Zaterdag 2 maart, 09.51 uur. ‘Dear foreign friends, PLEASE read this!!!’, schrijft Myroslava op haar Facebook-wall. Het is de ochtend na de Russische inval op het Oekraïense schiereiland de Krim. „Wij willen NIET vechten met de Russen, dat zou idioot zijn. Alsof Amerikanen en Canadezen met elkaar op de vuist gaan.’ 43 likes.
12.18 uur, een nieuwe post. „Waarom zijn de Russische troepen hier???! Dat weet alleen Poetin. Dit is vergelijkbaar met hoe nazi-Duitsland in 1938 Oostenrijk binnenviel.” 57 likes.
15.07 uur, daar is ze weer. ‘PRAY FOR UKRAINE!!!’
Myroslava, 23, is geboren in het West-Oekraïense Kostopil. Ze studeerde rechten in Kiev, loopt nu stage bij de Verenigde Naties in Wenen. En ze is één van mijn zeven Oekraïense Facebook-vrienden.
5 maart, een foto van een protesterende menigte. De lucht is donker, grote spotlights verlichten de duizenden vlaggen met geel en blauw; de kleuren van de Oekraïense vlag. Uitzinnige mensen.’ Is it Lviv? Or maybe Kyiv?’ schrijft Sofia erbij. Zij komt uit Lviv, een van oudsher nationalistische universiteitsstad dichtbij de Poolse grens. Ook zij woont nu in Wenen en ook zij is op Facebook bevriend met mij. ‘Nee het is DONETSK vandaag. OEKRAÏNE IS VERENIGD!!’
Bliep. Myroslava heeft op Sofia’s status gereageerd, zegt Facebook. „Glory to Ukraine! Glory to heroes!!!”
Summerschool in Oostenrijk
Ik ontmoette Myroslava op vrijdag 15 juli 2011 aan de rand van het hemelsblauwe Wolfgangsmeer middenin de Oostenrijkse Alpen. We waren net gearriveerd op de campus van een summerschool waar we allebei aan meededen. Haar nagel was kapot en de openingsceremonie zou beginnen over drie kwartier. Een kleine ramp. Met een onweershumeur stampte ze over de vlonder van het stukje strand dat bij de campus hoorde. Lang blond haar, ultrakorte hotpants en een héél strak shirtje. „Fuckfuckfuck!” Wat al die onbekende studenten van haar dachten kon haar overduidelijk niks schelen.
De summerschool was georganiseerd door de Universität Wien en had als onderwerp de Europese Unie. Een magneet voor studenten uit voormalige Sovjet-landen, zo bleek. Van de tachtig onwennige studenten met dertig nationaliteiten vormden de zeven Oekraïners, vier Russen en de enkele Kirgizische al snel een hechte kliek – met een eigen tafeltje in de Speisesaal.
Na de ochtendlessen stormden ze naar de bushalte, om vlak voor het eten met Armani- en Dieseltassen weer terug te komen. ’s Avonds verschenen vrolijke foto’s op de summerschool-Facebook: met z’n allen voor een kasteel, of op een mooi terrasje met champagne. De Oekraïense Myroslava met wulpse blik poserend in een rozentuin, de Russische Ilona op de rand van een indrukwekkende fontein. De Oekraïense Sofia met een doos Mozartkugeln, de Russische Sergey met een paar nieuwe schoenen. Irina had zelfs een nieuwe koffer moeten kopen om alles weer mee terug naar Moskou te krijgen.
‘The Russians’ noemden ze we, want ze spraken Russisch met elkaar. De Oekraïners waren tweetalig, zo legden ze uit, en Russisch was voor hen dus geen probleem. Ze vertelden veel en graag over hun land. Hoe mooi Lviv was. Hoe goed de wodka. Hoe trots de mensen. Ja, we moesten echt eens langskomen. Op ceremoniële avonden droegen ze traditioneel Oekraïense kledij: witte linnen blouses met prachtige borduursels, de jongens wijde wollen broeken, de meiden vlechten in het haar.
‘The Russians’ waren vijf weken onafscheidelijk van elkaar en bij het vaarwel tot tranen toe geroerd. Zelfs Tetiana moest huilen, de nuchtere Kievse die vaak liever in de zon naast de campusbibliotheek een boek had gelezen dan mee winkelen ging. Adressen werden uitgewisseld, Siberische vriendschapspoppetjes uitgedeeld. De opmars voor een lange reeks Facebook-updates van bezoeken over en weer.
