Ingrid Robeyns en Roland Pierik pleiten ervoor promovendi te demoveren van universitair werknemer tot student (NRC, 28 augustus). Promovendi zouden een beurs krijgen en het vrijgekomen geld zou gebruikt moeten worden om meer universitair docenten aan te stellen. Helaas is deze oproep niet nieuw: de Vereniging van Nederlandse Universiteiten (VSNU) lobbyt hier al jaren voor.
Volgens de auteurs is promoveren een opleiding, en betekent het feit dat „sommige promovendi” hun onderzoek publiceren, niet dat ze werk verrichten. Wij beweren het tegenovergestelde. Gemiddeld publiceren promovendi 4,25 artikelen in internationale wetenschappelijke tijdschriften. Daarnaast wordt het promotietraject gebruikt om promovendi hun eerste onderwijservaring te geven. Tevens leiden deze trajecten verhoudingsgewijs tot meer start-ups dan ander onderzoek, en daarmee tot kennisvalorisatie. Dit zijnprecies de drie pijlers waar de moderne universiteit haar bestaansrecht aan ontleent. Iemand die dermate bijdraagt aan het bedrijfsproces van een organisatie, moet beschouwd worden als een volwaardig werknemer. Ook betogen Robeyns en Pierik dat ons belastinggeld niet moet wegvloeien naar het opleiden van buitenlanders. Dit effect zal juist versterkt worden. De financieel veel aantrekkelijkere alternatieven zullen Nederlands talent doen verschuiven naar alternatieve carrières, waardoor juist meer buitenlandse promovendi nodig zijn. Dat er problemen in het universitair onderwijs zijn is zeker, maar promovendi student maken is niet de oplossing.
, Promovendi Netwerk Nederland (PNN)