De aanleiding
‘Een dakloze op straat kan zo een ton per jaar kosten’, zei Rutger Bregman, redacteur van De Correspondent, in het radioprogramma De Nieuws BV. Daar schrokken wij nogal van. Een ton! Daarvan kun je vijf nachten logeren in de Presidentiële Suite van het Ritz-Carlton-hotel in Tokio! Gaat het echt om zo veel geld?
Waar is het op gebaseerd?
Voor zijn stelling is ‘aardig wat bewijs uit binnen- en buitenland’, zegt Bregman. ‘Vooral als de dakloze verslaafd is (dat is meestal het geval) kunnen de kosten van zorg, politie en justitie zeer uit de hand lopen.’ Maar let op: met dat ton doelde hij niet op het gemiddelde. Dat ligt namelijk lager – waar precies, daarover verschillen de meningen. Maar Bregman is ervan overtuigd dat er uitschieters zijn van 100.000 euro of meer.
En, klopt het?
Er is maar weinig goed onderzoek voorhanden, aldus een rapport van het European Observatory of Homelessness (2013). Nederland is een van de landen met weinig beschikbare data.
Maar op basis van de bestaande informatie kunnen we wel een beeld krijgen. We bekijken de onderzoeken waarnaar Rutger Bregman verwijst en krijgen daarnaast nog wat rapporten opgestuurd door Rina Beers, voorzitter van de Europese koepel voor dak- en thuislozenorganisaties Feantsa.
Recent onderzoek uit Florida toont dat ‘chronisch daklozen’ de gemeenschap gemiddeld 31.000 dollar (23.977 euro) per jaar kosten. Een soortgelijk onderzoek in Colorado kwam in 2013 uit op 43,240 dollar (33.444 euro) per dakloze; hierbij waren kosten voor hulp bij terugkeer in de maatschappij nog niet meegerekend. Hierbij moeten we bedenken dat dit Amerikaanse onderzoeken zijn. Zorg is hier voor patiënten goedkoper en toegankelijk, en de kosten liggen dus hoger.
Deze gemiddelden liggen ruim onder de ton, maar Bregman had het zoals gezegd niet over gemiddelden. Het is goed voorstelbaar dat de kosten in sommige gevallen hoog oplopen: een dakloze draaideurcrimineel die permanent lallend de parken afschuimt en daarnaast lijdt aan verschillende ziekten, zal de staat vermoedelijk meer kosten dan een ton.
Dat dit ook in Nederland klopt, blijkt uit een onderzoek waarnaar zowel Bregman als Beers verwijst. De instelling voor geestelijke gezondheidszorg Bouman GGZ publiceerde in 2009 een rapport over een project waarin dakloze verslaafden psychische behandeling kregen en aan onderdak en werk werden geholpen. De kosten daalden tijdens dit project van 99.500 euro naar 58.000 euro per persoon per jaar. Aanvankelijk kostten ze dus bijna een ton. Twee kanttekeningen: het ging hier alleen om verslaafden (de duurste groep onder de daklozen) en de onderzochte groep was te klein (18 personen) voor een heel betrouwbaar gemiddelde. Niettemin laat het onderzoek zien hoe hoog de kosten kunnen oplopen.
Voor cijfers over een grotere groep kunnen we nog kijken naar het rapport Kosten en baten van maatschappelijke opvang uit 2011. Dat meldt dat de overheid, wanneer zij zorgt voor maatschappelijke opvang voor alle daklozen op straat, 345 miljoen euro bespaart op zorg en 170 miljoen op veiligheid, bij elkaar 557 miljoen. Als je dat bedrag deelt door het aantal werklozen dat in 2011 op straat leefde (17.800 volgens het rapport) dan kom je uit op 31.292 euro per dakloze. Maar let op, dit is niet het volledige bedrag dat een dakloze kost: het gaat alleen om wat de overheid zou besparen aan zorg- en veiligheidskosten wanneer er opvang zou zijn. Het volledige bedrag ligt dus hoger – hoeveel, dat vertelt dit rapport niet.
Conclusie
Wat een dakloze op straat gemiddeld kost, is niet bekend. Wel blijkt uit onderzoek dat dit bedrag met name bij verslaafde daklozen zeer hoog kan zijn: het gaat dan vooral om kosten voor politie, justitie en zorg. Wanneer een dakloze veel verschillende problemen heeft, kunnen de kosten inderdaad oplopen tot een ton – maar dan gaat het wel om de uitschieters. Met zijn uitspraak suggereerde Bregman dat daklozen makkelijk een ton kunnen kosten; dat is overdreven. Maar omdat het inderdaad voorkomt, beoordelen we zijn uitspraak als grotendeels waar.