Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.

Politie, recht en criminaliteit

Paul Kuiper: ‘De dader mag voor mij geen naam hebben’

Naam: Paul Kuiper (1941)

Woont: in Hengelo (Ov.)

Was: Leraar Basisonderwijs

Vertelt over: zijn leven na de dood van zijn dochter Maaike (1972-1997)

Waar, wanneer en onder welke omstandigheden is uw kind om het leven gekomen?
„Op 6 februari 1997 werd omstreeks 18.00 uur bij Maaike aangebeld. Zij liet haar buurman binnen, een Marokkaan die een trappenhuis verderop in dezelfde flat woonde. Hij wilde  200 gulden van haar krijgen om een geboekte vakantie naar Marokko te kunnen aanbetalen. Maaike, Pabo-studente, had geen geld. Onder bedreiging met een mes heeft hij haar aan handen en voeten vastgebonden en daarna haar pinpas gekregen plus de pincode. Ten slotte heeft hij haar op gruwelijke wijze vermoord.”

Wat zijn uw ervaringen met politie, justitie en rechterlijke macht, direct na de moord? En nadien?
“Ik ben gealarmeerd door een collega van haar stageschool. Tegen 23.45 uur ben ik met hem naar haar flat gegaan. We hebben haar daar gevonden en ik heb meteen het alarmnummer gebeld met de woorden: ‘Ik denk dat mijn dochter vermoord is.’

“Na de komst van de politie ben ik meegegaan naar het politiebureau en heb daar in een verklaring alles gezegd wat ik gezien heb. Door de politie ben ik voortreffelijk opgevangen, evenals mijn vrouw en onze andere drie kinderen die naar het bureau waren gebracht. Door de politie zijn wij later weer naar huis gebracht.”

Is er een dader bekend, gearresteerd, veroordeeld? Zo ja, hoe ziet u terug op deze rechtsgang?
“Na twee weken is de dader gearresteerd op verdenking van betrokkenheid bij de moord op Maaike Kuiper en na een week heeft hij bekend. Bij de eerste rechtszitting vroeg de officier van justitie 18 jaar gevangenisstraf. De uitspraak van de rechter was conform de eis. Eigenlijk zou de uitspraak worden gedaan op 26 september 1997, maar omdat dit precies de geboortedag van Maaike was, heeft de rechter op eigen initiatief de uitspraak een week vervroegd.

“In hoger beroep werd dezelfde straf geëist en ook door de rechter opgelegd. Wij hebben de hele rechtsgang als zeer correct en respectvol ervaren.”

Heeft u bij de behandeling van de strafzaak gebruikgemaakt van uw spreekrecht?
“In 1997 was er nog geen sprake van spreekrecht.  Wel heb ik, zodra ik wist wie de officier van justitie was, een brief aan hem geschreven. Hij heeft mij en mijn vrouw uitgenodigd voor een gesprek en hij gaf ons het volste vertrouwen in het verdere verloop van de rechtsgang. Ook met de procureur-generaal in het hoger beroep hebben wij een gesprek gehad. Voor ons gevoel was dit een optimaal gebruik maken van ‘spreekrecht avant la lettre’.”

Heeft u rapporten van politie en/of openbaar ministerie kunnen inzien?
“Wij hebben het requisitoir van de officier van justitie ontvangen, gelezen en bewaard. Dit was natuurlijk een in ambtelijke taal opgesteld stuk, maar hieruit bleek wel de manier waarop de officier zich in deze ‘zaak’ had ingeleefd.”

Wat zijn uw ervaringen met verschillende media geweest?
“Wij zijn niet benaderd door de media. Wel verscheen in het weekblad Actueel een heel verhaal onder de titel ‘Maaike stierf voor haar pincode’ – een verhaal bijeengeraapt door overlijdensadvertentieteksten, buurtbewoners en daarbij een in spiegelbeeld afgedrukte foto van Maaike. Toen dit blad in de boekwinkel lag waar Maaike werkte om haar studie te kunnen bekostigen, is het blad door haar collega’s uit de schappen gehaald. Ook in het naburige tankstation is het blad verwijderd.

