Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Wielrennen

Het werd alles voor Kwiatkowski

De pas 24-jarige Pool Michal Kwiatkowski nam gisteren alle risico’s. Veel pijn maar ook goud was het resultaat.

Michal Kwiatkowski in tweede positie tijdens de WK in Ponferrada. Hij is de eerste Poolse wegwielrenner in de geschiedenis die wereldkampioen wordt.
Michal Kwiatkowski in tweede positie tijdens de WK in Ponferrada. Hij is de eerste Poolse wegwielrenner in de geschiedenis die wereldkampioen wordt. Foto AFP

Zittend met het linkerbeen op de stang van zijn fiets, zo aerodynamisch mogelijk over het stuur gebogen, met tachtig per uur over spekglad en bochtig wegdek naar beneden, een paar tellen voor de vloedgolf van een peloton vol wereldtoppers. Hartslag 181. En dan even rustig omkijken.

„Ik voelde zoveel pijn na die laatste klim”, keek Michal Kwiatkowski na afloop van het WK terug op het mooiste moment van een spetterende finale. Acht seconden voorsprong worden er zeven. Zes. Vijf. „De laatste anderhalve kilometer leken zo lang te duren. Ik zag die jongens komen. Ik weet niet hoe ik het deed. Ik nam alle risico’s. Alles of niets.”

Alles dus, wereldkampioen, als eerste Poolse wegwielrenner in de historie. De pas 24-jarige Kwiatkowski kon het nauwelijks geloven, toen hij in de laatste bocht naar de finish opnieuw omkeek. Nu met een grote grijns. De ervaren favorieten Simon Gerrans (zilver) en Alejandro Valverde (brons) mochten sprinten wat ze wilden, hij gooide alvast zijn armen in de lucht. De buit was binnen. „Michal reed tactisch sterk en had de benen om te winnen”, loofde Gerrans (34), eerder dit jaar winnaar van Luik-Bastenaken-Luik. „Kwiatkowski hoefde niet meer ontdekt te worden”, zei Valverde (ook 34), die veel en van alles won maar nooit de regenboogtrui. „Ik had al langer gezien dat hij klassecoureur is.”

Kwiatkowski is de jongste kampioen sinds Oscar Freire, gisteren aandachtig toeschouwer, in 1999 als 23-jarige in Verona de wereld verraste met zijn eerste van drie titels. Zo’n sensatie was de winst van Kwiatkowski in Ponferrada niet. Maar wie noemde hem vooraf als favoriet? De alleskunner van de Belgische ploeg Omega Pharma-Quickstep maakte de afgelopen twee jaar ‘stiekem’ naam met hoge klasseringen in klassiekers en de Tour. In maart dit jaar won hij in Toscane de Strade Bianche, een klassieker in opkomst over de onverharde paden tussen San Gimignano en Siena. Hij was er nota bene superieur aan leeftijdgenoot Peter Sagan.

Samen schitterden ze jarenlang in jeugdcategorieën, ‘de klas van 1990’. Wat een tijdrijder, die Kwiatkowski. In 2008 versloeg hij bij de WK junioren zelfs Taylor Phinney. Sagan brak snel door bij de profs. Branie en grote zeges gingen hand in hand. Patrick Lefevere, manager van Omega Pharma-Quickstep, kon zichzelf naar eigen zeggen wel voor het hoofd slaan dat hij de Slowaak niet had gecontracteerd. Maar hij vond een redelijk alternatief. Kwiatkowski klom geleidelijk in de rangen van het profpeloton. Via het bescheiden Caja Rural in Spanje ging het naar RadioShack, waar hij het podium haalde in de driedaagsen van West-Vlaanderen en De Panne.

Excellente tijdrijder en ook nog eens uitblinker op de Vlaamse kasseien, handig met de fiets? Die moet ik hebben, dacht Lefevere. En toen bleek de 1.76 korte en 68 kilo lichte Pool nog te kunnen klimmen bovendien. Vorig seizoen schitterde hij bergop in Tirreno-Adriatico, reed alle klassiekers vooraan en had nog genoeg over voor een elfde plek in de Tour, met tien dagen witte trui als bonus. Jong talent uit de oude school. Niet ‘pieken’ op een enkel hoogtepunt, maar het hele seizoen op jacht naar succes. Eddy Merckx kon het vroeger ook.

Dit voorjaar begon hij in februari met een zege op Alberto Contador in de Ronde van de Algarve. Na de Strade Bianche volgde derde plaatsen in Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik. Op naar de Tour. Kwiatkowski vloog er als kopman van zijn ploeg vol in, maar zag zijn aanvallen mislukken. „De Tour is anders racen”, keek hij na zijn wereldtitel terug. „Ik ben pas 24 jaar, was in juli blijkbaar een beetje moe.”

Met de ploegleiding paste hij zijn programma aan. „Ik had een pauze nodig om aan het einde van het seizoen weer goed te zijn.” Na de GP Plouay en de Ronde van Groot-Brittannië, waar hij achter winnaar Dylan van Baarle derde werd, was de topvorm terug. Maar winnen op een WK? „Ik vertelde mijn ploeggenoten de afgelopen dagen dat ik me geweldig voelde. Bij de start zei ik nog eens dat ik hun steun nodig had.”

De Poolse ploeg deed vooral in het eerste deel van de 254,8 kilometer lange wedstrijd veel ondankbaar kopwerk. „Ik voelde me relaxed, dankzij hun kon ik de hele dag in mezelf blijven geloven.” Op de onzichtbare Nederlanders na – Bauke Mollema eindigde uiteindelijk als beste op de achttiende plaats – reden alle toplanden in de aanval. Zeven kilometer voor het einde viel de jacht op vier vluchters even stil. „Ik zag een kans en riskeerde alles”, reconstrueerde Kwiatkowski het beslissende moment. Hij demarreerde, dook op de vluchters en ging op de slotklim alleen verder.

„Het is niet te beschrijven”, sprak de kampioen na afloop in zijn regenboogtrui, om zich snel te hullen in een Poolse vlag. Ritzeges en bergtrui van Rafal Majka in de Tour, dagsucces voor Przemyslav Niemiec in de Vuelta, een steeds prominentere plek in het peloton voor het oranje van de Poolse profploeg CCC Polsat en nu ook de eerste wereldkampioen. „Dit is een heel belangrijk seizoen voor het Poolse wielrennen”, besefte Kwiatkowski. Zelf heeft hij sinds vorig jaar een wielerschool voor kinderen in zijn woonplaats Torun. „Ik heb de afgelopen jaren veel steun gehad van mensen. Ik wil op deze manier graag iets terugdoen.” Als hij ze maar niet leert omkijken in de afdaling.