Heb je spaargeld? Dan stijgt de koopkracht daarvan, al kan dat pluspunt door een zuiniger spaarrente grotendeels verloren gaan, terwijl de 1,2 procent vermogensrendementsheffing relatief zwaar aantikt. Een lage rente kan daarnaast effectenprijzen opstuwen, maar zekerheden heb je niet. Mogelijk gaat je inkomen door deflatie dalen, bijvoorbeeld doordat je werkgever een loonoffer vraagt, zoals deze week gebeurde bij V&D. Een lage rente en gezakte lonen kunnen het pensioenfondsen moeilijk maken. Misschien moet je pensioen omlaag.
Het meest rampzalig is deflatie voor mensen met grote (hypotheek)schulden. Die worden een almaar groeiend blok aan hun been, terwijl de waarde van hun huis kan dalen en ze ondertussen steeds rente betalen. Dit is dus absoluut een fout moment om erop los te consumeren en/of je tot je nek in de (hypotheek)schulden te steken. Maar onze minister-president heeft vast liever niet dat ik dit vertel.