“In december ’97 schreef ik in een ingezonden brief in het dagblad Trouw over vergeving. Op de dag van plaatsing kwamen twee redactrices van het KRO TV-programma ‘Er is meer tussen hemel en aarde’ om over dit artikeltje te praten. Het gevolg was dat mijn vrouw en ik in de uitzending van dit programma op integere wijze door Dieuwertje Blok aan het woord konden komen. Diezelfde week belde Colet van der Ven van Trouw op of zij een interview met mij mocht komen houden. Dat resulteerde in een groot artikel van haar in de serie ‘Het kwaad’. Het artikel verscheen precies een jaar na de moord.

“We hebben zelf nooit de publiciteit gezocht, maar men heeft ons wel weten te vinden. Als wij dachten met integere mensen te maken te hebben, hebben we onze medewerking verleend.”

Aan wie en/of waaraan heeft u de meeste steun ondervonden in de weken, maanden en jaren die volgden?
“Je leven staat na zo’n gebeurtenis natuurlijk volkomen op zijn kop en je hebt de grootste moeite toch onbevangen te blijven en niet ten onder te gaan in wrok en achterdocht, maar – en daar gaat tijd, heel veel tijd overheen – het is ons gelukt het leven lief te hebben. En dat komt zeker ook door de vele blijken van liefde en steun die we van onze kinderen, familie en vrienden hebben ontvangen. Iemand vroeg mij eens of ik gelukkig was en mijn antwoord was: ‘Ja, ik ben een gelukkig man.’

“Het allerbelangrijkste was toch wel dat wij als gezin, man, vrouw en kinderen, elkaar hebben vastgehouden en desondanks toch hebben geleerd elkaar los te laten, dat wil zeggen dat we ieder ons eigen leven weer zijn gaan leiden, maar niet zonder de ander(en).”

In hoeverre heeft de dood van uw kind in praktische zin uw leven veranderd ?
Toen het gebeurde, was ik leerkracht aan een basisschool, waar ik elke dag fluitend naartoe fietste. Ondanks steun van collega’s en officiële reïntegratiedeskundigen is het mij niet gelukt de kracht op te brengen weer voor de klas mijn werk te doen. En gefloten heb ik ook niet meer.

“En privé? Je leert wel te relativeren na zoiets ingrijpends en je leert te waarderen wat je leven de moeite waard maakt, want het leven is de moeite waard. Zo is het leven van Maaike ook de moeite waard geweest: het is goed dat zij geleefd heeft. En wat zij in haar leven heeft gegeven, kan niemand afnemen.”

Heeft u professionele hulp gehad om de dood van uw kind te verwerken?
“In de nacht op het politiebureau werd ons al slachtofferhulp aangeboden. ‘Ach, waarom ook niet?’, was de reactie van mijn vrouw. We hebben erg veel gehad aan de zorg die de mevrouw van Slachtofferhulp aan ons heeft besteed, al was het alleen maar het overnemen van gewone dingen die wel moesten worden gedaan, zoals contact opnemen met de Postbank om het bedrag dat de dader van Maaikes rekening had gepind terug te krijgen. En een van onze kinderen heeft zij langdurig onder haar professionele hoede gehad.”

Heeft u behoefte gevoeld aan contact met de daders?
Ik ken de dader niet, ik weet zijn naam, maar zal die nooit gebruiken: hij mag voor mij geen naam hebben, hij bestaat voor mij niet meer. Alleen mijn jongste dochter heeft de rechtszitting bijgewoond, maar zij wist dan ook wie de dader was.”

Zou er ook een ’lichtpunt(je)’ te melden zijn na of naar aanleiding van de dood van uw kind - iets dat uw leven (weer) betekenis geeft, iets dat u nu als positief ervaart?
“Na zo’n gebeurtenis is alles donker om je heen, totdat je in de gaten krijgt (en alweer: daar gaat heel veel tijd overheen) dat je er niemand een plezier mee doet somber te blijven, zeker Maaike niet. Haar blijmoedigheid, haar humor, haar stralende lach, haar broers en zus en inmiddels onze zes kleinkinderen zorgen ervoor dat er toekomst is, voor hen en voor ons!”

Dit interview is één van de zes verhalen over ouders van vermoorde kinderen. Lees hier de overige verhalen.