Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.

Elke gans die ik dood vliegt niet meer

Tussen eind mei en half juni zijn ganzen in de rui en kunnen ze lastig vliegen // Tijd om ze te vangen en te doden // Want op en rond Schiphol zijn ze gevaarlijk voor het vliegverkeer

Niets is effectiever tegen de overlast van ganzen in de omgeving van Schiphol dan het doden van de dieren, zegt Arie den Hertog, eigenaar van Duke Faunabeheer. „Elke gans die ik dood, vliegt niet meer.”

In opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu en met ontheffingen op zak vangt hij dezer dagen, zoals hier in Vinkeveen en Abcoude, duizenden grauwe ganzen. Tussen eind mei en half juni zijn de dieren in de rui en kunnen ze lastig vliegen. „Ik loop naar de ganzen toe, ze lopen voor me uit en ik leid ze in een kraal. Dat zijn er driehonderd, soms vijfhonderd.”

De ganzen schaden de veiligheid van het vliegverkeer. Ganzen zijn voor het vliegverkeer de gevaarlijkste van alle vogels, omdat ze zo groot zijn. Op 6 juni 2010 moest een toestel van Royal Air Maroc na een aanvaring met Canadese ganzen met één uitgevallen motor terugkeren naar Schiphol en een noodlanding maken.

De Onderzoeksraad voor Veiligheid deed vervolgens de aanbeveling ganzen te vergassen. Vooral omdat de aantallen spectaculair zijn gegroeid. In het gebied met een straal van twintig kilometer rondom Schiphol strijken ’s zomers meer dan zestigduizend ganzen neer.

En de vogelwachters op Schiphol krijgen ze maar moeilijk weg. De dieren zitten niet op het landingsterrein zelf, maar vliegen op verschillende hoogtes over de start- en landingsbanen op Schiphol.

Den Hertog heeft twee jaar geleden vijfduizend ganzen vergast en vorig jaar, in een groter gebied, ongeveer tienduizend. „Vergassen is zo effectief dat we dat aantal dit jaar niet gaan halen”, zegt hij.

De ganzen worden na het vangen in een aanhanger gezet en vergast met CO2. De methode schijnt minder leed te berokkenen dan bijvoorbeeld afschieten.

Het vlees van de ganzen gaat naar de poelier en een deel naar de voedselbank. De pullen zijn goed als voer in dierentuinen, het karkas verdwijnt in hondenvoer. En ook de donsveren vinden een nuttige bestemming.

Tot het vergassen werd enkele jaren geleden besloten nadat andere maatregelen rondom Schiphol onvoldoende resultaat hadden gehad: het schudden van ganzeneieren, het omploegen van graanstoppels na de oogst en het telen van andere gewassen zoals mais en olifantengras. Inmiddels is het aantal vogelaanvaringen op Schiphol weer aan het dalen, van 7,7 per tienduizend vluchten in 2010 tot 6,1 vorig jaar.

Tegenstanders van het vergassen zijn er genoeg. Critici redeneren dat de overlast aanhoudt zolang er voedsel voor ganzen is. Onlangs nam de Amsterdamse gemeenteraad moties aan waarin burgemeester en wethouders wordt verzocht zich „tot het uiterste” in te zetten om het vangen en vergassen te voorkomen, snel alternatieve maatregelen te zoeken, en gemeentelijke handhavers op pad te sturen om te zien of tijdens het vergassen aan de Europese regels voor dierenwelzijn is voldaan.