Loensende Pattinson met vele zenuwtics

Het postapocalyptische The Rover, de tweede film van David Michôd (Animal Kingdom), speelt zich af in een door god vergeten landschap. Een barbaarse wereld waar nauwelijks meer eten is en plotseling oplaaiend geweld de norm. Wat er precies gebeurd is in de barre contreien, blijft in het midden. Guy Pearce is Mike, een zwijgende man met woeste baard en intense blik. Als zijn auto gestolen wordt door drie criminelen, zet hij de achtervolging in. Bij toeval treft hij de zwaar gewonde broer van een van de criminelen. Deze Rey (Robert Pattinson) is een wat simpele ziel die licht loenst en allerlei tics heeft.

Michôd houdt alles kaal, zowel in stijl als inhoud. De plot heeft een krachtige eenvoud: man wil auto terug. Het beste zijn de momenten waarin de toch al minimale plot helemaal stilstaat en slechts de koplampen van de auto door de pikzwarte nacht schijnen, en er opeens ergens gekruisigde mensen langs de kant van de weg staan. Michôd heeft duidelijk talent en zal ooit nog wel een meesterwerk afleveren dat minder bij elkaar gesprokkeld is en iets meer te zeggen heeft dan dat de mens een amoreel en gewelddadig wezen is.