Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Taal

‘Ik hou niet van schuldgevoel’

Charl-Pierre Naudé is een van de belangrijkste dichters uit Zuid-Afrika. Hij treedt deze week op tijdens Poetry International, dat gister begon.

Charl-Pierre Naudé tijdens zijn voordracht gisteravond bij Poetry.
Charl-Pierre Naudé tijdens zijn voordracht gisteravond bij Poetry. Foto Pieter Vandermeer

‘Martin Bosma is van harte welkom in Zuid-Afrika om te kijken hoe het echt zit.” De uitnodiging komt van de dichter Charl- Pierre Naudé (1958), die al sinds zijn debuut Die nomadiese oomblik in 1995 als een van de belangrijkste dichters van Zuid-Afrika wordt gezien. Hij is dan ook een van de prominente gasten tijdens het Poetry International Festival dat deze week in Rotterdam plaatsvindt.

Pratend over PVV’er Martin Bosma en diens flirt met de Groot-Nederlandse gedachte, waarin hij mogelijkheden ziet voor een culturele unie tussen Nederlands, Vlaams en Afrikaans, stelt Naudé dat Bosma’s visie het slechtst denkbare is wat het Afrikaans nu kan overkomen. Het nieuws van Bosma's onuitgegeven manuscript, Handlangers van de ANC-apartheid, is zelfs in Zuid-Afrika doorgedrongen. „Wat hij niet begrijpt is hoe zwart het Afrikaans is, de slaven die uit Indonesië kwamen spraken de taal lang voordat de blanken dat deden. De Koran is ook eerder in het Afrikaans vertaald dan de Bijbel. De taal is zo non-white als maar zijn kan. Zestig procent van de Afrikaanstaligen in Zuid-Afrika is niet blank.”

Waarom schrijft u in het Afrikaans?

„Ik vind de taal expressiever dan het Engels. Ook verzet ik me ertegen dat het Engels andere talen in Zuid-Afrika verdringt. Ik ben een voorstander van zoveel mogelijk talen. Hoe meer talen, hoe meer verbeeldingskracht.”

En kiest u voor narratieve poëzie omdat dan het politieke element beter over het voetlicht komt?

„Alles in Zuid-Afrika is politiek, maar ik probeer niet nadrukkelijk geëngageerd te zijn. Het kan dat de verhalende gedichten zich daar beter voor lenen, maar wat ik vooral wil is het vermengen van tradities. Op het omslag van mijn tweede bundel In die geheim van die dag (2004) probeer ik de boerentraditie en de nomadische samenleving samen te brengen in één beeld. Er staat een ananas op die de opbrengst van het land symboliseert, met daarvoor een inheemse bewoner. Het conflict over de Lebensraum die de boeren hebben ingenomen terwijl ze óók belangrijk zijn, bepaalt nog steeds veel van wat er gebeurt in Zuid-Afrika. Er zijn meer boeren nodig, maar het ANC weet niet wat het boerenbedrijf is. De boeren zijn een erfenis uit de koloniale tijd, maar we zijn er ook afhankelijk van.

„In de gedichten wil ik verhalend te werk gaan, ik ben me bewust van de orale traditie in ons land. Maar anders dan de performancedichters wil ik niet met het kolonialisme omgaan alsof het een fetisj is. Er wordt veel te weinig serieus nagedacht over kolonialisme dat nog steeds aan de orde van de dag is, alleen al door de manier waarop er over democratie wordt gesproken. Het kolonialisme is een belangrijk onderdeel van Afrika. Het is nooit weggeweest.”

Dicht u uit schuldgevoel?

„Ik hou niet van die hele kwestie over schuld, omdat schuldgevoel je machteloos maakt, het is een excuus om geen verantwoordelijkheid te nemen. Als je je verantwoordelijkheid neemt voor het verleden, verdwijnt het schuldgevoel. In het gedicht ‘Nawoord’ dat ik zal voorlezen, schrijf ik over wat ik zie als een oppervlakkige manier van omgaan met schuld.”

Dus: gedichten schrijven is verantwoordelijkheid nemen?

„Absoluut. Mijn gedichten zijn niet politiek, maar wel over hoe politiek een individu verandert.”