Nederlandse militairen in Mali slecht beschermd tegen hitte

Nederlandse militairen in Mali hebben extra last van de hitte in de Sahel omdat het kamp waar zij al maanden verblijven nog niet af is. De ruim 400 militairen die namens de VN bij de Noord-Malinese stad Gao bivakkeren slapen grotendeels nog in tenten en hebben beperkte sanitaire voorzieningen.

Douchen is gelimiteerd tot vier minuten per soldaat per dag en er zijn nauwelijks wc’s met stromend water op kamp Castor. In de open eetzaal zijn temperaturen gemeten tot 67 graden.

Militairen ter plaatse beklagen zich over de condities op het kamp, gebrek aan privacy en hygiëne. “Ik ben nu zes keer uitgezonden geweest en dit heb ik nog nooit meegemaakt”, zegt één militair. “Je wordt gewoon de woestijn ingetrapt en verder zoek je het maar uit.” De bouw van containers om in te eten en slapen is ernstig vertraagd, terwijl de missie al volop loopt.

Anne-Marie Snels van de militaire vakbond AFMP noemt de situatie in Gao “onacceptabel”. Bij de bond zijn tientallen klachten binnengekomen. “Ook van commando’s en dat zijn toch geen watjes.” Volgens Defensie hebben de problemen deels te maken met de lange logistieke lijnen binnen de VN-missie. Snels vindt dat Defensie zich “verschuilt”.

Bouwactiviteiten april 2015 klaar

Het kabinet besloot eind vorig jaar mee te doen aan de VN-missie Minusma, die Mali moet stabiliseren. In de afgelopen maanden is de “veiligheidssituatie in delen van het noorden verslechterd”, schreef het kabinet maandag in een brief naar de Tweede Kamer. VN-militairen zijn in toenemende mate doelwit van aanslagen in Mali. Snels vindt daarom dat de containers sneller klaar moeten zijn. Het kabinet schrijft dat “de bouwactiviteiten naar verwachting eind april 2015 zijn voltooid”. Vanavond wordt de Kamer door ambtenaren van Defensie bijgepraat over de stand van zaken in de missie.

Lees in NRC Handelsblad een uitgebreide reportage vanuit Mali (€).