Bezoeken over en weer
Oktober 2011. De Russische Sergey en Anastasia poseren met een summerschooldelegatie uit Oekraïne op het Rode Plein in Moskou. De bontgekleurde uikoepels van de Pokrovkathedraal steken vrolijk boven ze uit.
Augustus 2012. Anastasia, Irina en Sofia hebben gewinkeld in Sint Petersburg. Ze maken ook een wandeling langs de rivier, in sportkleding.
Februari 2013. Myroslava en Irina zijn samen in Wenen. In de stralende winterzon staan ze voor het Wiener Opernhaus; Irina in een leren jas met grote bontkraag, Myroslava met strakke broek, hoge laarzen en een hippe zonnebril. Ze omhelzen elkaar.
Juni 2013. Nog steeds in Wenen, dit keer voor het VN-hoofdkwartier. De Russische Ilona, Sergey en Anastasia zijn er nu ook bij. Kokerrokjes, hakken zo hoog als ik in Nederland nog nooit iemand heb zien dragen en Sergey in driedelig pak. Ze lopen stage bij de United Nations Industrial Development Organization, lees ik op hun Facebook-profielen.
Myroslava en Sofia liken zo nu en dan een update van Tetiana, die nog altijd in het verre Kiev woont. Elke dag kondigt zij protesten aan, deelt ze nieuwsupdates over de mislukte EU-overeenkomst of post zij foto’s van pro-EU- demonstraties op de Maidan. ‘Dear Western friends of Ukraine (also concerns journalists!)’, schrijft Tetiana op 9 december, daags na de eerste écht massale antiregeringsdemonstratie in Kiev. ‘Stop being so sensationalist. Please be VERY cautious about ANY bit of ‘pro-violence’ information that you might get.’ Myroslava post een selfie met haar ouders uit Parijs. Het onderschrift bestaat uit elf Facebook-hartjes.
En dan gaat het snel
‘Myroslava heeft haar profielfoto gewijzigd’, zegt Facebook op 17 januari. Haar gezicht en profil, een groot blauw-geel hart op haar wang, ogen gesloten, handen gevouwen bij haar mond, bijeengebonden met blauwe en gele linten. ‘Pray for Ukraine’, staat erboven. Sofia volgt, met een getekend paard in galop, geel en blauw.
En dan gaat het snel. Mijn Facebook-wall verandert binnen no time in een politiek propagandaslagveld. Een zondvloed aan geel en blauw, brandende barricades op de Maidan, kapotgeslagen bussen, vuurwerk, gasmaskers, stenenwerpers. De eerste doden. Sofia’s zus die als arts gewonden verzorgt op de Maidan. Lijsten met doden. Uitroeptekens en alles in caps lock na het vertrek van Janoekovitsj. Extatische teksten bij de vrijlating van Timosjenko. Adempauze.
‘PUTIN HANDS OFF UKRAINE!!’
‘RUSSIAN MEDIA ARE LIERS!’
‘LIARS’, verbetert iemand in een reactie.
Het is maandagavond 3 maart en Irina uit Moskou reageert voor het eerst sinds vier weken op een Facebook-update van Myroslava. De Russische summerschoolvrienden hielden zich tot nu toe gedeisd, maar een foto van Poetin met een Hitler-snor gaat Irina te ver. Het was niet hun strijd, maar nu dus wel.
‘Wees voorzichtig’, schrijft ze. ‘Laten we niet speculeren. Laten we diplomatiek zijn in wat we zeggen. Het leven is grillig.’ Geen reacties, nul likes.
8 maart, begin van de avond. Vandaag werd een vliegtuig van de Oekraïense grensbewaking door Russen vanaf de Krim beschoten. Een Facebook-post wordt gedeeld door elk van mijn zeven Oekraïense Facebook-vrienden. ‘Oekraïne is een bijzondere plek’, lees ik. ‘Misschien hebben we niet de mooiste appartementen, de beste wegen of de sterkste economie. Maar we hebben één ding waar andere landen van dromen: spirit.’ En: ‘Wij zijn klaar om te vechten.’
Wat de officiële positie van mijn regering is, vraag Myroslava me in een privébericht. Ze is boos, boos op de Verenigde Staten en de Europese Unie, dat ze nauwelijks iets doen. ‘Verraders’. Ik vraag of ze Ilona en Irina uit Moskou nog spreekt. ‘We proberen onze vriendschap apolitiek te houden, maar…’Verder komt ze niet. Gister heeft haar vader zich ingetekend voor het Oekraïense leger. „Ik ben zo bang.”